En of er voorgelezen werd!
Op alle verdiepingen.
Voor cursisten en collega's. Online en offline.
Dat was genieten!

'Iedereen leest' publiceerde dit artikel.


Leesalarm
© Michiel Devijver en Iedereen Leest

In de gebouwen van LIGO Gent-Meetjesland-Leieland, volwassenenonderwijs voor laaggeletterden, ging er op 23 november twee keer een alarm af. Dat was het signaal dat het voorleeskwartiertje begon. Iedereen deed mee: van de poetsvrouwen tot de cursisten. Lesgevers wisselden van plek met collega’s van een naburige klas en leerkrachten die op dat moment niet voor de klas stonden, werden door een collega voorgelezen.

De teksten waren uiteenlopend: van kookboeken tot gedichten, maar altijd aangepast aan het niveau van de cursisten. Leerkracht Nele De Sloover: ‘Vooraf voelde ik een beetje weerstand bij sommige leerkrachten. Voorlezen in een voor hen onbekende klas was een stap uit hun comfortzone. Niet iedereen wist bovendien wat te lezen. Daarom stelden we met projectgroep LigoLeest! een inspiratiekoffer samen. Achteraf waren de reacties unaniem positief. Iedereen was blij met het duwtje dat wij hadden gegeven.’

Naast het voorleesalarm organiseerde de projectgroep een voorleeswedstrijd. Met een filmpje werden de cursisten aangemoedigd om thuis een verhaal te vertellen - aan hun kind, hun partner, de buren, een huisdier - en dat vast te leggen in een foto of filmpje. De leukste inzending kreeg een boekenpakket en voorleessessie aan huis. Om de drempel te verlagen mochten de cursisten ‘de taal van hun hart spreken’ en werden er in het promofilmpje heel uiteenlopende gezinssituaties getoond: ‘Er zat niet alleen een cursist bij die zijn kanarie voorleest in het Arabisch maar ook een mama bij die voor haar baby zingt in het Frans,’ zegt Nele.

‘Zo wilden we laten zien dat verhalen vertellen meer is dan een boek voorlezen in het Nederlands. Veel volwassenen in onze doelgroep hebben immers weinig boeken in huis. Daardoor voelen ze zich onzeker. Dat is jammer. Want veel dingen doen ze heel goed. Zo is hun orale vertelcultuur in veel gevallen sterk ontwikkeld. Liever versterken we die traditie dan te focussen op wat ze niet doen.’