Rode draad

De Fiat 500 loopt als een rode draad door mijn leven. De liefde voor dit kleine autootje is niet meer uit mijn leven weg te denken. Het ontstond zo rond 1984. Met een vriend was ik voor het eerst op vakantie in Italië. Beiden waren we 22 jaar en hadden onze vakantiebestemming bepaald door lukraak met een vinger op de kaart van Europa te prikken. Het werd de kustplaats Lido di Jesolo, vlak boven Venetië. De uitgekozen camping lag ongeveer 500 meter van het strand. We maakten voor het eerst kennis met de Italiaanse gewoonten en manieren. Omdat het naseizoen was, waren er niet zoveel gasten op de familie camping. ‘s Avonds zaten we allemaal bij elkaar bij het hoofdgebouw annex woning van de beheerdersfamilie. We leerden alle familiebanden kennen en binnen de kortste tijd kenden we wat Italiaanse (scheld) woordjes. Wijn (Merlot) en bier (Moretti) kochten we voor een paar honderd lire in het kleine camping winkeltje.

Elke dag was er de vaste gang naar het strand. Beetje zwemmen, beetje uitrusten, beetje meisjes kijken en cijfers geven en heerlijke koude versnaperingen uit de strandkiosk.

Op het laatste stukje naar het stand kwamen we elke dag langs een geparkeerd Fiatje 500. Op zich niet opmerkelijk, want in die jaren was een op de tien auto’s zo’n Rugzakje. De auto gold niet als een bijzonderheid en hoorde, zeker voor de Italianen, bij het normale straatbeeld. Het bewuste autootje had echter wel wat aandacht gekregen en was door de eigenaar helemaal roze gespoten. Niet echt dus een karretje waar wij ons als stoere Hollandse mannen in wilden vertonen. We hebben er toen wel hartelijk om gelachen en elkaar er mee op de foto gezet. ‘s Avonds op de camping kwamen de plannen en bedachten we ons dat het wel leuk zou zijn als we in Nederland ook een Fiatje kochten om die wat op te pimpen. We zagen het helemaal voor ons: Een Fiatje zelf opknappen en er een vette motor in hangen om er zo de blits mee te maken.

Terug in Nederland bleek het niet eenvoudig te zijn om een 500 te bemachtigen. De meesten hadden ons klimaat niet doorstaan en eigenlijk bleek dat grote broer Fiat 600 in ons land veel populairder was geweest. Vooral bij mij bleef de wens bestaan om zelf een Fiat 500 te bezitten. Om in contact te komen met andere liefhebbers werd ik eerst lid van de Fiat 500 Club Nederland. Omdat internet nog niet bestond, kwam ik via het clubblad in contact met iemand die z’n auto wilde verkopen. Deze was toen nog maar 14 jaar oud en had nog lang niet het predicaat oldtimer. Inmiddels wel, want ik heb de auto 32 jaar en wordt vertroeteld al was het een van mijn kinderen. Tomaatje, want zo hebben we hem genoemd, is bijna 46 jaar oud. Daarnaast heb ik nog tientallen andere 500-jes gehad en weer van de hand gedaan, maar Tomaatje is een blijvertje en bracht mij zelfs meerdere keren terug naar Italië, zelfs naar Rome. De auto is voor mij een symbool van Italië, net als het Colosseum en de Toren van Pisa. Met de liefde voor de Fiat 500, bleef de liefde voor Italië. Een jaar niet naar Italië, is een verloren jaar.