Het doel van onze vereniging is om de tradities van de gilden te laten voortleven. De voorzitter/hoofdman waakt met een glimlach over zijn gilde. Lees zeker verder als u meer wil te weten komen over deze eeuwenoude traditie en hoe deze nog op de dag van vandaag voortleeft in een moderner jasje.
Foto: ©pdg Bode Van Schoten
Meer dan 300 jaar oud
De St-Huybrechtsgilde uit St-Antonius is gesticht in 1723 en was aanvankelijk een jagersgilde. Op de dag van St-Hubertus (3 november) gingen zij jagen met hun honden, die werden ingezet om het wild te drijven. Dit soort jacht werd de brakkenjacht genoemd. Zoersel had dan ook een zeer oude jachttraditie. Het Zoerselbos was een geliefkoosd jachtterrein van de Hertog van Brabant. De Brabantse leeuw komt terug in onze huidige vendeliersvlag. In onze magere Kempen evolueerde deze jagersgilde vlug tot een mussen- en mollengilde. De gilde beschermde de boerengemeenschap tegen vervelende plagen van deze dierendoor deze te vangen of te verjagen.
Uiteraard is in de gilde naast het volkskundig aspect het handboogschieten geëvolueerd tot één van de belangrijkste bezigheden. Het handboogschieten heeft ook een hele traditie waarover verder nog wat meer wordt verteld.
Dat de Gilde van St-Antonius nog steeds bestaat, hebben we te danken aan de familie 'Frans', een oude stam verworteld in onze streek. De tweede wereldoorlog had onverbiddelijk huisgehouden in het patrimonium van onze Gilde. Zowel de'breuken' (trofeeën als het ware bestaande uit gedreven zilver), 'kartels', als 'kaart' (de 'kaart' is een soort 'wet of regel') waren verdwenen. Pas in 1988 kreeg de Gilde een nieuwe kaart, nl. 'de kaart van Leuven' volgens welke regels de Gilde nu functioneert. Voordien werd immers geluisterd naar de regels die door hoofdman 'Max Frans' en griffier Louis waren overgeleverd. Zij herinnerden zich nog de vroegere regels. De familie 'Frans' was tot enkele jaren geleden nog steeds met vele afstammelingen in de Gilde vertegenwoordigd.
Het hedendaagse Gildeleven
Met de Gildenbroeders van nabije Gilden wordt vandaag de dag in competitieverband geschoten. Ofwel wordt op een 'doelschijf' of op 'een staande' of op de 'hoge wip' geschoten. Mannen en vrouwen strijden hier broederlijk en zusterlijk naast elkaar om de kleuren van zijn of haar Gilde te verdedigen.
Het 'gildenleven' is een 'schoon' leven. In de Gilde verbroederen wij nog steeds zoals in de kaart is voorgeschreven. De regels worden nog steeds toegepast, maar op een eigentijdse manier geïnterpreteerd. Zo mogen vandaag dus ook, zoals eerder gezegd, de vrouwen de handboog hanteren in wedstrijden en dingen mee in de driejaarlijkse 'Koningstitel'. Hoewel ons Gilde van oorsprong een christelijke vereniging is, zijn wij trots op onze steeds groeiende diversiteit: mannen, vrouwen, meisjes en jongens, van verschillende culturele achtergronden en geloofsovertuigingen, zijn samen verbonden in ons Gilde. Ook geïnteresseerden vanuit andere gemeenten zijn uiteraard welkom.
De volwassen boogschutters die tot de St-Huybrechtsgilde willen toetreden, moet 'geboond' worden. Op voordracht van een gildenlid, stemmen de bestuur- en andere gildenleden over het lidmaatschap en dit tijdens het teerfeest en paasschieting. Iedere Gildenbroeder krijgt een 'witte' en een 'zwarte' boon. De witte boon betekent 'ja' en de zwarte boon 'nee'. Bij meerderheid aan witte bonen mag je als nieuw lid in gepaste gildenkledij op het teerfeest en ook op de schietingen aantreden. Wie meedingt naar het Koningschap kan iedere drie jaar vanop 27 meter afstand naar de wip schieten. Wie drie keer na elkaar de hoofdvogel schiet, wordt "keizer", een titel die je voor het leven meedraagt.
Onze gilde is eveneens aangesloten bij de Hoge Raad voor Kempische Schuttersgilden. Hier nemen we jaarlijks deel aan het Gildenfeest, Schietspel en vijfjaarlijks aan het Landjuweel. Dit zijn wedstrijden waar een zestigtal Gilden elk in hun eigen discipline het tegen elkaar opnemen. Op een dergelijk kleurrijk festijn zie je dan ook verschillende wapens tegen elkaar uitkomen, zoals de hand-, voet-, kruis- en St-Jansboog. Ook met buks wordt er geschoten. Daarnaast kan je bij het Gildenfeest en bij het Landjuweel de leden zien dansen, vendelen en roffelen met de trom.
Een Kastensysteem
Binnen de Gilde heerst een rangorde die duidelijk het eertijdse kastensysteem weerspiegelt. Aan het hoofd van de Gilde staat een 'Hoofdman' of voorzitter, bijgestaan door de 'Koning' of ondervoorzitter. Daarop volgt de griffier of secretaris. Verder is er nog een belangrijke taak voor de schatbewaarder weggelegd die over de schatkamer met kledij, bogen, breuken, kartels en vaandels waakt. Een zeer oude breuk kan immers kapitalen waard zijn.
'De Wet' is de hoogste vergadering over de hele Kempen. Zij kent buiten haar bestuurlijke bezigheden ook onderscheidingen toe voor trouwe Gildenbroeders of Zusters. Af en toe worden Gouden Pagegaaien toegekend aan verdienstelijke leden. Onze vroegere erehoofdman Ward mocht zich bezitter noemen van een dergelijke onderscheiding.