Leerstof Tekenen

Leren voor de toets Tekenen

Beeldende begrippen

Hoofdstuk Ruimte
blz 93
Ooghoogte/horizon
Laag standpunt/ kikkerperspectief
Hoog standpunt/ vogelvluchtperspectief
blz 94
Plaats in de ruimte
Vrij in de ruimte
Ruimtevullend/massief
Ruimteomvattend
blz 95
Ruimte-dieptesuggestie
Ruimte werking/ ruimtelijk effect
blz 96
Afsnijding
Overlapping
Planopbouw
blz 97
Voor en achtergrond
Coulissewerking
Repoussoir
Atmosferisch perspectief
blz 98
Trompe l’oeil-effect
Ruimtesuggestie door lichteffecten
Ruimtesuggestie door verkorting
blz 101
Perspectief
Lijnperspectief, centraalperspectief
Horizon, ooghoogte
vluchtlijnen en verdwijnpunt

Hoofdstuk Compositie
blz. 104
Compositie, vlakverdeling,
ordening, groepering
Opmaak, lay-out
Lijnen en richtingen in de compositie
Schuine lijnen
blz 105
Compositie(grond)vorm, compositieschema
Geometrische compositie
Centrale compositie
Symmetrische en asymmetrische compositie
blz 106
Diagonale compositie
Over-all compositie, verspreide compositie
Raster, structuur, patroon, stramien
Beeldrijm, ritme en herhaling
blz 108
Statische compositie
Dynamische compositie
Spanning en onrust
Aandachtspunt, blikpunt

Hoofdstuk licht
blz 73
Lichtval
Lichtbron
Reflectie
blz 75
Lichtrichting
Meelicht
Tegenlicht
Zijlicht
blz 76
Slagschaduw en eigen schaduw
Plasticiteit
blz 77
Sfeer door licht
Clair-obscure
Glimlicht, hooglicht, glans

Hoofdstuk Kleur
blz 64
Kleurcontrast
Complementair contrast
Warm/koud contrast
Licht/donker contrast
Kleur-tegen-kleurcontrast
blz 65
Kwaliteitscontrast
Kwantiteitscontrast
Simultaancontrast
Ruimtelijk contrast
blz 66
Aardkleur
blz 67
Pastelkleur
Monochroom of polychroom
blz 68
Kleurgebruik en werking van kleuren
Symbolisch kleurgebruik
blz. 69
Impressionistisch kleurgebruik
Expressionistisch kleurgebruik
blz. 70
Functioneel kleurgebruik
Signaalkleur

Leerstrategie:

1. Lees de tekst van het beeldbegrip nauwkeurig.

2. Kijk naar de afbeeldingen die worden genoemd in de tekst.

3. Snap je het?

4. Schrijf het in je eigen woorden op.

5. Leer de beeldbegrippen en bijbehorende afbeeldingen.

6. Ik stel alleen vragen die letterlijk in de teksten staan.