Uiting: stukje taal in the make. De (on)affe zin, de structuur -en de projecties - weerspiegelen de stand van zaken tijdens de totstandkoming van de uiting.
Betekenisveld: bevat een versteende, statische structuur. Het veld, de structuur en projecties zijn herbruikbare/hergebruikte items. Denk aan bijwoorden, maar ook aan de zinverwantschap van (twee) woorden. Vanzelfsprekend is ook hier sprake van (ooit) gegroeide structuren, maar de beschrijving van Betekenisveld definieert ze als versteend.
Versteend of dynamisch, al die velden hebben veel gemeen.
Beide kun je zien als wolk