MAASTRICHT: SCHOUWBURG VAN HAAR VERLEDEN
De ‘vijf’ van Maastricht
Maastricht en de Maas
Elke stad, regio of dorp heeft zijn eigen biografie. Ook Maastricht. De geschiedenis en cultuur van de Limburgse hoofdstad zijn ontstaan vanuit de geografische situatie. Het miljoenen jaren oude terrasvormig landschap rond Maastricht is ontstaan door de rivier de Maas, de levensader in de Maastrichtse geschiedenis.
Hier lag de doorwaadbare plaats, waar de Romeinen een brug bouwden. Die brug is de spil van de Maastrichtse geschiedenis. Tot in de late negentiende eeuw was die oude Maasbrug de enige vaste oeververbinding over de rivier tot aan Rotterdam, waar ze in zee uitmondt. Rond die brug bouwden de Romeinen een versterking. Dankzij de bescherming, die dat bood, kwam de legendarische stadspatroon Sint Servatius, bisschop van Tongeren, naar Maastricht. Daarmee begon de bloeiperiode van de stad als religieus centrum. De brug was van enorm strategisch belang. Dankzij die brug werd Maastricht vele eeuwen later het ‘bolwerk der Nederlanden’. De stad werd een vestingstad van Europees belang en de Maastrichtenaren leefden van het garnizoen.
In de negentiende eeuw kreeg Maastricht een nieuwe identiteit. De verouderde vestingstad werd (vroege) industriestad. De industrialisatie van ons land ging van start in Maastricht, dankzij de industrieën van Petrus Regout (1801-1878). De Maas was daarbij van grote betekenis als waterweg voor het handelsverkeer.
In de loop van de twintigste eeuw groeide de stad uit zijn voegen en nam het verkeer toe. Er werden meer bruggen over de Maas gebouwd om de stad te ontsluiten. De oude maakindustrie werd verleden tijd; de stad moest op zoek naar een nieuwe identiteit. Ze veranderde van industriestad in kennisstad door de komst van de universiteit. Tevens werd Maastricht een Europese stad. Tezamen met Luik en Aken vormde ze al eeuwenlang een historische stedendriehoek. De eerste Europeaan, Karel de Grote, heeft er de basis gelegd voor een gezamenlijke culturele ontwikkeling. Maastricht ligt in het hart van ‘het land zonder grens’, in het hart van Europa ook en daarmee is ze een Europese stad met zuidelijke allure.
Weliswaar is de oude stad aan de Maas niet de ‘oudste’ stad van ons land - die eer komt Nijmegen toe - maar ze kent wel een ononderbroken bewoningsgeschiedenis, waardoor de stad in ruim tweeduizend jaar een hoog monumentengehalte heeft verworven. Door die continuïteit van bewoning werd het karakter van de stad bepaald, maar even zeer als havenstad, bisschopsstad, pelgrimsstad, handelsstad, vestingstad, industriestad en kennisstad. Ondanks dit kameleontische karakter heeft Maastricht een regelmatige stadsontwikkeling gekend op beide oevers van de Maas, dat glanzende lint van water dat de stad in tweeën deelde, maar ook verbond door de oude Maasbrug. De stad is de ‘schouwburg’ van haar verleden; dat verleden spreekt tot ons in al haar monumenten, die een leidraad vormen in mijn rondleidingsverhaal van vandaag.
De stad als schouwburg van haar verleden
Maastricht kent vijf historische stadskenmerken. Leven, wonen, werken, studeren, bewegen, shoppen, eten, wandelen in een stad als Maastricht betekent dagelijks geconfronteerd worden met de historische stadsidentiteiten van de Limburgse hoofdstad. Onbewust wordt de bewoner van de stad geconfronteerd met vele sporen die de Maastrichtenaren uit het verleden in hun stad hebben achtergelaten. Die sporen en de achterliggende verhalen over de totstandkoming van de stedelijke structuur en de stad als leef-, woon- en werkgemeenschap vormen de stedelijke biografie. Geschiedenis is dus een springlevend element in de belevingswaarde van de stad als ‘schouwburg’ van haar verleden. Het zijn allemaal ‘berichten’ uit de Maastrichtse samenleving, uit het verre of het recente verleden, die ons ervan bewust maken dat een stad die zijn verleden niet kent, geen toekomst heeft.
I Romeinse vesting
Maastricht is ontstaan als Romeinse nederzetting. Dat is te danken aan de geografische situatie: een Romeinse weg, een heerbaan waarover de Romeinse soldaten zich verplaatsten, kwam hieraan bij een doorwaadbare plek in de rivier de Maas en dat maakte de bouw van een brug, spil van de stadsgeschiedenis, mogelijk. Dit is een belangrijk verhaal uit de biografie van de stad, want vanaf dat moment tot op de dag van vandaag is Maastricht ononderbroken bewoond gebleven.
Over de eerste duizend jaar van de stadsgeschiedenis hebben we geen geschreven bronnen. Waarvandaan komt de legitimatie van Maastricht als ‘oude’ stad? Dat was het werk van archeologen. Zij hebben veel, dikwijls spectaculair, onderzoek gedaan in het bodemarchief. De archeologie is de verbindende schakel, die de continuïteit van de laatantieke oudheid naar de middeleeuwen heeft aangetoond. De archeologen hebben het besef van die continuïteit een plek gegeven in ons collectief geheugen, in onze actuele alledaagse beleving van de stad.
GOUDEN BORSTBEELD VAN SINT SERVATIUS, GESTORVEN 384
II Religieus centrum
De vroeg-christelijke geschiedenis werd gedomineerd door de legendarische Sint Servatius, die als bisschop van Tongeren naar de stad kwam. Hij werd de patroonheilige van Maastricht. In de middeleeuwen was de stad een religieuze ‘toeristenplaats’, een trekpleister voor pelgrims naar het graf van Sint Servaas. De stedelijke economie en samenleving waren grotendeels gericht op die religieuze functie. Torens van de vele en zeer verschillende kloosters, kapellen en kerken domineerden het monumentale silhouet van de stad. Nog steeds treft men er veelkleurige tastbare uitingen aan van kerkelijke cultuur. De zevenjaarlijkse Heiligdomsvaart is een voorbeeld van een nog levende religieuze traditie, een fraai bewijs van culturele continuïteit. Er zijn nog tal van plekken en kerkelijke gebouwen die de oorspronkelijke middeleeuws religieuze atmosfeer hebben bewaard. Veel gerestaureerde kerkelijke gebouwen staan weliswaar geregistreerd als monument, maar zijn niet tot museum geworden; ze hebben hun religieuze functies behouden. Bovendien bezitten veel kerken nog hun altaren, beeldhouwwerken, fresco’s en schilderijen, religieus vaatwerk en kerkelijk meubilair. Het religieus cultureel erfgoed is in Maastricht nog niet geheel en al in het museum verdwenen!
D’ARTAGNAN, GESNEUVELD IN MAASTRICHT, 25 JUNI 1673
III Vestingstad/garnizoenstad
Door haar strategische ligging was Maastricht eeuwenlang één van de belangrijkste vesting- en garnizoenssteden van Europa. De forten, de restanten van de vestingwerken en de stadsmuren zijn nog steeds tastbare getuigen van de militair strategische functie. Tussen 1600 en 1830 werd de stadsverdediging geconcentreerd op de buitengebieden. Van deze vestingwerken is een groot deel vooral aan de noordwestzijde bewaard gebleven. Eeuwenlang maakten de aanwezige Spaanse, Staatse en Franse soldaten ongeveer een kwart van de bevolking uit. De stedelijke economie was na 1600 tot circa 1830 geheel gericht op de aanwezigheid van het garnizoen. Sporen daarvan leven nog voort in verhalen, militaire kaarten, rituelen en uitdrukkingen.
Sociaaleconomisch en cultureel moderniseerde Maastricht zich als vestingstad. Getuigen daarvan zijn de opkomst van het Stokstraatkwartier als havenwijk, het imposante stadhuis en de verandering van het aanzien van de stad door het proces van ‘verstening’. De middeleeuwse vakwerkbouw was passé, maar het middeleeuwse stratenpatroon bleef behouden.
PETRUS REGOUT, NEDERLANDS EERSTE GROOTINDIUSTRIEEL 1801-1878
IV (Vroege) industriestad
Maastricht is de oudste arbeiders- en industriestad van Nederland. Met de vestiging van verschillende grote industrieën vanaf circa 1830 nam de geschiedenis van de oude vestingstad een nieuwe wending. Petrus Regout gaf Maastricht deze nieuwe identiteit. Voordien waren al voorwaarden gecreëerd voor de vroege industrialisatie. De infrastructuur was verbeterd, de Zuid-Willemsvaart (1817-1824) aangelegd en het Bassin als binnenhaven voltooid (1826). De uitbouw van de industriestad bracht ook een hoop sociale ellende; de woon- en werkomstandigheden van de arbeiders waren erbarmelijk.
In andere Nederlandse industriesteden zijn de sporen van de vroege industrialisatie uitgewist. Maastricht heeft tot op heden zijn vroeg-industrieel karakter weten te behouden, ja zelfs goed weten te combineren met andere stadsidentiteiten. Veel industrieel erfgoed is door behoud en hergebruik bewaard gebleven en beschermd.
TREATY OF MAASTRICHT, 1992
V Kennisstad / Europese stad
In de jaren 1950 was het einde van de maakindustrie nabij. Maastricht moest zichzelf als het ware opnieuw uitvinden, op zoek gaan naar een nieuwe identiteit. De komst van de universiteit (1976) gaf de impuls om van industriestad een kennisstad te worden. Voorts ging de stad niet haar excentrische ligging in het zuiden van het land benadrukken, maar juist haar ligging op het knooppunt van vele internationale lijnen en haar ligging op grenslijnen: Maastricht als Europese stad op het balkon van Nederland in Europa. Na het Verdrag van Maastricht (1992) toen het besluit werd genomen de Euro als Europese eenheidsmunt in te voeren, stond Maastricht internationaal op de kaart. De stad profileerde zich nadien nadrukkelijk als cultuurstad waar de Romaanse (Franse) en de Germaanse (Duitse) cultuur elkaar ontmoeten.
(Jac van den Boogard)