Dit is een mooie legende. Wanneer men het echter realistisch over naaldkant heeft, dan denkt men aan Venetië in de 16de eeuw. Ook in onze streken kende men deze kanttechniek. In Olsene was dit zelfs een bloeiende huisnijverheid tot na de 1ste wereldoorlog.
Kloskant wordt gemaakt met klosjes en naaldkant met naald en draad, Deze kant is minder gekend en vergt meer tijd dan kloskant. Het is ook altijd de duurste soort geweest.
In de winter van 1979/80 leerde ik in Olsene Martha De Waele (1895-1989) en Irma Naessens (1898-1986) kennen via Henriette Huys en op die manier de Olsense naaldkant. Veel vrouwen, zoals Martha werkten thuis uren om hun deeltje naaldkant af te maken. Irma, als kantvrouw verzamelde die stukjes, naaide ze aaneen en verkocht het geheel aan de kantvertegenwoordiger in Brussel, die dan de afgewerkte naaldkant aan de hogere adel doorverkocht.
Van Irma leerde ik alles over naaldkant en de geschiedenis in Olsene. Het was belangrijk voor mij dat de Olsenaar zich bewust werd van het belang voor hun voorouders, van deze huisnijverheid. Daarom begon ik een museum met verschillende soorten kant en vooral de Olsense naaldkant. Ik gaf zelfs enkele trimesters les in het zesde leerjaar van de plaatselijke basisschool.
Na 15 jaar leren en oefenen kan men zich naaldkantwerkster noemen, had Irma gezegd, maar als het zover was, leefde zij niet meer. Om, zoals bij de gilden, het beroep te mogen uitoefenen moest men eerst een meesterproef doen. Vroeger werden de patronen om kant te maken veelal getekend door artistieke beroepsmensen, vandaar het idee een kunstenaar te vragen om mij daarmee te helpen.
Die opdracht vroeg en kreeg ik van Roger Raveel uit Machelen a/d Leie. ‘Het lam treurt geduldig naar zijn ultieme geluk op de slachtbank’ is de titel. Ik maakte dit in 1995.
Toen ik hem persoonlijk ontmoette, wilde hij weten hoe ik als naaldkantwerkster te werk ging.. Hij was, zoals wij zeggen, rap van aanpak. Hij ging zelfs een stapje verder en vroeg welke steek ik gebruikte voor die bepaalde lijn op het patroon.
Later toen hij het werk kwam bekijken vond hij het goed gemaakt Het is een echte Raveel, zei hij. Hij was tevreden dus ik was geslaagd.
Roger was geboren te Machelen a/d Leie op 15 juli 1921. Van 1933 tot 1937 volgde hij de lessen aan de Stedelijke Academie te Deinze, waar hij van 1960 tot 1973 leraar werd. Hij studeerde ook aan de Koninklijke Academie voor Schone Kunsten te Gent.
Stilaan ontwikkelde hij een eigen kunstopvatting. Deze nieuwe visie nam vaste vorm aan rond 1948.
In 1995 werd Raveel in de adelstand verheven als Ridder.
Sinds 1999 is er in zijn eigen gemeente Machelen, een deelgemeente van Zulte, een museum met een belangrijk deel van zijn werken.
Op 17 mei 2009 verloor de schilder zijn onafscheidelijke vrouw en steunpilaar, de 96-jarige Zulma. In februari 2010 hertrouwde hij met Marleen De Muer. Hij overleed op 30 januari 2013 in het ziekenhuis in Deinze.
De zin om op die manier aan naaldkant te doen, had ik te pakken. In de circusverzameling van André, mijn man, vond ik een kalender met een tapijtontwerp uit 1971 van Pierre De Vos kunstschilder uit Oudenaarde met als thema ‘Circus’. Dit wou hij als tapijt laten maken in zijn stad maar het zou hem in die tijd 70.000 frank kosten en het is als ontwerp gebleven. Ik maakte dit in naaldkant in 1998. Het moeilijke was hier om in die chaos het nodige perspectief te brengen. Dit werk was op tijd klaar voor de volgende opening van het museum.
Pierre was geboren op 7 augustus 1917 te Oudenaarde en was de schoonzoon van Constant Permeke. In 1934 ging hij naar de ‘Ecole provinciale de textile’ en naar ‘l’Academie des Beaux-Arts’ te Doornik. In 1937/38 volgt hij nog les in beeldhouwen en schilderen in de ‘Ecole supérieure d’Architecture et des Arts décoratifs de la Cambre’ te Brussel. In 1950 is hij onder invloed van de 'Latemse expressionisten maar zoekt toch zijn eigen weg. Hij exposeerde in binnen- en buitenland. In 1954 koopt hij een keramiekoven, maakt in 1958/60 keramiek en exposeert ermee in Brussel.
Vanaf 1060 stopt hij met beeldhouwen. Hij sterft op 23 februari 1972.
Ik wou nu eens bewijzen dat ik niet alleen de moderne kant aankan maar ook de klassieke techniek beheers. Dus nam ik een patroon van de Brusselse naaldkant uit 1900 en werkte dit uit voor het seizoen 1999.
Voor het jaar 2000 had ik, dankzij Phil Steelandt (toen VRT-medewerker), kennisgemaakt met Rik Vermeersch uit Meulebeke. Mijn thema van het seizoen was ‘Kant in kleding of niet’. Een naakte vrouw was zijn antwoord. Hier was het schaduweffect het moeilijke punt. Rik Vermeersch en zijn vrouw (zelf kunstenares) hebben het naaldkantwerk gezien en goedgekeurd.
Rik is geboren op 7 augustus 1949 te Kortrijk. Als zoon van José Vermeersch is hij al vroeg vertrouwd met kunst. Vanaf zijn 15de jaar volgt hij kunstonderwijs in Sint-Lucas in Gent en studeert er af in 1971. Naast zijn schilderwerk begint hij ook te beeldhouwen.
Sinds 1968 zijn er overal tentoonstellingen zelfs buiten onze grenzen.
Het was de bedoeling om elke keer een kunstenaar te contacteren. Ik kreeg soms advies van Luc Voet. Het lukte niet altijd om de gewenste artiest te strikken. Eens kreeg ik een vriendelijk telefoontje met de melding dat hij het absoluut niet kon doen omdat hij volop aan het werk was voor een tentoonstelling. Ik kreeg ook eens, van een nogal belangrijk artiest, totaal geen antwoord op mijn vraag, zelfs niet na een tweede brief.
Bob Stadius kunstschilder/beeldhouwer zocht ik op in zijn atelier in Mariakerke bij Gent. Daar koos ik voor 2002 een schilderij om in kant te maken. Het was: ‘Het profiel Veranneman.’. De wolken in de achtergrond waren deze keer mijn uitdaging. Hetzelfde jaar kwam hij op bezoek en zag dat het goed was.
Bob was geboren in 1943 te Gent. Hij volgde aanvankelijk les in de academie in Gent. Hij vervolmaakte zich bij W. Van Aerden, Octaaf Landuyt, B.Coolens en Albert Servaes. Zijn lerarenloopbaan plastische vormgeving liet hij na enkele jaren varen om zich uitsluitend en intensief aan zijn stilistische creativiteit te wijden. Als kleinzoon van Albijn Van Den Abeele had hij dit in zijn genen. Hij was tweemaal op audiëntie bij Paus Paulus II. Hij stierf op 3 augustus 2004.
Ik dacht voor het seizoen 2004 aan een cartoon. De fijne tekenlijnen wou ik in naaldkant zien. Daarvoor contacteerde ik Benoît van Innes uit Schaarbeek. Hij kwam op bezoek tijdens de openingsuren van het museum. Ik heb hem te laat opgemerkt om hem te spreken. Ik ga er maar van uit dat het goed was.
Benoît was geboren op 25 mei 1960 in Brugge, woonde in Brussel en werkte voor binnen- en buitenlandse dag- en weekbladen, onder andere The New Yorker, het befaamde Amerikaans weekblad. Dat hij ook schildert is minder bekent. Zijn stijl is verwant aan zijn tekeningen met uitgesproken zin voor compositie,vlakverdeling en kleurgebruik. Hij kreeg zijn opleiding aan de Sint-Lucas Kunstschool in Gent. Als cartoonist en als schilder voelde hij zich een vrij kunstenaar. Verschillende disciplines waren voor hem geen probleem. Tussen cartoon en schilderij laveerde hij moeiteloos. Dat was de reden waarom Benoît in de kunstwereld zo’n uitzonderlijk figuur was.
Hij is op 24 februari 2024 te Brussel overleden.
Marcase uit Olsene kwam eens naar het museum om naar mijn interpretatie van Raveels werk te kijken. Hij gidste op dat moment in het Raveelmuseum. Zijn opmerking was dat hij mij ook eens een opdracht wou geven, wat uiteraard in dank aanvaard werd. Hij wilde zijn werk in negatief en positief zien. Dit was de nieuwigheid voor de opening van 2005. Toen hij het kwam bekijken was zijn reactie: ik moest het je nog moeilijker gemaakt hebben.
Marc Vanhaesebrouck is geboren in 1946 in Wakken en studeerde aan de academie van Deinze en Sint-Lucas te Gent. Aanvankelijk schilderde hij vanuit de belangstelling voor de natuur waarin hij abstracte vormen plaatst. Het is niet de bedoeling dat de verschillende elementen in zijn werk herkenbaar zijn maar dat zij zich manifesteren als teken voor begrippen voor gras, bladeren, bomen. Vanuit deze visie sluit zijn werk aan bij de fundamentele schilderkunst, dit wil zeggen, deze die naar haar oorspronkelijke fundamenten zoekt.
Voor 2006 was het vooral grappig met Cowboy Henk. Herr Seele uit Oostende gaf de toestemming. Hij wilde het echter niet van een reeds verschenen strip, uit het tijdschrift Humo. Neen, hij zou iets nieuws creëren, speciaal voor mij. Telkens deed ik het werk in de winter om klaar te zijn tegen april en het nieuwe seizoen te starten. De opdracht kwam maar niet. De tijd drong. Eigenlijk had ik al in 2001 de vraag gesteld. Uiteindelijk stuurde hij de Cowboy Henk. Onder zijn arm moest de strip komen en dat zou hij later bezorgen. Veel later. Bij mijn start had ik Cowboy Henk af en André heeft er dan maar een leuke tekst bij verzonnen.
In 2005 kwamen ze van het tv-programma ‘Duizend zonnen’ Daarin was een rubriek, een klein museum in de kijker. Telkens hadden ze ook een verrassing voor de beheerder. Ik had mij, bij hun voorbereidend bezoek, laten ontvallen dat ik al vier jaar wachtte op de rest van de opdracht van Herr Seele. Zijn komst met een originele strip was toen mijn geschenk: de strip Cowboy Henk als ontwerper en maker van kant.
Peter Van Heirseele is geboren op 13 april 1959 in Torhout en woont in Oostende. Hij volgde een opleiding beeldhouwen in de academie te Gent en was laureaat ‘kleur, lijn, volume’. Hij bekwaamde zich tot pianostemmer en hersteller in Wales en studeerde restauratie in Firenze. Onder zijn pseudoniem Herr Seele creëerde hij op 24 september 1981 met Kamagurka de cartoonfiguur cowboy Henk. De strip wordt in het buitenland gepubliceerd, zoals in Amerika, Frankrijk, Nederland, Duitsland en Scandinavische landen, zowel in tijdschriften als in boekvorm. Ooit maakte hij een muurschildering op de Sunset Boulevard in Hollywood. Hij werkt mee aan verscheidene theatershows en TV-programma’s. In 2005 was er in Oostende een tentoonstelling van het geslacht Herr Seele met werk van drie generaties ver.
Transparant. Dan denk ik aan een brandglas en dat had ik nog niet gehad. In Ronse op het binnenplein van het textielmuseum zag ik een werk van Jan Leenknegt uit Ronse. Die kon ik vragen voor het seizoen 2007. Direct was dat in orde. Verscheidene keren hebben we Jan en zijn vrouw Danielle ontmoet en telkens was het een leuk weerzien.
Jan is geboren op 22 januari 1950 in Oudenaarde en woont in Ronse. Hij werkte reeds als kind samen in het glasatelier met zijn vader Michiel (1912-1985), volgde les in de academie van Antwerpen, Oudenaarde en Mechelen. Hij gaf ook les in Oudenaarde en Ronse. In 1971 begint hij tentoon te stellen, eerst etsen, schilderijen en aquarellen, later glassculpturen.Vanaf 1974 werkt hij zelfstandig als glaskunstenaar. Stelt tentoon in binnen- en buitenland.
Sam Dillemans uit Borgerhout werd me aangeraden door Rik Vermeersch. Hij was de laatste vanuit Olsene. Deze opdracht werd me per post geleverd.
Sam is geboren op 17 januari 1965 in Leuven. Hij studeerde van 1979 tot 1992 aan verschillende academies in ons land en in Frankrijk. Hij is vooral gekend door zijn reeks schilderijen van boksers. Een documentaire, ‘De waanzin van het detail’ over hem werd bekroond met goud in Biarritz. Vanaf 2016 heeft hij zijn eigen tentoonstellingsruimte in Antwerpen.
In augustus 2007 sloot het museum na 20 jaar. We verhuisden naar Gent. Dit wou natuurlijk niet zeggen dat ikzelf stopte met naaldkantwerken.
Naar aanleiding van een tentoonstelling in het MIAT in Gent tijdens de Gentse Feesten in 2008 vroeg ik een opdracht aan Stief Desmet uit Deinze. Hij was ooit als kind met zijn moeder in het museum geweest en wist nog hoe de naaldkant werd gemaakt. Zijn keuze viel op het werk ‘Fucking’. Hij wilde de vlinders met dubbele vleugels om ze als het ware te laten vliegen. We spraken af in het MIAT.
Stief is geboren in 1973 in Deinze en woont nu in Gent. Hij studeerde aan de Academie voor Schone Kunsten in Gent en aan Sint-Lucas van 1991 tot 1995. Hij maakt alle soorten creaties zoals met schilderen, beeldhouwen bewegende beelden. Zijn werk kom je overal tegen.
Voor een tentoonstelling in 2010/11 in het Maagdenhuismuseum in Antwerpen koos ik eens een vrouw. Karin Hanssen uit Antwerpen ‘Mevrouw in een mantelpakje’ was haar opdracht. Het zwart in het werk is bij mij wit geworden en deze keer heb ik er een klein beetje kleur ingestoken op haar aandringen. Ze kwam bij ons thuis in Gent langs nog voor het werk naar Antwerpen vertrok,
Karin is geboren in 1960 in Antwerpen, woont en werkt er nog steeds. Ze had haar opleiding in 1990 in de Academies in Antwerpen en in 1993 in Maastricht. In 2016 promoveerde ze aan de universiteit in Antwerpen. Ze maakte samen met Luc Tuymans in 2013 een documentaire. Haar werken staan ten toon in binnen en buitenland.
In 2011 dacht ik aan Eric vande Pitte uit Gent Ik heb hem leren kennen roen hij in 1976 naar Zulte Firtel kwam samen met zijn vrouw Marleen Dheedene, van de beenhouwerij Dheedene in Zulte. Onze zoon Bart, pas 4 jaar geworden, deed de eerste keer mee in de stoet met zijn vader. Hij zat op een stoeltje met een fopneus op. Dit beeld was zo aandoenlijk dat Eric een reeks tekeningen maakte voor zijn tentoonstelling ‘de neus’. Wij, met Bart, waren uitgenodigd op de opening. Het is dus niet raar dat Eric al een hele tijd in mijn achterhoofd zat maar het kwam er niet van om hem te storen. Doordat we nu in Gent woonden, zette ik de stap en het heeft mij zeker niet berouwd. We hadden een fijne samenwerking. Hij heeft zelfs een reeks kunstwerken in textiel waaraan ik mocht meewerken.
Eric is geboren in 1950 in Kortrijk en woont en werkt in Gent. Zijn opleiding had hij in Sint-Lucas en de Academie in Gent. Van 1986 tot 1998 was hij huistekenaar van de literaire bladzijde van Knack Magazine, van 2003 tot 2006 van het dagblad De Tijd en in 2006 voor het dagblad de Standaard. Er zijn regelmatig tentoonstellingen hier en in omliggende landen.
In 2018 begon het weer te kriebelen en ik koos een schilderij van Georges Dheedene uit Zulte en later in datzelfde jaar Camiel De Waegenaere uit Gottem. Beide werken zijn goed gelukt, al zeg ik het zelf.
Georges was geboren in 28 november in 1909 in Zulte. Hij studeerde aan Sint-Lucas in Gent, kreeg daar een gouden medaille en gaf daar zelfs les. In 1938 is hij medeoprichter van de schildersgilde 'De Vierschaere' in Waregem. In 1972 begon hij met enkele leden een nieuwe vereniging 'Sint-Lucas Kring'. Georges Dheedene schildert landschappen allerhande maar is vooral gekend voor zijn portretschilderen. Hij is gestorven op 27 oktober 1973
Camiel De Waegenaere was geboren in 1855 in Gottem en bleef er heel zijn leven wonen. Hij was de oom van Modest Huys. Naast schilder was hij ook schrijver van verhalen zoals in de Hanskens of vlaamse filmpjes.
Hij stierf als een kluizenaar in Deinze op 14 november 1946.
Het werken in naaldkant is momenteel in Olsene verdwenen. Ikzelf maak nog kleine werkjes zoals vlinders, bloemetjes enz. om de vaardigheid in de vingers te houden. Gelukkig geeft men hier en daar nog cursussen of workshops in naaldkant.
Voor Olsene blijft dit erfgoed een mooie herinnering aan de noeste arbeid van de voorouders.