DCSV 1 - RHC Arena 2, seizoen 2010 - 2011
04-02-2011
Soepele overwinning DCSV op RHC-Arena 2 (?)
6-2 is een uitslag waar je bij kunt denken dat het heel soepel is gegaan voor DCSV. Zeker als je erbij bedenkt dat er geen enkele nederlaag is geleden lijkt het dat er geen vuiltje aan de lucht is geweest. Toch was het spannend. Toen ik (Arjen) bij een 2-1 voorsprong voor DCSV eens de borden rond ging vermoedde ik dat er 2 borden op winst stonden en 2 op verlies. Dit zou inhouden dat ik zelf in elk geval een halfje moest zien te houden. De 2 winstborden werden inderdaad winst en Reinier en Jan wisten hun partijen nog remise te houden. Toen ik ook nog wist te winnen was het dus 6-2. Hieronder volgt een verslag van de spelers zelf.
Bord 1 (Rens ter Veen, zwart)
Op verzoek van Ton speelde Rens aan bord 1. Dit keer tegen een oude bekende. Het kwam tot een symmetrisch Engels, waarbij afruil van de zware stukken volgde op de open b-lijn. In gelijke stand remise besloten.
Bord 2 (Robert Boermans, wit)
Na een van beide kanten niet goed gespeelde opening kreeg ik de mogelijkheid om een stuk voor een pion te winnen. Ik dacht echter via een andere zet de druk nog verder te kunnen verhogen. Dit bleek niet correct en ik dacht mijn voordeel te verspelen. Doordat zwart niet had gerokeerd kon ik na een paar mindere zetten van zwart de druk toch verhogen waarbij mijn stukken wel samenwerkten en die van zwart niet. Dit leidde tot damewinst tegen één stuk. Ik zou ook snel nog een paard winnen, dus zwart gaf terecht op.
Bord 3 (Ton Paalvast, zwart)
Wit zette de partij zeer degelijk op en ik probeerde daar met zwart een actieve opstelling egenover te zetten. Met wat ongebruikelijke zetten met 6. h3 en 7.a3 werd ik een beetje in slaap gewiegd en stond na 12 zetten toch plotseling zeer gedrongen met een P op de achterste lijn en een dreigende witte K-aanval. Net op het moment dat wit had kunnen oogsten deed hij een paar bijzonder onlogische, onsamenhangende zetten waardoor ik het initiatief kon grijpen en zelfs in de aanval kon gaan. Toen mijn moment om te oogsten was aangebroken deed ik het in eerste instantie ook niet op zijn allersterkst maar mijn manier leverde toch nog een winnende aanval op met 2 stukken en een pi winst waarbij mijn tegenstander lang doorspeelde tot hij na 45 zetten zag dat hij 2 zetten later mat gezet zou worden. Op dat moment werd de stand dacht ik 3-1 in ons voordeel.
Bord 4 (Marc Jager, wit)
Zwart komt na de opening wat in de verdrukking. Wit schroeft langzaam de duimschroeven aan en heeft uiteindelijk een gevaarlijke koningsaanval. Zwart stopt de aanval door materiaal te offeren en probeert eeuwig schaak te vinden. Op de laatste zet geeft zwart echter ook nog een stuk weg en geeft dan op.
Bord 5 (Reinier van der Veen, zwart)
In een Russische opening komt wit niet echt lekker uit de opening, maar weet hij met agressief spel toch in het middenspel de zwarte stukken een beetje op te sluiten. Na enige overpeinzing kiest zwart (Reinier) voor het offeren van een toren tegen een loper die in mijn stelling stond, plus een pion. Daarna wint zwart nog een pion, offert wit de kwaliteit terug en kan op de koningsstelling net niet winnen. Zwart biedt in tijdnood remise aan, wat wit sportief aanneemt. (Analyse wijst uit dat wit moet uitkijken voor mat!)
Bord 6 (Arjen Hofman, wit)
Een Caro-Kann. Wit verovert het loperpaar, maar geeft prompt een pion weg. Hoewel er enige ontwikkelvoorsprong is, kan dit niet echt als goede compensatie worden gezien. In het middenspel verovert wit in een complexe stelling een kleine kwaliteit, waarna de stelling aardig in evenwicht lijkt. Misschien met een klein plusje voor wit. Zwart besluit echter erg veel tijd te gebruiken en dit breekt hem op. Na een fout onder tijdsdruk geeft zwart op.
PS: Uit de analyse blijkt dat zwart met een torenoffer op h2 een geforceerde mat in 8 heeft. Scherp gezien Robert! Heb ik toch nog mazzel gehad.
Bord 7 (Fedde Stegenga, zwart)
In de opening nam wit het initiatief op de koningsvleugel. Zwart reageerde op de andere vleugel. Vrij snel ontstond er een soort status quo. Na torenruil bood zwart remise aan, dat wit (na raadpleging van zijn teamleider) afsloeg. Kort nadat ook de andere torens van het bord verdwenen, bood wit remise aan. Dit nam zwart aan, ½-½.
Bord 8 (Jan Slotmaker, wit)
Rustig. Omstreeks de 10e zet een foutje dat mij een pion kostte. Die kwam in een latere fase weer terug. Ik kwam niet door de koningsvleugel. Hij niet door mijn damevleugel. En zo eindigde de partij zoals ie begon, met elk één toren, één loper (verschillende kleur) en 7 pionnen: ½-½.
> Archief > Seizoen 2010-2011 > HSB-competitie 2010-2011 > DCSV 1 2010-2011