AANVULLINGEN
op het familieboek
op het familieboek
Hieronder staan een aantal vermeldenswaardige bevindingen uit later onderzoek.
In 1794 vertrokken Hein Bleijendaal en zijn echtgenote Antje Smit vanuit Beverwijk naar de Zijpe. De reden voor dit plotselinge vertrek was lange tijd niet bekend maar was, bleek later, gelegen in de hierna beschreven gebeurtenissen.
Op de avond van 18 januari 1794 besloten Hein Bleijendaal, Barend Bulder, een zekere Dirk en Hein's 15-jarige knecht Pieter Haver op ganzen te gaan jagen. Zij liepen daarvoor naar het Castricumse bos in de buurt van Noorddorp op de grens van Heemskerk en Castricum. De jacht verliep zonder succes en de mannen dachten er al over om weer naar huis terug te keren, toen zij werden aangesproken door Arie IJsbrands, toeziender der Houtvesterij en het Jagtgericht, Antonie Wijlards, jager in dienst van de heer Harmen van der Pol en Willem Knaap, van beroep schilper, allen afkomstig uit Castricum.
IJsbrands vroeg : “Wie ben jij ?” en kreeg daarop als wedervraag: “Wie ben jijluij?”. IJsbrands antwoordde hierop dat hij dat zou laten zien en kwam enige schreden naderbij, terwijl hij ondertussen en voor allen hoorbaar de haan van zijn geweer spande. Daarop riep één van de vier aangesprokenen met forse stem: “Gaat weg!” en onmiddellijk daarna klonk er een schot. Toen Antonie Wijlards en Willem Knaap daarop de vlucht namen, hoorden zij Arie IJsbrands kermen en Jesus Christus aanroepen en zij bemerkten dat hij hen niet volgde. Nadat Wijlards en Knaap hulp hadden gehaald, bleek dat IJsbrands door een schot in het oog was getroffen en inmiddels was overleden.
Hein en zijn vrienden waren zo snel als mogelijk weer naar huis teruggekeerd. Zij hadden afgesproken met niemand over het gebeurde te praten. Barend Bulder’s vrouw Trijn bleek zich hier echter niet aan te kunnen houden. Zij vertelde aan Amper Jan dat Hein Bleijendaal Arij IJsbrands zou hebben doodgeschoten, waarop Amper Jan aanstonds naar de moeder van Hein is gegaan en om haar dat te vertellen. Hein besloot toen direct uit Beverwijk te verdwijnen. Kort daarna verlieten ook Barend en Dirk de stad en ontliepen ook zij Vrouwe Justitia.
Hein en Antje vestigden zich dus in de Zijpe en verkochten hun woning aan de Arendsweg te Beverwijk op 20 september 1796 voor 200 gulden aan Sijmen Bruijns, een oom van Hein.
Toen in 1796 zijn moeder overleed, leek het Hein niet verstandig om persoonlijk naar Beverwijk te gaan om daar zijn erfdeel op te eisen. Hij wendde zich tot notaris Schenk in Schagen en liet daar op 22 december vastleggen dat zijn echtgenote als zijn gevolmachtigde kon optreden. Aldus nam Antje Smit op 30 december in Beverwijk het kindsdeel van haar man in ontvangst, zijnde een kwart van 1075 gulden.
Nadat in 1805 haar echtgenoot was overleden, keerde Antje terug naar Beverwijk.
Gebleken is dat Hendrik Bleijendaal (zie familieboek 0.6) daadwerkelijk betrokken was bij de slag bij Waterloo.
De Slag bij Waterloo vond plaats op 18 juni 1815 ten zuiden van Brussel . In een bloedige, tien uur durende strijd werd Napoleon met zijn Grande Armée definitief verslagen door een geallieerd leger onder aanvoering van de Hertog van Wellington. Als dank voor de geleverde diensten hadden de betrokkenen recht op een geldelijke beloning, de zogenaamde ‘Waterloo-gratificatie’. Deze gratificatie werd voor de gewone soldaat vastgesteld op 61 francs en 60 centimes (29 gulden en 10,5 cent).
In aanmerking voor een gratificatie kwamen alle militairen die, onder bevel van de Hertog van Wellington, betrokken waren bij de veldslagen van 15 t/m 18 juni 1815, bij de blokkades en belegeringen in Frankrijk of die zich in Frankrijk bij het geallieerde leger hadden gevoegd vóór 7 juli 1815.
Om alle strijders te kunnen geven waar ze recht op hadden verzamelde het Ministerie van Oorlog de staten van alle officieren en manschappen die in 1815 de Campagne hadden meegemaakt. Op basis hiervan is later de 'Waterloo-gratificatie'-index samengesteld en in deze index is over Hendrik het volgende vastgelegd:
● Rang: Soldaat
● Nummer: 1439
● Naam: Bleijendaal Hendr
● Bijzonderheden: 10 april 1816 aan het Mil District te Hoorn afgegeven
● Bedrag in francs: 61,60
● Bedrag in guldens: 29,105
● Datum betaling in 1817: 29 NOV
● Aan wie betaald: L Tiedeman
De persoon aan wie de betaling is gedaan is naar alle waarschijnlijkheid Lucas Tiedeman. Deze woonde in Beverwijk, onder meer aan de Breestraat en was kantoorbediende van beroep. Het vermoeden bestaat dat hij een bekende van Hendrik was en dat hij op diens verzoek de gratificatie (in Amsterdam?) in ontvangst heeft genomen.
In 2018 is gebleken dat Cees zijn geslachtsnaam niet heeft laten wijzigen.
De genealogische gegevens betreffende Cees welke ontbreken in het familieboek zijn nu wel opgenomen in de online versie van de stamboom.
Door de vondst van een bidprentje is duidelijk geworden dat er een kind ontbreekt.
Op 31 januari 1908 is de geboorte geregistreerd van Johannes (Jan), zoon van Adam de Wit en Anna Bleijendaal. Het kind overleed echter in 1911 zodat de eerstvolgende zoon in 1912 ook weer deze naam kreeg.
Gebleken is dat er nog een kind ontbrak .
Op 26 maart 1912 is de geboorte geregistreerd van Geertruida, dochter van Adam de Wit en Anna Bleijendaal. Het kind was er een van een tweeling en overleed in 1913.
Hier volgt informatie over een aantal levenloos geboren kinderen die niet zijn vermeld . De geboorte van deze kinderen is destijds gemeld bij de gemeentelijke instanties en vastgelegd in de overlijdensregisters van de Burgerlijke Stand.
Levenloos kind Tol, geboren op 24 juni 1923.
Levenloos kind Voormeer, geboren op 9 januari 1944.
Levenloos kind van Braak, geboren op 29 maart 1925.
Een levenloos kind Bleijendaal, geboren op dinsdag 23 april 1957 om 15.15 te Castricum.
Levenloos kind Botter, geboren op 16 maart 1948.
Levenloos kind Botter , geboren op 11 juli 1960.
Levenloos kind Bleijendaal, geboren op vrijdag 24 oktober 1952 om 10.30 te Leeuwarden.
Levenloos kind de Reus, geboren op 9 juni 1929.