route van onze voorouders

Als u uw vooroordelen wil verliezen, moet u reizen

(Marlene Dietrich)

Gebaseerd op overeenstemmingen tussen het DNA-staal dat ik instuurde bij het "Genographic project" en DNA-stalen van "ijkpunten" (op zich gebaseerd op vondsten van overblijfselen en aanvullend wetenschappelijk onderzoek) werd de tocht van mijn oudste voorouders getraceerd (steeds langs vaders kant).

Deze resultaten zijn toepasselijk op allen die dezelfde voorvaderlijn volgen, ook voor "afsplitsingen" in de meest recente pakweg 5000 jaar.

Dit zet onze perceptie over immigrantie van heden ten dage wel enigzins in perspectief.

Een beschrijving van ons genetisch profiel en de route die onze voorvaders volgden:

Halogroup I1A (M253)

De test van ons Y-chromosoom resulteert in de conclusie dat we tot haplogroep I1A behoren.

De genetische ijkpunten die de geschiedenis van onze voorvaderen markeren dateren van meer dan 60 000 jaar geleden. Op dat moment werd het eerste gemeenschappelijke ijkpunt van alle niet-Afrikaanse mannen - M168 - gedateerd. Vanaf dan tot nu volgt de vaderschapslijn, eindigend met ijkpunt M253, het ijkpunt dat haplogroep I1a definieert.

Op de kaart die de route van onze voorouders beschrijft, zie je dat leden van haplogroep I1a de volgende ijkpunten delen:

M168 > M89 > M170 > M253

Wat is een haplogroep, en waarom concentreren genetici zich op het Y-chromosoom voor ijkpunten ? Wat is een ijkpunt ?

Ieder van ons draagt DNA. Dat DNA is de combinatie van genen doorgegeven van zowel moeder als vader. Daardoor krijgen we kenmerken zoals oogkleur, grootte of atletische aanleg en gevoeligheid voor erfelijke ziektes. Een uitzondering is het Y-chromosoom. Dat wordt direct en onveranderd van vader op zoon doorgegeven, en blijft zo onveranderd van generatie op generatie.

Onveranderd, tenzij er een mutatie optreedt. Die mutatie gebeurt toevallig, natuurlijk en is doorgaans onschuldig. Die mutatie, die we ijkpunt noemen, werkt als een baken. Zo een ijkpunt kan teruggevonden worden van generatie op generatie, vanaf de man in wiens DNA de mutatie gebeurde naar zijn zonen en alle verdere mannelijke afstammelingen, gedurende duizenden jaren.

In sommige gevallen is er meer dan een mutatie die een afstammingslijn kenmerkt. Dit betekent dat ieder van deze ijkpunten gebruikt kan worden om de haplogroep te definiëren, aangezien ieder lid van die groep die een van de mutaties draagt ook de andere mutatie draagt. Op die manier kan ieder ijkpunt gebruikt worden als een genetische wegwijzer, die ons terugleidt nar het ontstaan van de groep, en ons toelaat te begrijpen wat er op die momenten gebeurde.

Wanneer genetici een ijkpunt identificeren proberen ze op te sporen wanneer dat ijkpunt eerst voorkwam, en op welke geografische plaats. Ieder ijkpunt is in feite het begin van een nieuwe vertakking in de stamboom van het menselijk ras. Wanneer we al die vertakkingen volgen krijgen we een beeld van hoe kleine stammen moderne mensen in Afrika, tienduizenden jaren geleden, diversifieerden en zich over de wereld verspreidden.

Een haplogroup wordt gedefinieerd door een serie ijkpunten die gedeeld worden door andere mannen die diezelfde toevallige mutaties vertonen. Die markeringen laten ook toe de route te bepalen die uw voorouders volgden wanneer ze Afrika verlieten. Het is moeilijk om te weten hoeveel mensen wereldwijd tot een bepaalde haplogroup behoren, of hoeveel haplogroepen er zijn. Daarvoor hebben de wetenschappers op dit moment nog onvoldoende data.

M168: onze oudste stamvader

  • Tijdstip: zowat 50 000 jaar geleden.
  • Plaats: Afrika.
  • Klimaat: tijdelijke opwarming in de ijstijd. Afrika evolueert van een droogteperiode naar warmere temperatuur en hogere vochtigheid.
  • Schatting van het aantal Homo Sapiens: 10 000
  • Gereedschap en vaardigheden: stenen werktuigen. Eerste aanwijzingen van kunst en hogere vaardigheden.

Op basis van skeletten en archeologische bewijzen kan worden aangenomen dat de moderne mens voorkwam in Afrika 200 000 jaar geleden, en vanuit Afrika de rest van de wereld koloniseerde zowat 60 000 jaar geleden.

De man die het eerste genetische ijkpunt opleverde leefde wellicht in noordoost Afrika in de omgeving van de Grote Slenk (“Rift Valley”). In een gebied dat vandaag in Ethiopië, Kenia en Tanzania ligt, zowat 31 000 tot 79 000 jaar geleden. Wetenschappers schatten de meest waarschijnlijke periode zowat 50 000 jaar geleden. Zijn afstammelingen werden de enige mannelijke lijn die buiten Afrika overleefde, wat hem de gemeenschappelijke stamvader van alle niet-Afrikaanse man van vandaag maakt.

Maar waarom verliet de mens zijn gekende Afrikaanse jachtgronden om ongekend land te verkennen ? Waarschijnlijk is een klimaatschommeling de oorzaak van de uittocht van die voorvaderen uit Afrika.

De Afrikaanse ijstijd was gekenmerkt door droogte, veeleer dan door koude. Zowat 50 000 jaar geleden begon de ijskap van noord Europa te smelten, waardoor Afrika een periode van hogere temperatuur en droogte kende. Een gedeelte van de voordien onherbergzame Sahara werd bewoonbaar. De van de droogte geredde woestijn werd savanne, en dieren werden door onze voorouders bejaagd waagden zich op de nieuwe groene graslanden. Die voorvaderen volgden het goede weer en de dieren die ze bejaagden, al blijft de precieze route die ze volgend tot nader order onbekend.

Samenvallend met de klimaatsverandering was er rond deze tijd ook een grote sprong voorwaarts in de ontwikkeling van de intellectuele capaciteit. Vele wetenschappers geloven dat de ontwikkeling van een taal ons een belangrijk voordeel opleverde boven andere rassen. Verbeterde werktuigen en wapens, het vermogen om plannen te maken en samen te werken, en een grotere capaciteit om bronnen te exploiteren die we eerder niet konden droegen er toe bij dat de moderne mens migreerde naar nieuwe gebieden, en daar andere rassen verdrong.

M89: Trektocht door het Midden-Oosten

  • Tijdstip: zowat 45 000 jaar geleden.
  • Plaats: noord Afrika en het Midden-Oosten.
  • Klimaat: halfdorre grasvlakten
  • Schatting van het aantel Homo Sapiens: tienduizenden
  • Gereedschap en vaardigheden: ivoor en houten werktuigen

De volgende voorvader is de man die ijkpunt M89 opleverde, een ijkpunt dat aangetroffen wordt in 90 tot 95% van alle niet-Afrikanen. Deze man werd 45 000 jaar geleden geboren in noord Afrika of het midden Oosten.

De eerste mensen die Afrika verlieten volgen waarschijnlijk een route langs de kust die hen uiteindelijk naar Australië voerde. Onze voorouders volgden de uitdijende grasvlakten en het overvloedige wild naar het Midden Oosten en verder. Zij waren een deel van de tweede grote immigratiegolf uit Afrika.

Vanaf 40 000 jaar geleden veranderde het klimaat opnieuw, en werd het kouder en verdorde het. Afrika werd door een droogtegolf getroffen, waardoor het grasland tot woestijn verarmde. Gedurende de volgende 20 000 jaar was de doortocht via de Sahara afgesloten. Daardoor hadden onze voorouders twee opties: in het Midden Oosten blijven of verder trekken. Terugkeren naar het continent van hun voorvaderen was uitgesloten.

Vele afstammelingen van M89 bleven in het Midden Oosten. Anderen trokken door en volgden de grote kuddes buffels, antilopen, harige mammoeten en ander wild naar het huidige Iran en de uitgestrekte vlakten van centraal Azië.

Deze halfdroge graslanden vormden een soort “supersnelweg”, die zich uitstrekte van het oosten van Frankrijk tot Korea. Onze voorouders reisden – na hun doortocht vanuit het Afrika en het Midden Oosten – zowel naar het oosten als naar het westen op deze graslanden. Een kleinere groep trok verder noordelijk vanuit het Midden Oosten naar Anatolië (het Aziatische deel van het huidige Turkije) en de Balkan, en verliet de gekende grasvlakten voor bossen en bergachtige gebieden.

M 170: bezetting van de Balkan

  • Tijdstip: zowat 20 000 jaar geleden.
  • Plaats: Zuid-Oost Europa
  • Klimaat: hoogtepunt van de ijstijd
  • Schatting van het aantel Homo Sapiens: honderdduizenden
  • Gereedschap en vaardigheden: Gravettische beschaving van het Opper Paleolitisch

Onze voorouders waren leden van de M89 stam uit het Midden Oosten die naar het noordwesten trok en zich zo via de Balkan naar centraal Europa verspreidde. Deze mensen waren verspreidden wellicht de bloeiende Gravettische cultuur, die zich van zowat 28 000 tot 21 000 jaar geleden over heel Europa verspreidde.

Deze Gravettische beschaving is ook bekend voor zijn voluptueus snijwerk van dikbuikige vrouwen, die nu vaak Venusfiguren genoemd worden. De kleine sculpturen schijnen zwangere vrouwen voor te stellen. Overigens scheen zwaarlijvigheid geen probleem te zijn voor deze jagers en verzamelaars. Wellicht werden de beeldjes gebruikt als iconen van vruchtbaarheid of als emblemen die een soort bescherming boden. Het zou ook kunnen dat deze beeldjes godinnen voorstelden.

Deze vroeg-Europese voorvaders jaagden in groep. Ze maakten juwelen met schelpen en gebruikten mammoetbeenderen om hun huizen te bouwen. Recente ontdekkingen suggereren dat ze wellicht zowat 25 000 jaar geleden ook de weefkunst met natuurlijke vezels ontdekten. Eerder werd aangenomen dat de weefkunst slechts zowat 10 000 jaar geleden ontdekt werd (toen de landbouw ontstond).

Onze meest recente voorvader, die het ijkpunt M170 bepaalde, werd zowat 20 000 jaar geleden en leefde in deze beschaving. Hij werd wellicht geboren in een van de geïsoleerde vluchtoorden waarop de mens zich terugtrok gedurende de laatste ijstijd.

Waarschijnlijk stamden de Vikings uit deze tijd. Het feit dat de Vikings Groot-Brittanië aanvielen verklaart wellicht waarom hun afstammelingen ook in Zuid-Frankrijk en in Keltische bevolkingen teruggevonden worden.

M 253: de overlevenden van de ijstijd

  • Tijdstip: zowat 15 000 jaar geleden.
  • Plaats: Iberische nederzettingen (Spanje)
  • Klimaat: ijsvrije gebieden, of vluchtoorden (gedurende de ijstijd)
  • Schatting van het aantel Homo Sapiens: zowat een miljoen
  • Gereedschap en vaardigheden: laat Opper Paleotisch

Zowat 20 000 tot 15 000 jaar geleden zochten onze voorvaderen, zoals vele Europeanen, bescherming voor de massieve ijsvlakten die een groot gedeelte van het continent bedekten. Ze vonden plaatsen die tijdelijk ijsvrij waren, en waar ze konden overleven, op het Iberisch schiereiland.

Gedurende de tijd dat onze voorvaders geografisch geïsoleerd waren door het ijs, verscheen ijkpunt M253 in een van die voorvaders. Zowat 15 000 jaar geleden warmde de aarde langzaam op en verdween het ijs geleidelijk aan. Onze voorouders verlieten het Iberisch schiereiland en bevolkten andere gebieden in Europa. Zij waren dragers van de genetische kenmerken van haplogroep I1a.

Vandaag komt dit ijkpunt vaak voor in noordoost Europa. Die verspreiding geeft ons een genetiche kaart van de trektochten die onze voorvaders lang geleden maakten.

De tekst hierboven is mijn vertaling van de originele tekst in bijlage (in het Engels, in PDF formaat); zie bijlagen hieronder.

Mensen die willen nagaan of we dezelfde voorouders hebben kunnen hun DNA ook laten onderzoeken. Nadat het resultaat aan de eigenaar bekend is kan die er dan voor kiezen dat resultaat al dan niet (ook) aan mij bekend te maken. Uiteraard zou het leuk zijn om op die manier nieuwe familiebanden te ontdekken.

Overigens wordt deze theorie ook gestaafd door ander wetenschappelijk onderzoek: uit onderzoek van de sedimenten blijkt alvast de locatie waar nu de Sahara ligt vroeger (gedurende drie periodes: 120.000 -110.000, 50.000-45.000 en 10.000 en 8000 jaar geleden) een vruchtbaar gebied te zijn. In die periodes konden onze verre voorouders migreren vanuit Afrika naar Azie en Europa (ref De Morgen).

web analytics