Home
In Vlaanderen is er een groeiend aantal initiatieven van ouders die voor hun kinderen met een beperking een kleinschalige, collectieve woonvorm en/of dagbesteding willen uitbouwen. De eigen regie voeren over deze projecten is hierbij fundamenteel.
Deze initiatieven hebben zich verenigd in het Platform Ouderprojecten, met de volgende drie doelstellingen:
- Het promoten van kleinschalige, solidaire ouderinitiatieven voor vraaggestuurde woon- en dagbestedingsvormen.
- Als gesprekspartner de belangen verdedigen tegenover de overheden en het middenveld om een kader te verwezenlijken waarin dergelijke ouderinitiatieven zich duurzaam kunnen ontwikkelen.
- Het aanbieden van een platform waar ouders, het persoonlijk netwerk, vrijwilligers en personeel ervaring en kennis kunnen uitwisselen.
Als leden van dit platform zijn we niet alleen verbonden door deze doelstellingen, we delen ook enkele belangrijke waarden die ons inspireren en ons sterker maken.
Positiviteit: wij willen aanvullend andere woon- en dagbestedingsvormen creëren voor onze kinderen met een beperking.
Solidariteit: we gaan ervan uit dat solidariteit binnen een kleinschalige collectiviteit de vermaatschappelijking van de zorg haalbaar maakt.
Inclusiviteit: we zien voor onze kinderen een continuiteit in hun maatschappelijke omgeving waar wij geleidelijk aan kunnen uitstappen.
Duurzaamheid: we streven naar structuren met een robuuste financiering die de initiatiefnemers kunnen overleven.
De context
In de periode 2016-2017 ondergaat de gehandicaptensector een ware omwenteling met de invoering van de Persoonsvolgende Financiering. Heel wat aandacht gaat naar het financiële luik van deze hervorming. Maar niet minder belangrijk zijn andere kerngedachten zoals de vermaatschappelijking van de zorg, de inclusieve gedachte, de zorg op maat en het empoweren van de personen met een beperking.
In het verlengde van die kerngedachten heeft de Vlaamse overheid aan de ouderprojecten een juridische basis gegeven middels het Besluit van de Vlaamse Regering van 25 april 2016.
Concreet gaat het over VZW's die de zorg collectief organiseren voor hoogstens 15 personen met een beperking, waarbij de ouders of de familie tot de tweede graad de meerderheid hebben in de organen van de VZW.