Fungi - Dikarya - Basidiomycota - Agaricomycotina - Agaricomycetes - incertae sedis - Cantharellales - Hydnaceae - Cantharellus - Cantharellus amethysteus
(Quél.) Sacc., Sylloge Fungorum 5: 482 (1887)
alle foto's © Federico Calledda, sommige rechten voorbehouden (CC BY-NC)
Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
De Amethistcantharel (Cantharellus amethysteus) is een paddenstoel uit de familie Hydnaceae. De soort komt voor in loofbossen en naaldbossen op voedselarme gronden. De hoed is trechtervormig en heeft een diameter van tussen de 3 en de 10 centimeter. De hoed heeft een gelige kleur met soms een lila waas. De rand van de hoed is gegolfd. De steel is tussen de 3 en 8 centimeter lang en loopt versmald af richting de ondergrond. De steel heeft een gele kleur en het vlees van de steel is tevens geel gekleurd en heeft een vezelige structuur. De lijsten zijn adervormig en hebben tevens een gele kleur. De paddenstoel heeft een peperachtige smaak. De sporen zijn elliptisch, inamyloïde en meten 8–10 × 4,5–6 micrometer. De Amethistcantharel is een kalkhoudende soort in zure beuken-, dennen- en sparrenbossen. Hij groeit op verse, duidelijk alkalische en voedselarme ruwe, ranker, zanderige en leemachtige grond op silicaatgesteente en zandsteen. In vergelijking met de cantharel wordt de schimmel nauwer geassocieerd met ondiepe gebieden, zoals bospaden en taluds met weinig begroeiing. De amethistcantharel is een Europese soort en komt voor in Frankrijk, Zuid-Duitsland en de Alpen. In Nederland komt hij uiterst zeldzaam voor. Hij staat op de rode lijst in de categorie 'Gevoelig'.
Dit artikel maakt gebruik van materiaal uit het Wikipedia-artikel "Amethistcantharel", uitgebracht onder de Creative Commons Naamsvermelding/Gelijk delen. Er is misschien inhoud weggelaten uit het origineel maar er is geen inhoud gewijzigd of toegevoegd.
Cantharellus rufipes - Gillet - Hyménomycètes (Alençon): 13 (1874)
Cantharellus cibarius var. amethysteus - Quélet - Comptes Rendus de l´Association Française pour l´Avancement des Sciences 11: 397 (1883)
Cantharellus cibarius var. rufipes - (Gillet) Cooke - Handbook of British fungi. 2nd ed.: 339 (1883)
Cantharellus amethysteus - (Quélet) Saccardo - Sylloge Fungorum 5: 482 (1887)
Craterellus amethysteus - (Quélet) Quélet - Flore mycologique de la France et des pays limitrophes: 37 (1888)
Merulius amethysteus - (Quélet) Kuntze - Revisio generum plantarum 2: 862 (1891)
Cantharellus cibarius subsp. squamulosus - A. Blytt - Skrifter udgivne af Videnskabs-Selskabet i Christiania. Mathematisk-Naturvidenskabelig Klasse 6: 108 (1905)
Cantharellus amethysteus var. substypticus - Bon - Bull. Soc. bot. N. France 22(3-4): 192 (1969)
Cantharellus cibarius var. amethysteus - (Quélet) Cetto - Enzyklopädie der Pilze 1: 123 (1987)
Cantharellus cibarius var. umbrinus - R. Heim ex Eyssartier & Buyck - Bulletin de la Société Mycologique de France 116 (2): 113 (2001)
Cantharellus cibarius var. squamulosus - (A. Blytt) Eyssartier & Buyck - Bulletin de la Société Mycologique de France 116 (2): 113 (2001)
Arnolds, Chrispijn & Enzlin (2014) - Hoofdstuk 26: Loofbossen op voedselarme bodem. Ecologische Atlas Paddenstoelen Drenthe 3: 221
Boomsluiter, M. (2012) - Cantharellen eten, welke soort heb jij op je bord? NatureToday
Dam & Kuyper (2013) - Veldgids paddenstoelen. Plaatjeszwammen en boleten: 113
Eyssartier & Roux (2013) - Guide Champignons France Europe: 590
Huijser, H. (2007) - Cantharellen, soms lekker lastig. Coolia 50-2: 68-70
Læssøe & Petersen (2019) - Fungi Temperate Europe 1: 53 (foto)
Olariaga, I.; G. Moreno; J.L. Manjón; I. Salcedo; V. Hofstetter; D. Rodríguez & B. Buyck (2016) - Cantharellus (Cantharellales, Basidiomycota) revisited in Europe through a multigene phylogeny. Fungal Diversity 83: 263-292
Vesterholt (2004) - Danmarks Svampe: 99
Cantharellus amethysteus op internet:
De Interactieve Paddenstoelengids
Fungipedia