XII-545 Cloeck, Gijsbert

Gijsbert Cloeck (XII-545 = XII-737)

 

ouders: Dirck Cloeck en Goosentje van Seeven(t)er

 

geboren:
gedoopt:
overleden: na 29-12-1676, voor/in mei 1687
begraven:

beroep: burger luitenant (1656-'60), en burger hopman (1663-), regent (1674)
woonplaats / adres:

 

relatie: trouwt voor 3-6-1631 (niet gevonden in Arnhem tussen jan. 1628 en juli 1631: alle huwelijken bekeken)


Steventjen van de Velde

 

ouders: Johan van de Velde en Geertgen Haegen

 

geboren:
gedoopt:
overleden: na 9-9-1667
begraven:

beroep:
woonplaats / adres:

 

kinderen: 


Biografische aantekeningen


Gijsbert Cloeck is de broer van Jan Cloeck (X Grietje Gamis), Grietje Cloeck (X Goossen Verweij) en Stijntje Cloeck (X Jan Geerlichs)
Blijkens de aktes van 1631 is er ook nog een Grietje Cloeck, wed. Denis Pauw (zij hertr. tussen 1631 en 1634 Goossen Verweij), een minderjarige Dirriske Cloeck en het echtpaar ds. Johannes Acronius X Anneke van Haefften die delen in dezelfde erfenis die dan gesplitst en verdeeld wordt. De erfenis (van Dirck Cloeck en Goosentje Wanners?) wordt in vijf delen gedeeld.
Gijsbert Cloeck en zijn vrouw verwerven huis en hofstede op het Land van der Mark, naast het erfgoed van wijlen Merten Gijsbers, en een schuur en hofje in de Brouwerssteeg.

In 1635 kopen Gijsbert en Steventje 42 roede lands van de gemeente, vroeger eigendom van het Sint Catharine-gasthuis, gelegen buiten de Velperpoort aan de straat naar St. Tonis.

In 1642 kopen zij de helft van de Marstiend, bij het eind van Arnhemmerbroek aan Isseloord gelegen. In 1671 koopt hun zoon, Gijsbert Cloeck jr., de andere helft van deze Marstiend.

In 1644 kopen het echtpaar uit de erfenis van broer Jan Cloeck 4 morgen weilands, de Tichelkuilen genoemd, in Arnhemmerbroek

In 1645 kopen ze een huis en hof in de straat die langs de Velperpoortsmuur loopt.

Steventge van de Velde is de zus van Gijsbert van de Velde (ov. voor april 1649; vader van de dan onmondige Derkske van de Velde)

In 1649 kopen Gijsbert en Steventje een huis en hofstede in de Koningstraat, naast hun eigen woonhuis, van de erfgenamen van Marten Gijsbers X Jaexke Wijnen

In 1656 ruilt Gijsbert 5 scharen weide in de Rammelweide van het Arnhemmerbroek gelegen, tegen een halve morgen weiland in de Langheweide, ook in het Arnhemmerbroek gelegen, met commissaris Everhard Huijgens.

In 1656 kopen Gijsbert en Steventje 1,5 morgen weiland in het Arnhemmerbroek, waarvan zijn zus, de wed. Jan Geerlichs, pachteresse was.

In 1658 verklaren Derck Brouwers en Barbara Braeckelman (= familie) dat ze een huurschuld hebben bij Gijsbert en Steventje.

In 1665 kopen Gijsbert en Steventje een huis en hofstad waar de ‘vier gekroonden’ uithangen, tegenover de straat naar de Nieuwe Markt en naast de St. Janshal, van de erfgenamen van Rudolph Verweij. In 1671 wordt het huis ernaast, de ‘drie gekroonden’, verkocht, en in 1703 nog eens. Het buurhuis is dan nog in bezit van de erfgenamen van Gijsbert.

In 1667 kopen Gijsbert en zijn vrouw een huisje in de Brouwerssteeg.


Bronnen


http://kloek-genealogie.eu/ZegerArnhem.htm#CloeckPloech%20Lensenburg

lit: De Navorscher 1885, pg 619-620.

* 1625, 17-8: Gelders Archief, 2003 ORA [invnr 418 - 20v]: akte 52 Johan Geerlichs, krank aan lichaam, edoch zijn verstand en 5 zinnen genoegzaam machtig, heeft tot recognitie van getrouwe diensten, die zijn zwager Gijsbert Cloeck gedurende zijn, comparants, krankte aan hem bewezen heeft, met believen van zijn huisvrouw Stijntge Cloecken, hierbij tegenwoordig, gegeven en gemaakt genoemde zwager Gijsbert alzulk recht van pandschap als zij zijn hebbende aan 2 scharen weiden, gelegen in Arnt Roeloffs slach en gehorende in het huis, gelegen in de Koningstraat, toebehorende Dirck Oetteringh, waarop 335 gl. tot pandpenningen verstrekt zijn, welke gift niet eer effect zal gewinnen dan na zijn, comparants, dood; [akte nog niet ingezien]

* 1631, 3-6: Gelders Archief, 2003 ORA [invnr 418 – 106]: 284 Johan Cloeck en Grietge Gaeijmans, Jan Geerlichs en Stijntge Cloecken, Gijsbert Cloeck en Steventge van de Velde, resp. e.l., Grietge Cloecken, weduwe van zal. Denis Paw, voor haar zelf en als moeder en momberse van haar kinderen, geassisteerd met Henrick Paw derzelver kinderen oom en momber, Johannes Acronius, predikant te Wageningen, en Anneke van Haefften e.l., de voorzegde Jan en Gijsbert Cloeck mede als omen en mombers van Dirriske Cloecken, nog onmundig, sub et re Willem van Ginckel en Evertge Janss, zijn vrouw, huis en hofstede, gelegen in de Turfstraat tussen erfenissen van Gerrit ter Hoeven ter ener- en van Herman van Wijhe ter andere zijde [enz.];

* 1631, 3-6: Gelders Archief, 2003 ORA Arnhem, [inv.nr 418 – 106]: 286 Johan Cloeck en Grietge Gaeijmans, Jan Geerlichs en Stijntge Cloecken, Gijsbert Cloeck en Steventge van de Velde, resp. e.l., Grietge Cloecken, weduwe van zal. Denis Paw, voor haar zelf en als moeder en momberse van haar kinderen, geassisteerd met Henrick Paw, derzelver kinderen oom en momber, Johannes Acronius, predikant te Wageningen, en Anneke van Haefften e.l. en de voorzegde Jan en Gijsbert Cloeck mede als omen en mombers van Dirrixke Cloecken, nog onmundig, sub et re Gerrit ter Hoeven en Hilleken Huijberts, zijn vrouw, huis en hofstede, gelegen in de Turfstraat tussen erfenissen van Willem van Ginckel ter ener- en van Jelis van Rijsselberch ter andere zijde [enz.];

* 1631, 3-6: Gelders Archief, 2003 ORA Arnhem, [inv.nr 418 – 106v]: 287 Johan Cloeck en Grietge Gaeimans, Jan Geerlichs en Stijntge Cloecken, resp. el.l., Grietge Cloecken, weduwe van zal. Denis Paw, voor haar zelf en als moeder en momberse van haar kinderen, geassisteerd met Henrick Paw, derzelver kinderen oom en momber, Johannes Acronius, predikant te Wageningen, en Anneke van Haefften e.l., de voorzegde Jan Cloeck en Jan Geerlichs mede als omen en mombers van Dirriske Cloecken, nog onmundig, sub et re Gijsbert Cloeck en Steventge van de Velde, zijn vrouw, hun resp. aandelen van huis en hofstede, gelegen op het Land van der Mark naast erfenissen van Merten Gijsberts aan de ene- en van [niet ingevuld] aan de andere zijde, alsmede hun aandelen aan de schuur met het annexe hofken, gelegen in Brouwerssteeg, waar Jan Geerlichs voorzegd en de schoemaeckers met hun loohoff aan de ene- en Henrick Eijckelboom en Trijn Hanssen aan de andere zijde naast geerfd zijn, van welke beide percelen gemelde Gijsbert Cloeck en Steventge, zijn huisvrouw, de resterende gedeelten zelf toebehoren [enz.];

* 1631, 3-6: Gelders Archief, 2003 ORA Arnhem, [inv.nr 418 – 106v]: 288 Johan Cloeck en Grietge Gaeijman, Jan Geerlichs en Stijntgen Cloecken, Gijsbert Cloeck en Steventge van de Velde, resp. e.l., Johannes Acronius, predikant te Wageningen, en Anneke van Haefften e.l., de voorzegde Jan Cloeck en Gijsbert Cloeck mede als omen en mombers van Derriske Cloecken, nog onmundig, sub et re Grietge Cloecken, weduwe van zal. Denis Paw, en haar kinderen de viervijfte delen van een stuk bouwlands, groot omtrent 6 schepel gezaais, in den Arnhemmer Enck gelegen, waar den Mussenbergsche weg dwars door loopt, strekkende ten oosten aan het land van Warner Janss, ten zuiden aan Arent Leijdeckers land, ten westen aan den Cattepoelschen weg, ten noorden aan het land van Jr. Otto van Gelder, van welk stuk bouwlands de weduwe koperse met haar kinderen het resterende vijftedeel toebehoort [enz.];

* 1634, 9-6: Gelders Archief, 2003 ORA Arnhem, [inv.nr 509, fol. 258v]: [NL-AhGldA_2003_509-0522.jpg]: Comp. Jan Cloeck en Gijsbert Cloeck, gebroederen, voor haer selven ende haer sterck makende voor haer swagers en suster Jan Geerlichs sampt Goossen Verweij en Grietje Cloeck, echteluijden, et constituerunt Grietge Gamis, huisvrouwe van Jan Cloeck, en Stijntje Cloeck, huisvrouwe van Jan Geerlichs voorsz, te vorderen zodanige erfenisse en versterfenisse als zij, dood dode van haar olde Moeije Fijke Cloeck zaliger, gewezen huisvrouwe van Ou Vischer binnen Cleef overleden, ’t zij uit kracht van haar testament of anderszins is aangekomen

* 1635, 3-6: Gelders Archief, 2003 ORA Arnhem, [inv.nr 418 – 169v]: 422 Herman Henricks Swart en Anneke Janss e.l. sub et re Gijsbert Cloeck en Steventie van de Velde, zijn vrouw, een rente van 7 gl. en 10 stuiver jaarlijks uit hun huis en hofstede, gelegen in de Ketelstraat, Herman Hermans ab uno- en Udo Wetters ab alio latere, te verschijnen Pasen 1636 eerstaan et sic deinceps, te lossen met 120 gl. kapitaal [enz.];

* 1635, 13-6: Gelders Archief, 2003 ORA Arnhem, [inv.nr 418 – 171]: 426 Burgemeesters Dirck Dibbets en Engel Engelen Janss als overhuismeesters van Ste. Catarinen gasthuis alhier hebben na voorgaand consent van de magistraat dezer stad van 11-02-1633 opgedragen en vertegen de kwantiteit van de hierna gespecificeerde roeden lands van des gasthuizes kamp, vóór de Velperpoort gelegen, en aan de resp. personen als volgt: - aan Willem Tulleken en Elsken Morleth e.l. 41 en drieveerdel roeden lands, waar oostwaarts de griffier Jan Sluijsken, zuidwaarts het voorzegde gasthuis, westwaarts Steven Muijs en noordwaarts de straat naar St. Tonis naast gelegen en geland zijn; - aan Steven Muijs en Neeltie Wijnen, zijn vrouw, 41 en drieverdel roeden lands, mede gelegen in het noorden of van voren aan de straat naar St. Tonis, oostwaarts naast de hof van Willem Tulleken en zuid- en westwaarts naast het voorzegde gasthuis; - aan Gijsbert Cloeck en Steventie van de Velde, zijn vrouw 42 roeden lands, mede aan de straat naar St. Tonis van voren gelegen, waar oosten zuidwaarts het gasthuis en westwaarts Lambert Engelen naast geerfd zijn; en aan Lambert Engelen en Anneken Elberts, zijn vrouw, 42 roeden lands, mede van voren aan de straat van St. Tonis gelegen, waar oostwaarts Gijsbert Cloeck en westwaarts de raadsheer Henrick van Essen naast geerfde zijn [enz.];

* 1636, 26-10 (in margine van 1625, 28-6): Gelders Archief, 2003 ORA Arnhem, [inv.nr 418 - 17]: 45 Herman Henrickssen Backer en Anneke Janssen e.l. sub et re Johan van de Velde en Geertgen Haegen, zijn vrouw, een rente van 40 gl. en dertiendehalve stuiver jaarlijks uit hun huis en hofstede, gelegen in de Ketestraat, Johan Pothoff ter ener- en Herman Janssen [!] schoemaecker ter andere zijde, te verschijnen op Pasen 1626 eerstaan en zo vervolgens en te lossen met 650 gl. [enz.]; [in margine: vermogens kwitantie van 26-10-1636 van Gijsbert Cloeck als getrouwd hebbende de dochter van Jan van de Velde is gebleken dat deze rente afgelost is];

* 1642, 3-9: Gelders Archief, 2003 ORA Arnhem, [inv.nr 418 – 470v]: 1210 Dezelve gemachtigden (als in akte 1209, niet opgezocht) sub et re Warner Janssen en Jenneke van Berckhuijsen e.l. voor de ene helft en Gisbert Cloeck en Steventge van de Velde voor de andere helft de Marschthient, t'eindens het Arnhemmerbroek aan Isseloort gelegen;

* 1642, 13-12: Gelders Archief, 2003 ORA Arnhem, [inv.nr 418 – 450v]: 1155 Jan Geerlichs heeft uit pure donatie gegeven, gecedeerd en getransporteerd, doende zulks bij dezen, aan Gijsbert Cloeck als oom en bloedmomber van Gosijntge Paew, onmundig dochterken van zal. Denis Paew, ten behoeve van dezelver Gosijntge, beide tegenwoordig, en gemelde Cloeck deze gifte en transport accepterende, alle hetgeen hem, comparant, uit kracht van gemeenschap van goederen met zijn huisvrouw Christina Cloeck is aangestorven door dode van zijn zwager Johan Cloeck zal. van gereed en ongereed, niet over al uitgezonderd, alles volgens de inventaris daarvan gemaakt en nog te maken [enz.];

* 1644, 26-2: Gelders Archief, 2003 ORA Arnhem, [inv.nr  419 – 4]: 7 Jasper Duijsterbeeck en Anneke Morgum e.l. doen uit en verpanden aan Gisbert Cloeck en Steventie van de Velde, zijn huisvrouw, 1½ schaar weidens, in het Arnhemmerbroek in Coppisweijde gelegen, gehorende in hun, comparanten, huis en hofstede, staande en gelegen alhier aan het Land van der Markt tussen de Beek ter ener- en de erfenis van Herman Bernts steenhouwer ter andere zijde, te lossen op alle Petri ad Cathedram met de somme van 700 gl. [enz.];

* 1644, 23-11: Gelders Archief, 2003 ORA Arnhem, [inv.nr 419 – 15]: 37 Margareta van Aerssen, weduwe van Henrick van Sillevolden, voor haar zelf en mede als gemachtigde van haar zoon Jan van Sillevolden vermogens procuratie, op 04-04-1644 gepasseerd voor Peter de Bruijn, vice-richter des ambts Nijbroek, en schepenen dezelven ambts Gaert Gerrits en Jan van Werven, en Gijsbert Cloeck als gemachtigde van Arnolt van Sillevolden, mede der voorzegden Margareta van Aerssens zoon, luid volmacht, op 05-11-1644 verleden voor Henrick Diederick Hillebrinck, scholtis der stad en land van Ravesteijn, sampt Huijbert Jacobs en Henrick de Bont, stadschepenen aldaar, sub et re Geertruijt Elberts, weduwe van Hans Henrick, huis en hofstede, staande en gelegen alhier in de Bakkerstraat tussen de erfenissen van de weduwvrouwe van wijlen Heer Henrick van Essen, in zijn leven raad en richter, te ener- en van de weduwe van Dor. Marten van Steenbergen ter andere zijde [enz.];

* 1644, 8-1: Gelders Archief, 2003 ORA Arnhem, [inv.nr  – 419 – 1]: 1 Grietge Gaeijmans, weduwe van zal. Jan Cloeck, voor de gerechte helft, mitsgaders de nagenoemde erfgenamen van Jan Cloeck voorzegd, hun gewezen resp. broeder en oom, als Christina Cloeck, weduwe van zal. Jan Geerlichs, voor een achtste part, Grietge Cloeck, weduwe van zal. Goossen Verweij, voor haar zelf voor een achtste part en dezelve Grietgen als moeder en Henrick Pauw als oom en mombers van Gosijntge Pauw, er voorzegde Grietge Cloecks voordochterken, voor een achtste part, sampt Jan Pouwels en Dirckske Cloeck voor een vierde part van de wederhelft van 4 morgen weilands, de Tichel kuijlen genoemd, gelegen in het Arnhemmerbroek, waar oostwaarts St. Peters gasthuis, westwaarts den Pauwen, zuidwaarts Jor. Laer en noordwaarts het convent van Bethanien naast gelegen en geland zijn, hebben opgedragen en met hun vrije wil vertegen elk hun gedeelte als boven van de gemelde 4 morgen weilands ten behoeve van hun resp. broeder en oom Gisbert Cloeck en Steventie van de Velde, zijn huisvrouw, dewelke als medeerfgenamen van hun broeder Jan Cloeck voorzegd het resterende vierde part van de wederhelft toebehoort, edoch in volle waarde blijvende de lijftocht zo Grietge Gaeijmans, weduwe voorzegd, is hebbende aan de helft van de voorzegde 4 morgen, haar zal. man Jan Cloeck toebehoord hebbende en door hem nagelaten om dezelve haar leven lang rusten vredelijk te genieten (enz.);

* 1645, 12-4: Gelders Archief, 2003 ORA Arnhem, [inv.nr  – 419 – 22]: 56 Paes Wambas en Antoni Rocq voor hen zelf en Jan Mutzenicht als man en momber van Maria Wambas, mede als gemachtigde van Claes Aertzen en Peter Wambas, tezamen erfgenamen van hun oom zaliger Jan Claessen van Maestricht alias Huijs geheten, vermogens procuratie, op 08-04-1645 gepasseerd voor burgemeesters en gezworen raden der stad Maastricht, inhoudende macht om het sterfhuis van de voorzegde Jan Claessen van Maestricht te aanvaarden, de goederen, actien en crediten te verkopen [enz.], cederen en dragen op uit kracht van dien aan Gisbert Cloeck en Steventie van de Velde e.l. een rentebrief van 6 enkele rijder gl. 's jaars, op zondag Jubilate Ao 1559 voor schepenen Willem van Poelwijck en Reijner Kempinck gevestigd uit huis en hofstede, nu Jacob Tonissen timmerman toebehorende en gelegen alhier in de Ketelstraat tussen de erfenissen van Engel Plijster ter ener- en Gerrit Wevers ter andere zijde, en zulks met de rente van dien sedert pasen 1644;

* 1645, 31-10: Gelders Archief, 2003 ORA Arnhem, [inv.nr  – 419 – 33]:  80 Elizabet Winandts, weduwe van zaliger Rijck Palmert, sub et re Gisbert Cloeck en Steventie van de Velde, zijn vrouw, huis en hofstede, staande en gelegen in de straat, gaande langs de Velperpoortsmuur tussen de erfenis van Lambert van Campen ter ener- en het erf van Rijck Palmert, zo hij van haar, transportante, gekocht heeft, ter andere zijde, zijnde het voorzegde huis en hofstede haar, transportante, aangedeeld bij maaggescheid, met haar kinderen op 07-02-1644 opgericht [enz.];

* 1646, 5-2: Gelders Archief, 2003 ORA Arnhem, [inv.nr  – 419 – 36v]:  89 Laurens Heurter en Stineke Coenders e.l. hebben verpand en in pandschap uitgedaan aan Gisbert Cloeck en Steventie van de Velde e.l. een schaar weidens, in het Arnhemmer broek in de Coppis weijde gelegen en gehorende in hun, verpanders, huis, staande alhier in de Wielackensteeg tussen de erfenissen van Luijr Janssen ter ener- en van Gerrit Havestat ter andere zijde, voor de tijd van 3 jaren vast, ingaande op Petri 1647, te lossen met 500 Caroli gl. [enz.];

* 1649, 7-4: Gelders Archief, 2003 ORA Arnhem, [inv.nr  – 419 – 92v]:  231 Albert Janssen en Jantge Warners e.l. bekennen dat Gisbert Cloeck als behuwde oom en momber van Dirckske van de Velde, onmundige dochter van zal. Gisbert van de Velde, hunlieden goedlijk geleend en voorgestrekt heeft een summe van 400 Car. gl., voor welke summe zij, e.l., de vnd. Gisbert Cloeck als momber en ten behoeve van Dirckske van de Velde voorzegd opgedragen en gevestigd hebben en opdragen en vestigen mits dezen een rente van 24 gl. jaarlijks uit haar, Jantge Warners, vijfde gedeelte als haar toekomt van het alinge versterf en de nalatenschap van wijlen Johan Warners, haar bestevader, en specialijk haar vijfde part van de helft of tiende part van het geheel van 4 huizen en hofsteden, door de vnd. hare bestevader in deze stad achtergelaten, het eerste op de hoek van de Velperpoort, waar Doesborch uithangt, het tweede op de hoek van de straat, naar St. Walburgen gaande, waar de Paew uithangt, het derde in de Koningstraat naast Jan Lattenhouwer en het vierde in de Kortestraat, waar de Craen uitsteekt, gelegen, te verschijnen heden over een jaar eerst aan et sic deinceps, te lossen met 400 gl. kapitaal [enz.];

* 1649, 20-11: Gelders Archief, 2003 ORA Arnhem, [inv.nr  – 419 – 108v]:  260 Jurrien Henricks en Nenneke Martens e.l., sampt Elizabet Martens, mitsgaders Elsken Berents, weduwe van zal. Gisbert Martens, als moeder en momberse van haar onmundige kinderen, bij de voorzegde Gisbert Martens geprocreeerd, erfgenamen van hun resp. moeder en bestemoeder Jaexke Wijnen zal., weduwe van Marten Gisberts, sub et re Gisbert Cloeck en Steventie van de Velde e.l. huis en hofstede, staande en gelegen in de Koningstraat en achter uitgaande tegenover de Beek, waar de vnd. e.l. kopers ter ener- en Anneke van de Graeff ter andere zijde naast geerfd zijn [enz.];

* 1653, 21-5: Gelders Archief, 2003 ORA Arnhem, [inv.nr  – 419 – 197v]:  467 Iken van Dortmont, weduwe van Roeloff Gijsberts Verweij, Gijsbert Verweij en Erentge Pauwen e.l., Reijnier Verweij en Luijtghen Loijen e.l., Wijntghe en Grietge Verweij, voorts Jan Jordens en Gijsberth Cloeck als gemachtigde van Jan Verweij cederen en dragen op aan Anna Ariens, weduwe van Jacob Dirxen brouwer voor haar zelf en als moeder en momberse van haar onmundige kinderen hun huisken, staande naast St. Janspoort [enz.];

* 1653, 21-5: Gelders Archief, 2003 ORA Arnhem, [inv.nr  – 419 – 197v]:  468 Iken van Dortmont, weduwe Roeloff Gijsberts Verweij, Gijsbert Verweij met zijn huisvrouw, Reijn Verweij met zijn huisvrouw, Wijntgen en Grietgen Verweij, Item Jan Jordens en Gijsbert Cloeck als gemachtigde van Jan Verweij sub et re Marten Tonsis en Willemken Rampers e.l. een rente van 36 gl. jaarlijks uit hun huis en hofstad omtrent St. Johanspoort, genaamd de Sterne, tussen de erfenis van de hal ter ener- en [niet ingevuld] Koomans ter andere zijde, te verschijnen op heden over een jaar eerstaan en zo vervolgens en te lossen met 1100 gl. kapitaal [enz.];

* 1654, 20-12: Gelders Archief, 2003 ORA Arnhem, [inv.nr  – 419 – 235v]:  543 Hendrick Paeuw den olden voor hem zelf en zich sterk makende en de rato caverende voor zijn kinderen, Jenneken van Berckhuijsen, weduwe van zal. Wanner Janssen, Hendrick Paeuw den jongsten en Barbara Wilhems, Lambert Kup en Jenneken Paeuwen en Aelbert Janssen en Jantjen Wanners, resp. e.l., Isac Muijs als geauthoriseerde door de magistraat dezer stad volgens acte van authorisatie van 24-10-1654 wegens Peter van Bleeck en deszelfs huisvrouw, Aelbert Groenevelt voor hem zelf en zich sterk makende voor zijn huisvrouw Jenneken Paeuwen, Grietjen Cloecken, weduwe Gossen Verweij, voor haar zelf en Gijsbert Cloeck als momber van deszelfs onmundige kinderen, ehelijk bij Denis Paeuw geprocreeerd, Lambert van Campen en Janneken Berents e.l. voor henzelf en zich sterk makende en de rato caverende voor Rick van Geijn en Hendrick Kerckhof en derzelver huisvrouwen, mitsgaders voor Elsken Berents, weduwe van zal. Gijsbert Martens, en deszelfs onmundige kinderen, Jurrien Gaeijmans uit de naam van Jan Francken den oldsten en deszelfs huisvrouw en wegens Jan Francken den jongsten, Reijnier Nuijs en Stijneken Francken, Gerrit Francken en Magdalena Lauwers, resp. e.l., elk in zijn kwaliteit erfgenamen van Jan Wanners en Jaexken Hendricks, in leven e.l., en van Wanner Janssen, sub et re ieder voor zijn gedeelte zo hem door successie aan het huis, hierna beschreven, is competerende, Hans Jacobs Lauwer en Marij Francken e.l. huis en hofstede, staande en gelegen aan de Velperpoort, waar Doesburgh uithangt, zoals transportanten hetzelve na dodelijke afgang van voorzegde Jan Wanners en Jaexken Hendricks is aangekomen [enz.];

* 1656, 25-1: Gelders Archief, 2003 ORA Arnhem, [inv.nr  – 419 – 257]:  591 Peter Verstegen, rentmeester, als gemachtigde van de Heren gedeputeerden van Ridderschap en de steden des kwartiers van Arnhem vermogens procuratie, gedateerd 18-01-1656, sub et re - burgemeester Dor. Willem de Vree en deszelfs huisvrouw 3 morgen en 1 schaar weidens, genaamd Engelkens landt, in het Arnhemmerbroek gelegen; - Rijck Wijnen, uxori et heredibus een morgen weiland in Lawickerslagh, waarvan pachter is Daniel 't Zas, en - Gijsbert Cloeck en zijn huisvrouw 1½ morgen weiland, waarvan pachterse is geweest de weduwe van Jan Geerlichs, in het Arnhemmerbroek resp. almede gelegen;

* 1656, 13-9: Gelders Archief, 2003 ORA Arnhem, [inv.nr  – 419 – 267v]:  627 Everhardt Huijghens, commissaris, en Gijsbert Cloeck, luitenant, verklaren met malkander ingegaan en gehouden te hebben de navolgende buitschap, te weten: dat de commissaris Huijghens van gemelde Cloeck in buitschap zal heben tweederde parten van 5 scharen weidens, in het Arnhemmerbroek in de Rammelweijde gelegen, en daarentegen Gijsbert Cloeck van de vnd. commissaris een halve morgen weilands, in de Langhe weijde mede in het Arnhemmerbroek gelegen, met deze verstande dat de commissaris aan Cloeck in geld zal toegeven 75 gl. en aan deszelfs dochters 2 ducaten [enz.]

* 1657, 3-7: Gelders Archief, 2003 ORA Arnhem, [inv.nr  – 419 – 281v]: 667 Gijsbert Roelofs Verweij en Reijnder Verweij, gebroeders, mitsgaders Johan Jordens en Gijsbert Cloeck, resp. borgerhopman en luitenant, als specialijk hiertoe geauthoriseerd door de magistraat dezer stad volgens app.t van 22-06-1657 sub et re Hermen Maessen en Grietjen Hendricks e.l. huis en hofstede, zijnde tevoren een stal geweest ten tijde van de verkoping, staande en gelegen op St. Jansplaats, de erfgenamen van Stoffel Verheijen ter eenre- en Willem Wetters ter andere zijde [enz.];

* 1658, 15-1: Gelders Archief, 2003 ORA Arnhem, [inv.nr  – 419 – 286]: 678 Derck Rauwers en Barbara Braeckelman e.l. verklaren deugdelijk schuldig te zijn aan Gijsbert Cloeck, borger luitenant, en Steventjen van de Velde e.l. een summe van 142 gl., herkomend van verschulde huishuur, belovende de voorzegde summe te zullen betalen op meidag 1660 zonder interesse tot die tijd [enz.], verbindende e.l. comparanten voor de voldoening der bovenstaande 142 gl. hun aanpart aan zeker huis, stal en plaats, staande en gelegen in de Ketelstraat, Bentinckssteeg ter eenre- en de erfgenamen van Ido Wetters ter andere zijde [enz.];

* 1658, 22-12: Gelders Archief, 2003 ORA Arnhem, [inv.nr 513, fol. ]: [NL-AhGldA_2003_513-0258.jpg]: Derck Rauwers ende Barber Braeckelmans, sub. et re: Gijsbert Cloeck, borger Lieut: ende Steventien van der Velde, echtel:, een obligatie ter summe van fl 220,- tot laste van Felis Gijsbertsz van Oort ende Metjen Hendricks Munnick dd. 28-10-1658, tot voldoening van zodanige schuldbekentenis van 15-1-1658, onder verband van huis en hofstede staande en gelegen in de Ketelstraat belend (…) ter summe van fl 142,- verbonden hebben, als met tot betalinghe van twee jaer huur van ’t huis daarin zij comparanten wonen, toebehorende voorsz Egteluijden (…) waarvan het laatste jaar zal vervallen op mei 1662, so dat haar Codenten Egteluijden nog fl 18,- van de gemelde obligatie in de hand houde. / (i.m.: Comp. Gijsbert Cloeck et confessus est van de 142 guld in desen gemelt voldaen te sijn ende daerom doorstreecken, den 15 Septemb: 1659)

* 1659, 18-5: Gelders Archief, 2003 ORA Arnhem, [inv.nr  – 419 – 301v]: 732 Jenneken Berents, weduwe van zal. Lambert van Campen, Willem Gaeijmans en Merriken Wilhems, Hendrick Pauw en Barbara Wilhems, Lamert Roeroort en Jenneken Pauw, resp. e.l. sub et re Wolter Flemingh, uxori et heredibus de helft van de Marsthient, in deze schependom gelegen, waarvan de wederhelft Gijsbert Cloeck, borger luitenant, is toebehorende [enz.]

* 1660, 7-1: Gelders Archief, 2003 ORA Arnhem, [inv.nr  – 419 – 309]: 755 Grietgen Berntss, weduwe Henrick Kerckhoff, met Gisbert Cloeck, burger luitenant, en Bernt van Campen als geauthoriseerde mombers van de kinderen van voorzegde Grietgen Berntss, verwekt bij de vnd. Henrick Kerckhoff, sub et re Jacob Harscamp en Margarita van Stralen e.l. huis en hof, staande en gelegen in de Koningstraat, Wilhem Jacobs, bode, ter eenre- en Gerrit Francken ter andere zijde [enz.]

* 1663, 11-8: Gelders Archief, 2003 ORA Arnhem, [inv.nr  – 419 – 360v]: 928 Gijsbert Cloeck, borgerhopman, en Doctor Josias van Harn, secretaris, als gestelde curateuren over de desolate boedel van wijlen Thomas Maessen volgens app.t van 16-11-1651 sub et re Enghel Dibbets en Judith Oterinx e.l. een huis en hofstede, waar die Trouw uithangt, de weduwe van Jacob van Schevichaven ter eenre- en de erfenis van Derck van Eck ter andere zijde [enz.]

* 1664, 10-10: Gelders Archief, 2003 ORA Arnhem, [inv.nr  – 420 – 6]: 12 Claesken van Munster voor haar zelf, geassisteerd met Hendrick Otters als haar momber, Gijsbert Cloeck, borgerhopman, als specialijk hiertoe door de magistraat dezer stad volgens app.t van 5 dezes geauthoriseerd zijnde wegens de uitlandige Anthonij van Munster sub et re Johannes Theobaldus Curtenius, rector, een rente van 500 gl. kapitaal in conformité van de schepenbrief, daarvan zijnde, d.d. 27-07-1648 met de interesse van dien sedert 27-06-1662 verlopen, gevestigd in het huis van Frederick Hellebrants Post en deszelfs huisvrouw;

* 1665, 15-7: Gelders Archief, 2003 ORA Arnhem, [inv.nr  – 420 – 20]: 56 Iken van Dortmont, weduwe van Rudolph Verweij, voor de ene helft en Reijnder Verweij en Luijtjen Loijen e.l. voor henzelf en mede de rato caverende voor de andere medeerfgenamen van wijlen Rudolph Verweij voor de andere helft sub et re Gijsbert Cloeck, borgerhopman, en deszelfs ehevrouw huis en hofstad, staande en gelegen tegenover de straat naar de Nieuwe Markt, St. Jans hal ter eenre- en het huis, waar de vier gekroonden uithangen, ter andere zijde [enz.];

* 1665, 17-5: Gelders Archief, 2003 ORA Arnhem, [inv.nr  – 420 – 14]: 38 Arent Spanhaeck en Aeltjen Kalckensteijn e.l. sub et re Gijsbert Cloeck, borger hopman, als momber van Elijsabeth Duijsterbeeck, dochter van zal. Jasper Duijsterbeeck, ehelijk bij Lijsbeth Hagen verwekt, een huisken, staande aan het Land van de Markt, de erfgenamen van Johan Spanhaeck ter eenre- en de poort van Olof Olofsen ter andere zijde [enz.];

* 1667, 9-9: Gelders Archief, 2003 ORA Arnhem, [inv.nr  – 420 – 48]: 132 Jenneken Warners, weduwe van zal. Gijsbert Hendrixen, zo voor haar zelf en als moeder en momberse van Warner, Trijneken en Anneken Gijsberts, Item Berent Hendrixen en Hendersken Gijsberts, sampt Derck Schut en Grietjen Gijsberts, resp. e.l., alsook Heesken Gerrits, weduwe van Wilhem Hendrixen, voor haar zelf en als moeder en momberse van haar kinderen, bij haar voorzegde man geprocreeerd, sub et re Gijsbert Cloeck, borgerhopman, uxori et heredibus een huisken, gelegen in de Brouwersteeg, de erfgenamen van Hendrick Eijckelboom ter eenre- en Rijck Janssen van den [Bosch] ter andere zijde;

* 1671, 26-8: Gelders Archief, 2003 ORA Arnhem, [inv.nr  – 420 – 108]: 318 Johan Vlemmick en Beerntjen Heijmen e.l. sub et re Gijsbert Cloeck den jongen en Elisabeth Duijsterbeeck e.l. de halve Marsch thient, gelegen te Isseloort binnen deze schependom, waarvan de wederhelft is toebehorende Gijsbert Cloeck den olden, borger hopman alhier [enz.];

* 1671, 3-10: Gelders Archief, 2003 ORA Arnhem, [inv.nr  – 420 – 111]: 324 Daem te Hert voor hem zelf en Abraham Coets, M. Dor., en Hendrick van de Poel, borger luit., in kwaliteit van mombers van Meghteltje te Hert, onmondige dochter van Daem te Hert vnd. bij zal. Janneken van Zijl ehelijk geprocreeerd, verklaren aan Ottho van Hensbergen, roedrager, deugdelijk schuldig te zijn een summe van 1000 Caroli gl., procederende van geleende en te dank verstrekte penningen, belovende de voorzegde 1000 gl. jaarlijks te zullen verinteressen met 58 gl. 18 stuiver 8 penningen [enz.], verbindende daarvoor Daem te Hert alle zijn en de voormombers alle hun vnd. pleegkinds gerede goederen, alsmede de helft van huis en hofstad, staande alhier in de Ketelstraat, Lambert Engelen Assinck ter eenre- en Daniel de Gimmer ter andere izjde, de meergemelde Daem te Hert met zijn onmondige dochtertje in gemeenschap toebehorende en waarvan de wederhelft Merriken Daemen toekomt, alsook drie vierde parten van het huis, de drie gekroonde genoemd, staande en gelegen omtrent St. Janspoort, door de dukgemelde Daem te Hert en zijn onmondige dochtertje mede alnog in gemeenschap bezeten en gepossideerd wordende, waarvan de resterende vierde part Reijner Comans toebehoort, Gaert Thijssen van Schoddenburgh ter eenre- en Gijsbert Cloeck, hopman, ter andere zijde, alsook de helft van een moeshof of huis, genaamd den laetsten St., gelegen buiten de Janspoort, de Br. Wilhem Muijs ter eenre- en de voerweg naar de Vleijcken ter andere zijde, waarvan de wederhelft toekomt Reiner Comans [enz.];

* 1674, 31-7: Gelders Archief, 2003 ORA Arnhem, [inv.nr  – 420 – 126]: 369 Jenneken van de Graeff, weduwe van zal. Wolther van Rijswijck, sub et re Hendrick Backer een huis met het achterhuisken, daartoe gehorig, staande in de Koningstraat, Gijsbert Cloeck, regent, ter eenre- en Jan van Eijbergen ter andere zijde [enz.] en heeft Erasmus Weijtz, mede present, gecaveerd voor alle namaning ten opzichte van de medeerfgenamen van Evert van Rijswijck onder verband van zijn persoon en goederen;

* 1676, 29-12 etc: Gelders Archief, 2003 ORA Arnhem, [inv.nr  – 420 – 173v]: 503 Johan Pauw, brouwer, en Naleken Otten e.l. voor hen zelf en actionem cessam hebbende van Johan Noot en Ernje Pauw e.l., Antoni Pauw en Hester Tijssen, zijn huisvrouw, Lucas Lucassen nomine uxoris Maria Pauw als speciale volmacht van dezelve hebbende, gepasseerd op 04-01-1677 stijlo loci voor schepenen der stad Kleef, Everhard Streuff en Johan Diderick Smits, der rechten Do.rn, en met subscriptie van de secretaris aldaar Willem Hagen bevestigd, Bernt Meuleman en Jacomina Pauw e.l., voorts Gijsbert Cloeck den olden en Gerhart Harlaeus, Med. Dor., als aangestelde curateuren over de boedel en nalatenschap van wijlen Dor. Arnold Pauw, tezamen voor zes negenden gedeelten erfgenamen van zal. Hendrick Pauw en Christina Gaijmans, in leven e.l., mitsgaders Reinier van Nuis en Evertjen van Wick e.l. voor hen zelf en Reinier van Nuis als voogd van zijn voorkinderen verwekt bij Christina Francken, in leven zijn eerste huisvrouw, voor een achtiende gedeelte en mede actionem cessam hebbende van Gerrit Francken en Magdalena Lauwers e.l. vermogens transport, op 24-07-1660 voor oud-schepenen dezer stad Gerhard Casijn van der Hell en Dor. Jacob Everwijn gepasseerd, de hopman Derck Dibbets, luit. Arnt Nagel en Warner Pauw als door de magistraat geauthoriseerd op 08-01-1677 wegens Hendrick Pauw, absent zijnde, mede voor een achtiende gedeelte, Lubbert van Hierde en Peter van Hamel als op 08-06-1677 mede geauthoriseerd wegens wijlen Lambert Cuppe en Jenneken Pauw, gewezen e.l., insgelijks voor een achtiende gedeelte, Merriken Francken, weduwe van Hans Jacob Lauwer, voor haar zelf en als moeder en momberse van haar kinderen, ehelijk bij haar vnd. man geprocreeerd, geassisteerd met Derck Pauw als haar gekozen momber, voor een achtiende gedeelte, en eindelijk vnd. Reinier van Nuis en Evertjen van Wick pro se en Reinier als voogd van zijn voorkinderen, verwekt bij Christia Francken vnd., Albert Janssen van Merrienburgh en Jantjen Wanners e.l.,

* 1684, 21-10: Gelders Archief, 2003 ORA Arnhem, [inv.nr  – 420 – 272]: 749 Jan Carnier, alsmede Lourens Carnier en Chatarina Haren e.l., mundige, en Gisbert Cloeck als momber van de onmundige kinderen van zal. Peter Carnier, transporteren en dragen op aan Peter Ongerans en Grietjen Valee e.l. een stuk bouwlands, groot ongeveer 1 molder gezaais, op Geldersen enck gelegen [enz.]; dit gaat misschien over Gijsbert Cloeck jr.

* 1686, 29-1: Gelders Archief, 2003 ORA Arnhem, [inv.nr  – 420 – 295]: 793 Ermgarda Hulters als eigenaar en volmacht hebbende van haar man Dor. Bernhardt Steenhouwer [ingevolge volmacht] voor de magistraat der stad Arnhem op 24-09-1677 gepasseerd, als eigenaars en Christoffel Heijendael en Christina Hulters e.l. neffens Joffr. Alijda Hulters, kinderen en erfgenamen van Elijsabeth van Bemmel, weduwe van wijlen Dor. Peter Hulter, als gevestigde crediteuren van het genoemde huis verklaren eeuwiglijk en erfelijk verkocht en dienvolgens getransporteerd en opgedragen te hebben, gelijk zij doen kracht dezes, aan Jan van Innevelt en Chatarijna Schut e.l. een huis omtrent het Land van de Markt, Gijsbert Cloeck ter eenre- en Jan Barten ter andere zijde, neffens 2 schuren daar achter aan staande [enz.] dit gaat misschien over Gijsbert Cloeck jr.

* 1687, 4-5: Gelders Archief, 2003 ORA Arnhem, [inv.nr  – 420 – 318]: 842 Johannes van Hartevelt en Aeltjen Wissinck e.l., zo voor hen zelf en mede pro rata caverende voor de gezamenlijke broeders en zusters, uit kracht van bewijs wegens de nalatenschap van hun overleden moeder zal. Aeltjen Wissinck, in leven getrouwd met Hans Geerlichs, en mede als het recht hebbende van Willem Tulleken te Beckbergen, hebbende vertegen, gecedeerd en opgedragen huisken en erve, staande op de Beek, belend ter eenre- de behuizing van de kinderen Hans Geerlich, en ter andere zijde Gijsbert Cloeck erven, en zulks aan en ten behoeve van Cornelis Peterssen van der Linden en Marijcken Hendricksen e.l. [enz.]; 

* 1703, 4-1: Gelders Archief, 2003 ORA Arnhem, [inv.nr  – 421 – 239]: 364 Burgemeesters, schepenen en raad der stad Arnhem doen kond en certificeren dat zij op 27-02-1691 ter Raadkamer alhier na voorgaande 3 gedane publicaties gerichtelijk bij het uitbranden der keerse als een verbalmond en uitgesleten goed aan de meestbiedende verkocht hebben de helft van huis en hofstad, staande in de Ketelstraat, Lambert Engelen Assink ter eenre- en Daniel de Gimmer ter andere izjde, Item 3/4 parten van het huis, de drie gekroonde, staande en gelegen omtrent de St. Janspoort, Geurt Schoddenburg ter eenre- en de erfgenamen van Gijsbert Cloeck ter andere zijde, alsook de helft van een moeshof buiten de St. Janspoort, genaamde de laatste stuijver, toegekomen hebbende Daam 't Hert, waaraan Otto van Hensbergen op 05-12-1702 de derde ruiming sampt in- en aanhering bekomen heeft om betaling te hebben van een kapitaal van 1000 gl. cum interesse [enz.] en, dewijl niemand op de voorzegde percelen in het bijzonder heeft willen schrijven en daarom dezelve alle 3 tegelijk opgehangen zijn en ingezet door de vnd. Otto van Hensbergen met 1000 gl. en gehoogd 20 maal als nader bij de voorwaarden van de vnd. verkoping te vernemen en dewijl niemand de vnd. percelen binnen de tijd van redemptie heeft geredimeerd en dat de koop is geschied aan de verwinhebber zelf, die ook de kooppenningen daarvan onder zich heeft gehouden, zo hebben zij, burgemeester, schepenen en raad, de vnd. percelen aan vnd. Otto van Hensbergen als verwinhebber overgeleverd en deze verwinsbrief daarvan medegedeeld [enz.];


kind 2: Goosina  Cloeck

In sommige websites vallen de kinderen 1 en 2 samen. Bij de doop van Goossen Cloeck staat echter heel duidelijk dat het om een zoon handelt. 

* 1658, 24-7: familysearch, DTB trouwen: ondertrouwd Arnold Naegel, jongman soone (doorgehaald), en Goosijna Cloeck, jongedr., beijde van Arnhem. Testes Gerrit Bae… (valt weg in de band) te Herman <?> Negel ende Gijsbert Cloeck en .. sponsi et sponsa parentes


kind 3: Theodorus (Dirck) Cloeck

* 1654, 11-6: Gelders Archief Familiearchief Cloeck: Theodorus Cloeck, Arnhemiensis, sacrae theologiae candidatus(student in de theologie) Studentenwapen: In zilver een tafel, waarover een laken van sinopel en waarop vier boeken, twee van zilver, keel op snee, één van sabel en één opengeslagen, en rechts daarvan zittend op een stoel met een kussen van sinopel, een man van natuurlijke kleur, gekleed en met een hoed van sabel, kousen van keel houdende de rechterhand in de zijde en met de linkerhand een pijp rokend, alles op een grond met tegels van azuur; dekkleden: sinopel, zilver, keel en sabel; wrong: sinopel en zilver; helmteken: twee gekruiste ganzenveren, samengebonden met een lint van keel, aan de uiteinden waarvan twee gewichten van sabel hangen. [niet opgezocht, ontleend aan website kloek-genealogie.nl]

* 1656, sept: Gelders Archief Familiearchief Cloeck: Aangenomen als student aan de universiteit te Utrecht; "septembris 1656, Theodorus Cloeck, Aenaco-Gelrus"

* 1676, 6-6: Gelders Archief: DTB ondertrouw Doesburg: Theodorus Cloeck (predikant te Spankeren en Ellekom), weduwnaar van Derske van de Velde trouwt gereformeerd te Drempt op 6 juni 1676 met Margaretha Baerken(gedoopt te Drempt op 11 maart 1638, dochter van Hendrik Baerken en Christina Broeckelaers. Zij hertrouwt gereformeerd te Didam in oktober 1691 met Wilh.Roeland). [niet opgezocht, ontleend aan website kloek-genealogie.nl]

* 1677, 15-3: Gelders Archief: Rigtersambt Doesburg: Jvr. Elisabeth Heijendaal, weduwe van Otto Gerritsen en kinderen verbinden obligatie van f.600,- d.d. 1 oktober 1657 ten laste van Arent Heyman en verlopen rente van f.150,- aan ds.Theodorus Cloeck en Jvr.Margaretha Baerkens voor f.750,- à 5% haar ¼ deel van erve "de Valuwaert en Oldnwaert" van haar 4 onmondige kinderen (bouw- en weiland, pachter Willem Everts te Beynum), geroyeerd op 19 maart 1681. [niet opgezocht, ontleend aan website kloek-genealogie.nl]

* 1682, 27-12: Gelders Archief: Rigtersambt Doesburg: Gerritje Gerritsen Menninck verklaart dat ze op 24 juni 1670 als borg voor haar zuster Bartien op Oldenhaeff is opgetreden voor f.150,- voor wylen hun ouders van Henrick Baerken in 1636 ontvangen, waarvoor ze in 1671, de 29e juni had verbonden haar één zesde deel in de wei "Malhorst" te Drempt. Ze geeft nu in verwin wegens niet betalen van de rente aan Jvr.Margaretha Baerkens, vrouw van ds.Theodorus Cloeck, predikant te Spankeren, dit één zesde deel met recht van weder verkoop voor 7 jaar. geroyeerd op 23 juni 1684 door Jvr.Margaretha Baerkens, weduwe van ds.Cloeck (aantekening bij deze obligatie) [niet opgezocht, ontleend aan website kloek-genealogie.nl]


kind 5 Niesken Cloeck

* 1683, 13-12: Gelders Archief, 2003 ORA Arnhem, [inv.nr  – 420 – 264v]: 734 Gijsbert Cloeck en Zeger van Arnhem, scholtis des ambts Rheden, als momber van de onmundige nagelaten kinderen van wijlen Henrick [Snaghert] en Niesken Cloecken, in leven e.l., cederen en transporteren aan Hendrick Breuckel en deszelfs huisvrouw een huis en hofstad, staande en gelegen op de hoek van de Nijstadt, alwaar de swarten Ruiter uithangt, in voege de kopers hetzelve enige jaren in het gebruik hebben gehad [enz.];


kind 7: Geertruid Cloeck

* 1682, 28-6: Gelders Archief, 2003 ORA Arnhem, [inv.nr 516, fol. 43]: [NL-AhGldA_2003_516-0091.jpg]: Comp. Gisbert Cloeck de jonge qq als gevolmachtigde van Johan Vlamingh (procuratie voor mr. Zeger van Arnhem, scholtus van Rheden) transporteert aan Coenraet Vleminck en de kk en erfgenamen van wijlen Hart Owelinck alle recht en attestatien als Vlamingh neffens de cessionarissen alhier bezit op het kapitaal van fl 24.000,- en rente als graaf Philips Coenraet, graaf te Bentheim, Steinfurt, en desselfs weduwe of zoon tot last van de Domeinen van Veluwe heeft.

* 1683, 13-12: Gelders Archief, 2003 ORA Arnhem, [inv.nr  – 420 – 264v]: 734 Gijsbert Cloeck en Zeger van Arnhem, scholtis des ambts Rheden, als momber van de onmundige nagelaten kinderen van wijlen Henrick [Snaghert] en Niesken Cloecken, in leven e.l., cederen en transporteren aan Hendrick Breuckel en deszelfs huisvrouw een huis en hofstad, staande en gelegen op de hoek van de Nijstadt, alwaar de swarten Ruiter uithangt, in voege de kopers hetzelve enige jaren in het gebruik hebben gehad [enz.];

* 1689, dec, na 21: Gelders Archief, 2003 ORA Arnhem, [inv.nr  – 421 – 122v]: 211 Jochem van Schevichaven wegens het eerste derde part van Johan Evan Watken en Geertruijt van Huijseren e.l., Item Gijsbert Cloeck en Zeger van Arnhem, scholtis des ambts Rheden, voor hen zelf en zich sterk makende voor hun huisvrouwen en de andere erfgenamen van wijlen hun vader Gijsbert Cloeck, in leven hopman dezer stad, voor het tweede derde part wegens Jacob van Huijseren en Arnoldus van Biesen als gemachtigde van Martinus Coornaar en Derckjen van Biesen e.l., mitsgader Johan Leenarts en Elisabeth van Biesen e.l. volgens volmacht, op 28 dezer n. st. gepasseerd voor burgemeesters en regeerders der stad Rotterdam, en Albert Maurits en Roelanda van Biesen e.l., tezamen kinderen en erfgenamen van Derck van Biesen, wegens het derde laatste derde part van Johannes van Huijseren, cederen en dragen op aan de Hr. Adriaen Menthen, medeschepen alhier, en vrouwe Geertruijt Meulenschot [e.l.] hunlieder huis en hofstede, staande in de Koningstraat en op de beek uitgaande, alwaar de Ploegh uithangt, toegekomen hebbende Truijcken Braeckelmans, des vnd. Huijserens moeder, bekennende de comparanten van de kooppenningen voldaan en betaald te zijn [enz.];

* 1695, 13-6: Gelders Archief, 2003 ORA Arnhem, [inv.nr  – 421 – 14v, verwijst naar 148v]: 19 Gisbert Cloeck en Zeger an Arnhem, scholtis des ambts Rheden, voor hen zelf en zich sterk makende voor hun huisvrouwen en de nadere medeerfgenamen van wijlen hun vader wijlen Gisbert Cloeck, in leven hopman dezer stad, [---] cederen aan de Heer Adriaen Menthen, medeschepen alhier, en vrouwe Geertruijt van Meulenschot e.l. het gerechte derde deel van huis en hofstede, staande in de Koningstraat en op de Beek uitgaande, alwaar de Ploeg uithangt, welk huis comparanten verkocht hebben aan de stad Arnhem, waarvan de tegenwoordige kopers de koop hebben overgenomen, en bekennen van de kooppenningen voldaan te zijn;


kind 8 Gijsbert Cloeck jr

* 1671, 26-8: Gelders Archief, 2003 ORA Arnhem, [inv.nr  – 420 – 108]: 318 Johan Vlemmick en Beerntjen Heijmen e.l. sub et re Gijsbert Cloeck den jongen en Elisabeth Duijsterbeeck e.l. de halve Marsch thient, gelegen te Isseloort binnen deze schependom, waarvan de wederhelft is toebehorende Gijsbert Cloeck den olden, borger hopman alhier [enz.];

* 1682, 28-6: Gelders Archief, 2003 ORA Arnhem, [inv.nr 516, fol. 43]: [NL-AhGldA_2003_516-0091.jpg]: Comp. Gisbert Cloeck de jonge qq als gevolmachtigde van Johan Vlamingh (procuratie voor mr. Zeger van Arnhem, scholtus van Rheden) transporteert aan Coenraet Vleminck en de kk en erfgenamen van wijlen Hart Owelinck alle recht en attestatien als Vlamingh neffens de cessionarissen alhier bezit op het kapitaal van fl 24.000,- en rente als graaf Philips Coenraet, graaf te Bentheim, Steinfurt, en desselfs weduwe of zoon tot last van de Domeinen van Veluwe heeft.

* 1683, 13-12: Gelders Archief, 2003 ORA Arnhem, [inv.nr  – 420 – 264v]: 734 Gijsbert Cloeck en Zeger van Arnhem, scholtis des ambts Rheden, als momber van de onmundige nagelaten kinderen van wijlen Henrick [Snaghert] en Niesken Cloecken, in leven e.l., cederen en transporteren aan Hendrick Breuckel en deszelfs huisvrouw een huis en hofstad, staande en gelegen op de hoek van de Nijstadt, alwaar de swarten Ruiter uithangt, in voege de kopers hetzelve enige jaren in het gebruik hebben gehad [enz.];

* 1684, 21-10: Gelders Archief, 2003 ORA Arnhem, [inv.nr  – 420 – 272]: 749 Jan Carnier, alsmede Lourens Carnier en Chatarina Haren e.l., mundige, en Gisbert Cloeck als momber van de onmundige kinderen van zal. Peter Carnier, transporteren en dragen op aan Peter Ongerans en Grietjen Valee e.l. een stuk bouwlands, groot ongeveer 1 molder gezaais, op Geldersen enck gelegen [enz.]; dit gaat misschien over Gijsbert Cloeck sr.

* 1686, 29-1: Gelders Archief, 2003 ORA Arnhem, [inv.nr  – 420 – 295]: 793 Ermgarda Hulters als eigenaar en volmacht hebbende van haar man Dor. Bernhardt Steenhouwer [ingevolge volmacht] voor de magistraat der stad Arnhem op 24-09-1677 gepasseerd, als eigenaars en Christoffel Heijendael en Christina Hulters e.l. neffens Joffr. Alijda Hulters, kinderen en erfgenamen van Elijsabeth van Bemmel, weduwe van wijlen Dor. Peter Hulter, als gevestigde crediteuren van het genoemde huis verklaren eeuwiglijk en erfelijk verkocht en dienvolgens getransporteerd en opgedragen te hebben, gelijk zij doen kracht dezes, aan Jan van Innevelt en Chatarijna Schut e.l. een huis omtrent het Land van de Markt, Gijsbert Cloeck ter eenre- en Jan Barten ter andere zijde, neffens 2 schuren daar achter aan staande [enz.] dit gaat misschien over Gijsbert Cloeck sr.

* 1687, 9-5: Gelders Archief, 2003 ORA Arnhem, [inv.nr  – 420 – 318v]: 843 Antonij Verbeeck, stadstimmerman te Zutphen, en Helena van Campen e.l. cederen en dragen op ten erfelijke behoeve van Gijsbert Cloeck en Elisabeth Duijsterbeck e.l. hun huis en hofstad, staande op en bij de Beek op het Land van de Markt of naast der kopers huizing, alles in dier voege als de verkopers hetzelve uit hun ouders Lambert van Campen nalatenschap aangeerfd [hebben] [enz.], en zulks voor een somma van penningen, waarvan de eerste met de laaste [penning] ten volle voldaan en betaald is [enz.];

* 1689, dec, na 21: Gelders Archief, 2003 ORA Arnhem, [inv.nr  – 421 – 122v]: 211 Jochem van Schevichaven wegens het eerste derde part van Johan Evan Watken en Geertruijt van Huijseren e.l., Item Gijsbert Cloeck en Zeger van Arnhem, scholtis des ambts Rheden, voor hen zelf en zich sterk makende voor hun huisvrouwen en de andere erfgenamen van wijlen hun vader Gijsbert Cloeck, in leven hopman dezer stad, voor het tweede derde part wegens Jacob van Huijseren en Arnoldus van Biesen als gemachtigde van Martinus Coornaar en Derckjen van Biesen e.l., mitsgader Johan Leenarts en Elisabeth van Biesen e.l. volgens volmacht, op 28 dezer n. st. gepasseerd voor burgemeesters en regeerders der stad Rotterdam, en Albert Maurits en Roelanda van Biesen e.l., tezamen kinderen en erfgenamen van Derck van Biesen, wegens het derde laatste derde part van Johannes van Huijseren, cederen en dragen op aan de Hr. Adriaen Menthen, medeschepen alhier, en vrouwe Geertruijt Meulenschot [e.l.] hunlieder huis en hofstede, staande in de Koningstraat en op de beek uitgaande, alwaar de Ploegh uithangt, toegekomen hebbende Truijcken Braeckelmans, des vnd. Huijserens moeder, bekennende de comparanten van de kooppenningen voldaan en betaald te zijn [enz.];

* 1694, 14-2: Gelders Archief, 2003 ORA Arnhem, [inv.nr  – 420 – 521v]: 1092 Dirck Roeloffs en Willemken Henricx e.l. verklaren deugdelijk schuldig te zijn aan Gijsbert Cloeck voor hem zelf en als momber van zijn kinderen de somma van 280 gl. wegens pacht van een weide, onder Rickerwoert gelegen, het laatste vervallen Martini 1692, en dan nog de somma van 500 gl. met de interesse van dien, heerkomende van geleende en vestrekte penningen vermogens obligatie d.d. 20-05-1675, waarvoor comparanten verbinden hun en hunner erven personen en goederen, specialijk hun huis met het recht van erfpacht van het weken, staande en gelegen in deze schependom boven de Koebrug langs de Rijn en de Dijk, die naar de Stadsweerd gaat, zo comparanten tegenwoordig zelf bewonen en in het gebruikt hebben;

* 1695, 13-6: Gelders Archief, 2003 ORA Arnhem, [inv.nr  – 421 – 14v, verwijst naar 148v]: 19 Gisbert Cloeck en Zeger an Arnhem, scholtis des ambts Rheden, voor hen zelf en zich sterk makende voor hun huisvrouwen en de nadere medeerfgenamen van wijlen hun vader wijlen Gisbert Cloeck, in leven hopman dezer stad, [---] cederen aan de Heer Adriaen Menthen, medeschepen alhier, en vrouwe Geertruijt van Meulenschot e.l. het gerechte derde deel van huis en hofstede, staande in de Koningstraat en op de Beek uitgaande, alwaar de Ploeg uithangt, welk huis comparanten verkocht hebben aan de stad Arnhem, waarvan de tegenwoordige kopers de koop hebben overgenomen, en bekennen van de kooppenningen voldaan te zijn;

* 1697, 9-1: Gelders Archief, 2003 ORA Arnhem, [inv.nr  – 421 – 45v]: 91 Gijsbert Cloeck cedeert, transporteert en draagt eeuwiglijk en erfelijk op uit kracht van authorisatie van de magistraat dezer stad d.d. 04-12-1696 aan Derk Markus de jongen, tollenaar, en Amilia Bongerts e.l. een huis, staande en gelegen buiten de Rijnpoort over de Rijnbrug bij de Praebst, en met zodane recht van erfpacht en zodane condities als Derk Roeloffs van bovengemelde magistraat aan de grond en het gebruik van het weerdje, strekkende van het huis tot aan het hek van de Stadsweerd is hebbende, en voorts met de bomen vóór en bij het huis en in de hof staande, waarvan jaarlijks aan de stad moet worden betaald de somma van 50 gl., en welk huis door de vnd. Derk Roeloffs na affixie van billetten en het aansteken van 2 kaarsen op 03-03-1696 aan gemelde Derk Marcus verkocht is voor een somma van 3156 gl., die door kopers volkomen uit uitgericht;

* 1705, 20-8: Gelders Archief, 2003 ORA Arnhem, [inv.nr  – 422 – 41]: 45 De Joff.rn Wilhelmina en Susanna Everwijn, geassisteerd met hun gekozen momber Dr. Henr. Brantsen, burgemeester der stad Arnhem, voorts Dr. Hendrick Brantsen, burgemeester der stad Arnhem, en Juffr. Nalida Everwijn e.l., mitsgaders de Heer Jacob Everwijn, burgemeester der stad Arnhem, Dr. Reijnier Everwijn en vrouwe Johanna Everwijn, weduwe van wijlen de Heer Peter Verstegen, en dan nog de Joff.rn Catharina en Nalida Everwijn, geassisteerd met hun gekozen momber Dr. Reijnder Everwijn, voorts de Heer Gijsbert Cloeck en Juffr. Susana Everwijn e.l. hebben verkocht en cederen, transporteren en geven vervolgens over aan de Heer Wijnold Valck en Joffr. Susanna Everwijn e.l. zodane vier twaalfde parten en nog twee derde parten in een twaalfde part als comparanten ieder voor hun quota of aandeel zijn competerende aan een huis, schuur en hof, mitsgaders het achterstalleken en uitgang in de Gortemakerssteeg, gelegen boven in de Weverstraat tussen de behuizingen van de heer raadsheer van Loon ter eenre- en van de Hr. Dr. Jacob Coets ter andere zijde, uitgezonderd de scharen weidens, die tot het huis hebben gehoord, welke de transportanten aan zich behouden, en zulks alles voor een somma van 2722 gl. 4 stuiver 4 penningen, van welk gedeelte der kooppenningen de comparanten bekennen voldaan te zijn [enz.];

* 1706, 12-11: Gelders Archief, 2003 ORA Arnhem, [inv.nr  – 422 – 74]: 97 Gijsbert Cloeck, volmacht hebbende van Gualterus Holtius en Catharina Mulerius, zijn huisvrouw, ingevolge speciale procuratie, op 20-10-1706 gepasseerd voor burgemeesters der stad Amsterdam, verklaart verkocht te hebben voor een somme van 950 gl. en mits dezen over te geven en op te dragen in volle en rechte eigendom aan en ten behoeve van Jan Verlee en Aeltje van Jolenbroeck, zijn huisvrouw, zeker huis en erf, staande en gelegen binnen de stad Arnhem in de Rijnstraat, belend ter eenre- de erfgenamen van wijlen Brielius en ter andere zijde de Juffrouwen Ophuijsen, thans door kopers bewoond, zijnde voorzegd huis en erf de pricnipaal verkoper vnd. aanbestorven van zijn vader Willem Holtius en hem ten deel gevallen bij magescheid, op 23-11-1705 opgericht ten overstaand van de Heer Joost Ruger, schepen der stad Arnhem, en comparant zelf in kwaliteit van dedingsluiden [enz.];

* 1709, 12-10: Gelders Archief, 2003 ORA Arnhem, [inv.nr  – 422 – 128]: 184 Steven van Ginkel en Fijken van der Lienden [e.l.], alsmede Peter van der Lijnden en Teuntje van Ginkel e.l., tezamen kinderen en erfgenamen van wijlen Cornelis van der Lijnden en Maeijken Hendrix, in leven e.l., cederen, transporteren en dragen op hunlieder behuizing, staande op de Beek, zoals het de comparanten door dode van hun vnd. ouders is aanbestorven, in dier voege als comparanten ouders op 12-03-1687 hetzelve hebben aangekocht, waar neffens geerfd zijn de erven van Hans Geerlichs en Gijsbert Cloeck, aan en ten behoeve van Jan Engelen, cornet, en Maria Franken e.l., bekennende van de kooppenningen ter somme van 250 gl. te dank voldaan en betaald te zijn [enz.];

* 1714, 9-11: Gelders Archief, 2003 ORA Arnhem, [inv.nr  – 422 – 262]: 353 Japser Cloeck, Johan Pieck en Gijsberta Cloeck e.l., mitsgaders Stephania, Elisabeth en Johanna Cloeck, kinderen en erfgenamen van Gijsbert Cloeck, cederen, transporteren en dragen op aan Thomas Peters en zijn huisvrouw een huis met annexe stallen, gelegen buiten St. Janspoort, genaamd den Rooden haen, nevens het daarbij gelegen bouw- of tabaksland, alsmede nog een stuk bouwland, in Altveer gelegen, groot ongeveer 4 molder gezaai, zo en in dier voege als het voorzegde huis en land tegenwoordig door Jan Gerritsen bewoond en gebruikt wordt en in deze schependom gelegen zijn, zulks voor de somma van 1275 gl., waarvan comparanten bekennen volkomen voldaan en betaald te zijn [enz.];

* 1718, 22-9: Gelders Archief, 2003 ORA Arnhem, [inv.nr  – 422 – 116v]: 121 Willem van Manen en Ernandina Visscher e.l. verklaren voor de trouwe administratie van het rentambt van het Weduwenhuis over den Broeren, voorts rekening en reliqua van dien, te verbinden hun, comparanten, huis, staande en gelegen in de Rijnstraat, erfgenamen van Gijsbert Cloeck ter eenre- en de weduwe Lemmink ter andere zijde, neffens een moeshof, gelegen voor de Rijnpoort, alwaar belandet zijn oost het Ravelijn, westwaarts Hendr. van de Vijver, zuid de erfgenamen Helmert Arents, noorden de weduwe Clauteir, waar beneffens mede is gecompareerd hopman Everhard van Manen, die mede zijn persoon en goederen verbindt voor de goede administratie, rekening en reliqua van zijn broeder Willem van Manen vnd. [enz.];

* 1721, 7-10: Gelders Archief, 2003 ORA Arnhem, [inv.nr  – 422 – 217v]: 238 Burgemeesters, schepenen en raad der stad Arnhem certificeren dat zij na 3 voorgaande publicaties van 29-08-1720, 18-09-1720 en 07-10-1720 op 19-11-1720 als vebalmond en uitgesleten goed alhier ter Raadkamer in het openbaar met uitbranden der kaarse hebben verkocht huis en hofstad, waar de witte Leeuw uithangt, in deze schependom bij Emaus aan het Klaphecke gelegen, toegekomen hebbende de weduwe en erfgenamen van Jan van Beek, waaraan de kinderen en erfgenamen van Gijsbert Cloeck op 15-04-1720 gepeind en de eerste ruiming erholden op 17-05-1720, de tweede ruiming op 08-06-1720 en de derde ruiming met in- en aanhering op 19-07-1720, om daaraan te verhalen en betaling te hebben van een somma van 598 gl. wegens restant van de pachtpenningen van een weide, groot 4 morgen, genaamd de Tichel Kuijlen, het laatst verschenen Petri 1705, 's jaar ad 197 gl., en waarvoor vnd. Johan van Beek ingevolge getekende condities en pachtcedul d.d. 28-11-1698 zich als borg en princiaal heeft geconstitueerd, waaraan Johan van Duren de koop en toeslag bekomen heeft voor een summa van 1405 gl. die de koper ter Secretarie gelegd en betaald heeft, en, vermits de tijd van redemptie is verlopen, hebben zij de koper verleend deze "onze" gerichtelijke cessie en transport;


kind 9 Arnoldus Cloeck

* 1685, 18-10: Gelders Archief, transcriptie kerkboek van Hall, p. 13: Alzo door het saligh afsterven van ds Theodory van der Hoeven (…) is op 5-8-1685 beroepen en verkoren, ds. Arnoldus Cloeck, proponent Arnhemiensis, en op 18-10-1685 in de gemeente tot Hal door ds. Johannes Cloeck predicant tot Ede bevestight (…)

* 1704, 8-5: Gelders Archief: Rigtersambt Doesburg: Genoemd wordt bij verkoop van grond; Goswin Verstegen als verkoper Pauwel Kerff en Aeltje Teunissen als kopers van de grond.(kopers zijn schoonzoon en dochter van ds. Arnoldus Cloeck te Hall en Johanna Kerff, zijn voor de helft eigenaar).  [niet opgezocht, ontleend aan website kloek-genealogie.nl]

* 1723, 23-2: Gelders Archief: Rigtersambt Doesburg: Magescheid Arnhem 3 mei 1722 tussen Herman Kerff t.e.z. en Johanna Kerff, weduwe Kloek t.a.z. over de nalatenschap van hun beider overleden ouders, Paul Kerff en Aeltje Teunissen. Eerste lot gaat naar Johanna Kerf, weduwe Kloek: bouwhof "de Valeweerd" plus ¼ van weiland "het Rijsweerdje" in kerspel Angerlo, boerschap Beynhum, plus een hypotheek van f.2000,- ten laste van Christ. Ruther. [niet opgezocht, ontleend aan website kloek-genealogie.nl]

* 1725, 21-11: Gelders Archief: Rigtersambt Doesburg: Gerrit Keucken en C.van Munster, als borg voor Hendrik Bolck en Anneke Bartels, pachters van bouwing "de Valeweert", van Jvr.Johanna Kerf, weduwe van Ds.Arnoldus Kloeck,(onl.pachter Harmen Vlemink) voor f.830,- volgens pachtcedel van 20 november 1725, verb. hun bouwland "de Haermate". [niet opgezocht, ontleend aan website kloek-genealogie.nl]

* 1730, 30-3: Gelders Archief: Rigtersambt Doesburg: Johanna Karf, weduwe van Ds.Arnoldus Kloeck, koopt halve bouwhof "Beimerhoff" (huis, hof boomgaard, bouw- en weiland) en 4 morgen bouwland daarnaast, Beimerweert pachterse de weduwe Nuijen, koopbrief 14-11-1729 van de onmondige kinderen van Jhr.Arnold Zeger van Rees en Jvr.Maria Theresia van Erp.

* 1734, 22-1: Gelders Archief: Baer en Lathum: Jvr.Johanna Kerff, weduwe van Ds.Arnoldus Kloek, koopt wei "het Gasthuis", ook wel "Mentinksweitje", Beymerweert,(laatste pachter Evert Baernts) van de juffers Hendrika en Johanna Mentink, alsmede Hendrik Diederik Voss, luit. als weduwnaar van Hendrika Voss, die was dochter van Maria Bertruid Mentink bij Jan Voss en onm. dochter(Bergen op Zoom) en zwagers Willem Voss, weduwnaar van Hendrina Sandijk en 2 onmondige kinderen en Hendrik Voss(beide te Amsterdam).

* 1737, 30-7: Gelders Archief: Rigtersambt Doesburg: Johanna Kerff, weduwe van Ds.Arnoldus Kloek, koopt halve bouwhof "de Beymerhoff" in Beijmerweert, pachter Jan Neujen, van broer Herman Kerff (t.v.a van ouders).


openstaande vragen / discussie


In de genealogie Kloeck op internet komt een tweede, jong overleden dochter voor die Geertruid heeft. Ze is gedoopt in Arnhem 19-3-1643. Inderdaad is dat een dochter van Gijsbert Cloeck, maar de  moeder is Maritgen Overhagen. [DTB dopen Arnhem 4 – 184] V: Gijsbert Cloeck, M: Maritgen Overhagen 


voorouders:

Dirck Cloeck is de broer van Fijke Cloeck, de vrouw van Ou Visscher in Cleef overleden voor juni 1634

Gijsberts broer Johan Cloeck overlijdt voor 13-12-1642, zijn vrouw Grietje Gaeijmans na jan. ‘44

zijn zus Christina Cloeck na jan ’44, haar man Jan Geerlichs tussen dec. 42 en jan. ‘44

zijn zus Grietge Cloeck na dec. ‘54, haar 2e man Goossen Verweij voor jan. ’42. In ’54 heeft ze nog onmondige kinderen Pauw

Dirckske Cloeck is in 1644 getrouwd met Jan Pouwels


Goosentje Warners van Sevener (overleden na mei 1627) is mogelijk de zus of tante van Jantge Warners X (voor ’49) Albert Janssen; Jantge Warners is de kleindochter van wijlen Johan Warners