XI-232 Van Gesel, Adriana

Adriana van Gesel (= XI-232)


ouders: Govartt Jansz van Gesel en Maria Jacobs Brassers


geboren: Schiedam 1612

gedoopt:

overleden:

begraven: Dordrecht 17-10-1648


beroep:

woonplaats / adres


relatie: Ondertrouwt Schiedam 28-8, Dordrecht 30-8-1637


Cornelis Evertsz van Eijssel (XI-231)


ouders: Evert Schrevelszn van Eijssel en Maricken Cornelis van Asz


geboren:

gedoopt: Dordrecht 1-7-1603

overleden:

begraven: Dordrecht 11-10-1679


beroep: Visverkoper, Schout, Thesaurier

woonplaats / adres: Dordrecht (Visstraat, 1626) (bij de Tolbrug 1627, '28, ) bij de Pelsebrug (1648,


weduwnaar van Janneken van Diest (1600-1626), Jenneken Jansdr van Aertrijck (ca 1610-ca 1636) en Beatricx Coopmans (1608-1636)

Hij hertrouwt 1649 Adriana van Casteren (1620-1663) en in 1665 Agatha van Dongen (1612-?)


kinderen:

  1. Maria (Maeijcken) van Eijssel, gedoopt: Dordrecht juni 1638 (doopboek: Cornelis Evertsen en Adriana van Eijssel - Maria)
    overleden:, begraven: Dordrecht 30-12-1694
    beroep:
    woonplaats / adres:
    relatie: trouwt Puttershoek 1-12-1658 (ondertrouwt Dordrecht 17-11-1658)
    Francois van Bredenhof (Breedenhoff), geboren: , gedoopt Dordrecht 1-7-1629
    overleden: , begraven Dordrecht 25-1-1673
    beroep: Schout en Secretaris van Puttershoek
    woonplaats / adres:
    ouders: Cornelis Franszn van Bredenhoff en Geertruid Jansdr Schouten

  2. Beatris van Eijssel, 1639-1715, X 1659 Cornelis de Vries, XX 1678 Thomas Rijckers, VOLGT KWS X-116

  3. Govert van Eijssel, geboren: gedoopt: Dordrecht augustus 1640
    overleden: begraven Dordrecht 21-11-1690
    beroep: Oud-Raad en Schepen van Dordrecht, weesmeester
    woonplaats - adres: Dordrecht (Pelsse brugh, 1666) ("uijt den OutRaedt over de Visschebrugh", 1690: hij heeft zijn huis Oud-Raad genoemd!)
    relatie: trouwt Dordrecht 5-10-1666 (ondertrouwt Dordrecht 19-9-1666)
    Anna Maria de Namur, geboren: Dordrecht, gedoopt: Dordrecht juni 1641
    overleden:, begraven: Dordrecht 9-8-1693 ("Anna Lamuer, wed. wijlen Govert van Eijssel, uijt de oudt raedt de veen beij de visschebrugh": Nr. 27E graf van Van Eijssel)
    beroep:
    woonplaats / adres:
    ouders: Jean de Namur en Maria van Casteren

  4. Marij van Eijssel, gedoopt: Dordrecht aug. 1641 (Doopboek: Cornelis van Eyssel - - Mary)
    overleden: , begraven: Dordrecht 2-1-1728
    beroep:
    woonplaats / adres:
    relatie: trouwt Dordrecht 18-6-1669 (ondertrouwt Dordrecht 2-6-1669)
    Mattheus Codeus, geboren:, gedoopt Dordrecht 1-3-1632
    overleden:, begraven: Dordrecht 26-12-16713
    beroep: Apotheker
    woonplaats / adres:
    ouders:

  5. Kind, begraven Dordrecht 11-2-1646 (den 11 – een kint onder den arm van Corenelis Everse van Eijsel

  6. Evert van Eijssel, gedoopt 11-11-1646 (doopboek: Cornelis Evertsen van Eijssel – Evert)
    begraven: Dordrecht 24-1-1647 (begraafboek: den 24: een kint onder den arm van Corenelis Everse van Eijsel bij de Pelsebruigh)

biografische gegevens


Cornelis van Eijssel en Adriana van Gesel hebben twéé dochters die Maria heten. De ene wordt 'Maria de jongste' genoemd.


bronnen


http://home.planet.nl/~vink5434/1668936.htm
http://www.uwstamboomonline.nl/passie/sites/index.php?mid=245525&kid=2147&pagina=tekstpagina Dit betreft een uitvoerige, met bronnen gelardeerde website over Dordrecht.


* 1637, 20-8: familysearch: DTB trouwen Schiedam [film 008864940 scan 27]: Cornelis Evertsz wed. van Dort, Adriana van Geesel van Schiedam

* 1637, 28-8: hogenda, transcriptie Stadstrouw/ondertrouw Schiedam invnr. 713:, fol. 67v: Cornelis Evertsz. van Isel wedr. koopman won. Dordrecht X Adriana van Gesel j.d. van Schiedam, geass. met Maria Brassers haar moeder. Kanttekening: Nota t1e gebot te geven den 5e september. Rest niet te lezen.

* 1637, 30-8: DTB Dordrecht ondertrouw invnr 19-149: 30-8-1637: Cornelis Evertsen van Eissel, koopman, wednr van Dordrecht ende aldaerwoonende; Adriana van Gesel, van Schiedam ende aldaer woonende. Per schrijven van daer

* 1637, 12-12: Stadsarchief Dordrecht, Notarieel archief 20.81 fol. 111 [not. J. Schoormans] vermeldt: Op Húijden den 12-12-1637. Compareerden etc., d' eersame Hendrick Nicolaesz van Hooren Contrerolleúr vande Licenten binnen deser Stede. Denwelcke verclaerde vercoft te hebben, gelijck hij vercoopt mits desen aen Sr. Cornelis Evertsz: van Eijssel Coopman binnen deser Stede, die hiermede Compareerde ende selve Coop bekende ende accepteerde etc. Een geheel Húijs ende erffve mette Kaeije ende voorts allen sijnen toebehooren staende ende gelegen opte Nieúwhaven binnen deser Stede tússchen den húijse van Corn: Ptsz: van Mispollhoúff aende een daer úijtstreckt den Hoúte brúgge ende den húijse vande wed. ende erffgen: van Willem Bongert aende andere Zijde. Ende dat met alle alsúlcke vrijdommen, servitúijten ende gerechticheden, múijren, Goten, Waterloopen ende anders soo als den voorsz: húijse ende erffve is hebbende, volgende d' over brieven daer van sijnde, die den Cooper neffens d' opdrachte overgelevert súllen werden. Voor welcke voorn: húijs ende erffve metten aencleven vandien den voorsz: Cooper belooft heeft ende belooft bij desen te betaelen etc. [Het huis wordt verkocht voor] f 4400:0:0. [Cornelis moet o.a. ook] de 40ste pen: oortgens voor den armen Dúijts, voort Weeshúijs [betalen.] etc. w.g. Cornelijs Evertsen van Eijssel.

* 1639, 24-11: DTB Dordrecht begraven 11.38-45v: den 24 een kint onder den arm van Cornelis Everse van Eijsel op den hock van de Tollebrughstraet

* 1641, 21-6: Stadsarchief Dordrecht, Notarieel archief 20.83 fol. 55 [not. J. Schoormans] vermeldt: Op Húijden den 21-06-1641. Compareerde, etc., Sr. Cornelis Evertsz van Eijssel Coopman borger deser Stede. De welcke verclaerde hem selven geconstitúeert ende gestelt te hebben etc., waerborge voor alsúlckem moeijenissen, commer etc., [Stelt Cornelis zich garant voor een huis dat zijn overl. zwager Govert van Wesel heeft gehad] met allen sijnen toebehooren staende ende gelegen inde Pelsenstraet tússchen den húijse van wed. van Jan -.-. besemmaker aend' een sijde ende de Heeren Gracht aende ander sijde. Etc. w.g. Cornelijs Evertse van Eijssel.

* 1642, 8-11: Stadsarchief Dordrecht, Notarieel archief 20.83 fol. 330 [not. J. Schoormans] vermeldt: Op Húijden den 08-11-1642 Compareerden etc., Sr. Abraham Isaacsz van Sweebrúgh won. tot Breeda, den welcke verclaerde vercocht te hebben etc., aen Sr. Cornelis Evertsz: van Eijssel Coopman borger deser Stede, die hiermede de Coop accepteerde seeckere 2 mergen 181½ roeden saeijlant gelegen int lant van Esch aen Strijen inde 3de Cavel, gemeen metten voorsz: Cooper in een stúck van 12 mergen 304 roeden voor welck voorsz: Lant den voorsz: Cooper etc., te betaelen de somme van f 530:0:0 den mergen etc. w.g. Cornelijs Evertse van Eijssel.

* 1644, 29-4: Stadsarchief Dordrecht, Notarieel archief 20.84 fol. 81 [not. J. Schoormans] vermeldt: Op Húijden den 29-04-1644. Compareerde etc., Sr. Corn: Evertsz van Eijssel Coopman borger deser Stede, den welcken verclaerde vercost te hebben etc., aen Sr. Nicolaes van Hoúdaen mede Coopman ende borger binnen dese Stede, den welcken bekende ende accepteerde. Een geheel húijs ende erffve met alllen sijnnen toebehooren genaempt het rechte Cromhoút, staende ende gelegen onttrent de Pelssebrúgge naer de Vúijlpoort toe, gelegen tússchen de húijse vande wed. ende erffgenamen van Frans Rocchúsz van Wesel aend' een sijde ende de húijse vande vercooper aen d' andere sijde. Hebbende het voorsz: húijs aende sijde vande vercooper van voren tot achteren sijn halve múijre ende goten ende aend' andere Zijde soodanige vrijdommen sevitúijten ende gerechticheden van múijren goten ende anders, súlx als den selven húijse van oúdentijde is hebbende, volgens de oúde brieven daarvan sijnde. Onder Conditie dat aen desen vercosten húijse volgen sal het erffve sooverre tot effen gelijcx tiende vanden pút die opt gescheijt van beijde de húijsen is staende, (welck pút oock bij beijde de húijsen gemeen gebrúijckt ende onderhoúden sal werden) maer vorder niet noch te oock gemeen úijtganck, mits dat den voorsz: vercosten húijse hebben sal sijnen waterloop over het erffve vant húijs vande vercooper, etc., [de verdere condities worden beschreven. Nicolaes als koper betaalt]. de somme van f 3300:0:0, etc. w.g. Cornelijs Evertse van Eijssel, Nicolaes van Hoúdaen.

* 1644, 26-8: Stadsarchief Dordrecht, Notarieel archief 20.84 fol. 315 [not. J. Schoormans] vermeldt: [Testament]

Op Húijden den 26-08-1644. Compareerden etc., Sr. Corn: Evertsz van Eijssel Coopman borger deser Stede, sieckelijck te bedde Leggende doch sijn verstant etc. Verclaerde eerstelijck Johannes Cornelisz van Eijssel sijnen voorsoon geinstitúeert te hebben voor sijn Vaderlijcke súccessie ende erffenisse, boven de Somme van f 1800:0:0 die hem voor sijn moederlijcke goederen competeren inde Somme van f 6200:0:0 maeckende samen mette voorsz: f 1800:0:0 ter somme van f 8000:0:0. voor ende in plaetse van de vúijtsettinge [uitzet] die hem, van sijn moederswegen Conpeteert, ende daer en boven noch een vrije vischstal sijnde een van vijftichen gelegen opte Groote Vischmarkt binnen deser Stede. Onder welcke voorsz: somme hij in betaelinge sal mogen aennemen seecker stúck weijlants groot 4 mergen 349 roeden, gelegen in Oútbonaventura onder Seelishoeck, voorde somme van f 3200:0:0. Voorts Verclaerde hij Testateúr Maeijcken Cornelis van Eijssel sijn voordochter boven de somme van f 3200:0: die haer Competeren voor haere moederlijcke goederen ende waer toe hij Testateúr de selve bewijst voor de vúijtsettinge die hij daer toe gehouden is te doen, de Somme van f 600:0:0. Noch geinstitúeert te hebben voor hare Vaderlijcke Súccessie ende erffenisse inde somme van f 4800:0;0 maecken samen met haren voorsz: moederlijkce goederen ende vúijtsettinge de somme van f 8600:0:0. Ende noch verclaerde hij Testtateúr sijne vijer [4] naerkinderen geprocúreert bij Adriana van Gesel sijne Jegenwoordige húijsvr. voor haere Vaderlijcke súccessie ende Erffenisse geinstitúeert te hebben súlcx hij doet mits desen Elcx inde somme van f 4000:0:0 boven ende behalven haere alimentatie op verdinge ende úijtsettinge die sijne voorsz: húijsvr. daer aen gehoúden blijft te doen naer haeren staet ende goede discretie. Ende alle welcke voorsz: respective úijtreijckingen hij Testateúr verstaet. Dat sijne jegenwoordige húijsvr. aen sijnne voorsz: voor ende naerkinderen eerst gehoúden sal wesen te doen, soo wanneer ijder van henlúijden ten mondige daegen off geraden húwelijcke staete gecomen súllen sijn. Ende gedúijrende welcke tijt sij genieten sal de vrúchten ende het Innecomen van dien, alsoo sij daertegen de alimentatie gehoúden is te doen. Etc., [Cornelis bepaalt dat als een kind overlijdt zonder getrouwd te zijn of nazaten te hebben, dat dan dat erfdeel onder de andere kinderen die nog in leven zijn, wordt verdeeld]. Ende noch verclaerde hij Testateúr gelegateert ende gemaeckt te hebben aen Johannes Schrevelsz van Eijssel sijn broeders soontgen de somme van f 200:0:0 die ten behoúve vant' selve kint opt Comptoir vande gemeene middelen súllen moeten wesen, beleijt 6 weecken naer sijns Testateúrs overlijden, ende oplopen ten behoúve vant' selve sijn broeders soontgen tot dat hij ten mondigen daegen gecomen sal wesen. noch verclaerde hij Testateúr gelegateert etc., aen de húijsaremen staende onder de bedieninne vande diaconie vande Dúijtse gemeente deser Stede de somme van f 335:0:0 bestaende in 2 orden op de admiraliteijt residerende binnen Rotterdam. Ende noch aen Maeijcken Jansdr. nichte van sijns testateúrs húijsvr. de somme van f 50:0:0. ende in alle ende ijegenlijckende vordere goederen soo roerende als onroerende actien Crediten ende in schúlden, gelt, goút, silver etc., [Cornelis bepaalt dat alle schulden betaald moeten worden voor de erfenis verdeeld kan worden en geeft Adriana van Gesel daar toe machtiging. Als voogden benoemt hij] Srs. Schrevel Evertsz van Eijssel ende Geerit van Dúijnen sijnen broeder ende swager respective, etc. w.g. Cornelijs Evertse van Eijssel.

* 1645, 8-3: Stadsarchief Dordrecht, Notarieel archief 20.84 fol. 299 [not. J. Schoormans] vermeldt: Op Húijden den 08-03-1645. Compareerde etc., Sr. Corn: Evertsz van Eijssel Coopman borger deser Stede. Ter eenre. Ende Sr. Job aertsz Welbooren daersvan vant lant was deser won. in Strijen. Ter andere Zijde. Ende Verclaerde sij Compten: metten anderen overcomen, verdragen etc., te hebben bij forme van Mangelinge ofte coop, over de naergenoemde pertijen van Landen henlúijden elcx respective toebehoorende. Te weten de voorn: van Eijssel sal aen de voorn: Welbooren leveren ende t sijnen believen opdragen etc., de nombre van 9 mergen 126 roeren weijlants gelegen int lant van Esch inde derde Cavel, belent ten noorden de tweede Cavel, ten oosten de gemeenlants wech, ten súijden de gemeene lants vliet ende ten deele den voorn: van Eijssel, met lijsbet van Eijssel, ten westen de heer advocaet Mr. Adriaen vande Hoeck. Waer en tegen den voorn: Welbooren aenden voorsz: van Eijssel sal opdragen ende transporteren oock t sijnnen believen de nombre van 8½ mergen weijlants gelegen int outlant van Strijen, in 2 pertijen, te weten de 6 mrn: aende meúlenwech belent ten westen de heer Dijckgraeff Reijnier de Vos, ten noorden de gemeene Scheijdelff, ten oosten -.-.- ende ten Zúijde de voorsz: Meúlenwech. Ende de vordere 2½ mergen gelegen aenden bovenwech belent ten oosten Pr. Jan Joostensz, ten Zúijden ende Westen Adriaen Teúnisz Verweel ende ten noorden den voorsz: bovenwech. Etc., [Van Eijssel en Welbooren doen aan ruilverkaveling, mocht het land als het nagemeten is groter uitkomen dan aangegeven dan zal Welbooren een meerprijs van f 500.00 per mergen betalen aan Van Eijssel.]. w.g. Cornelijs Evertse van Eijssel.

* 1645, 22-5: Stadsarchief Dordrecht, Notarieel archief 20.84 fol. 354 [not. J. Schoormans] vermeldt: Op Húijden den 22-05-1645. [In deze akte staat beschreven dat Cornelis] als boeckhoúder van de húijsarmen der diaconie vande Dúijtsche gemeente etc. [geld uit een gift heeft ontvangen voor de kerk.]

* 1646, 10-4: Stadsarchief Dordrecht, Notarieel archief 20.85 fol. 78 [not. J. Schoormans] vermeldt: Op Húijden den 10-04-1646. Compareerde etc., Sr. Corn: Evertsz van Eijssel Coopman borger deser Stede, den welcke verclaerde geconstitúeert etc., te hebben Sr. Hendrick Hendricksz Coopman tot Brúgge gevende den selven volcomen macht, aúthoriteijt ende speciael bevel omme úijt sijns Constitúants naeme etc., te vorderen reeckening ende bewijs ende reliqúa vanden mijnmeester vanden visse tot Brúgge voorsz: van 88 Salmen bij hem Comparant t'sedert den 05-02-1645 totten 11-04 daeraen volgende van hier derwaerts gesonden de pen: hem Comparant daervan comende te ontfangen qúitantie daervan te geven als dat behoort. Etc. [Cornelis wil voor de geleverde zalmen geld zien.] w.g. Cornelijs Evertse van eijssel.

* 1646, 3-10: Stadsarchief Dordrecht, Notarieel archief 20.85 fol. 202 [not. J. Schoormans] vermeldt: Op Húijden den 03-10-1646. Compareerde etc., Sr. Corn: Evertsz van Eijssel Coopman borger deser Stede, den welcke verclaerde etc., machtich gemaakt te hebben etc., Sr. Willem van Borssele Coopman tot Amsterdam, etc., [uit naam van Cornelis moet Willem geld vorderen van] actien van f 10000:0:0 capitael als hij Comparant inde geoctroijeerde West Indische Compie. ter Cameren binnen Amsterdam voorsz: etc., heeft te ontfangen. Etc., w.g. Cornelijs Evertsz van Eijssel.

* 1646, 12-12: Stadsarchief Dordrecht, Notarieel archief 20.85 fol. 347 [not. J. Schoormans] vermeldt: Op Húijden den 12-12-1646. Compareerde etc., Hendrick Joosten vander Beeck, Pieter Jansz Kalraet ende Servais van Oyen alle borgers deser Stede, de welcke ter Instantie ende ten versoecke van Jan Both Viscooper mede borger deser Stede, gesamentlijck hebben geattesteert, getúijcht ende verclaert bij Waere Christelijcke woorden etc. Hoe dat hen Compten: alsnoch seer wel bekent ende Indachtich is, dat sijlúijden opt Stadthúijs op te wacht sijnde des nachts tússchen woensdach ende donderdach den 14de ende 15de november voorleden gehoort hebben dat Monsr. Cornelis van Someren haeren Vendrich jegens den reqt. verhaelt heeft, int' bijwesen ende aenhooren van hen Compten: ende andere vande Wacht, hoe dat hij des maendachs daer te vooren voorden afslach gehadt hadde van Corn: Evertsz van Eijssel won. inde Nieijsst., eenen Cabbelliaú ende dat hij daer voor f 4:0:0 aen hem betaelt hadde. Verhaelende mede dat het een púick visch was ende henlúijden wel gesmaeckt hadde opte reijse. Verclaerende mede dat den voorn: van Zomeren mede verhaelde dat Lovijs Molenschodt den voorsz: Cabbelliaú hem f 5:10:0 gelooft hadde ende úijteindelijck op f 4:0:0 was geaccordeert. Etc. w.g. Henderijck Vander Beeck. Pieter jansen Calraet.

* 1648, 10-9: Stadsarchief Dordrecht, Notarieel archief 20.87 fol. 276 [not. J. Schoormans] vermeldt: [Testament] Op Húijden den 16-09-1648. Compareerde etc., Sr. Corn: Evertsz van Eijssel Coopman borger deser Stede etc. gesont van Lichame etc. Dewelcke verclaerde om sonderlinge goede rederen ende confideratien hem hiertoe porrende ende bewegende, úijt sijnne vrijen onbedwongen wille, liberalijcken toegevoecht ende bewesen te hebben etc., aen sijnne 3 kinderen geprocúreert bij Joffr. Adriana van Gesel sijnne Jegenwoordige húijsvroúwe. Elcx de somme van f 2000:0:0 maeckende voor haer drijen, f 6000:0:0 ende dat boven ende behalven de f 9000:0:0 daer inne de voorn: sijnne húijsfroúw volgens haeren Testamente op húijden etc., gepasseert heeft. Welcke voorsz: f 2000:0:0 hij aen elck der voorn: sijnne kinderen belooft heeft súlcx hij belooft mist desen aende selve elcx úittereijcken ende te betaelen etc., [Cornelis stelt dat als hij overl. is alles zo als beschreven aan zijn kinderen moet worden uitgekeerd.]. w.g. Cornelijs Evertsz van Eijssel.

* 1648, 16-9: Stadsarchief Dordrecht, Notarieel archief 20.87 fol. 277 [not. J. Schoormans] vermeldt: [Testament] Op Húijden den 16-09-1648. Compareerde etc., d' eerbare Joffr. Adriana van Gesel húijsvroúw van Sr. Corn: Evertsz van Eijssel Coopman borger deser Stede etc., sieck in den stoel sittende, doch haer verstant etc. [Adriana stelt dat Cornelis de eenige erfgenaam is. Hij mag met de goederen naar eigen goeddunken doen.] haeren man [zal] schúldich ende gehoúden wesen de 3 kinderen die hij bij haer Testarice geprocúreert heeft te alimenteren ende onderhoúden in eeten, drincken, Cleedinge ende reedinge etc., te betaelen de somme van f 9000:0: etc. ende daer en boven haer Testatrices 2 paer goúden braseletten ende haer hartringsken, noch 1 goúden naelt, noch 1 púnt van een diamenring etc.,[Adriana vermaakt deze goederen aan haar 3 kinderen. Als voogden stelt zij aan] den voorn: haeren man ende daer beneffens Daniel Jorisz Oosterbaen borger tot Schiedam, ende Jacob Vosmaer Coopman tot Rotterdam haeren swaegers etc. Noch verclaerde sij Testatrice te legateren aen Marija van Gesel, haer broeder Jacob van Gesel sdochter daerover sij Compte: metere is, tot een pilgifte de somme van f 50:0:0 eens. Noch aende húijsarmen staende onder de bedieninge vande diaconie vande Dúijse gemeente binnen deser Stede de somme van f 100:0:0 eens. Ende van noch aen Grietie Doortrie haer Testatrices nicht won. tot Schiedam de somme van f 25:0:0 eens. w.g. Adrijana van Gesel.

* 1648, 17-10: DTB Dordrecht begraafboek invnr 11.38, fol: den XVIIe een baer voor de huijsvrouw van Cornelis Evertsz van Eijssel bij de Pelsebrugh. Vijer mael luijens

* 1649, 17-10: DTB Dordrecht ondertr invnr 11.20-40v: Cornelis Evertsen van Eijssel Coopman, Wed:r, wonende bij de Pelse bruggh – met Jffrou Adriana van Casteren Francoisdr, jongedochter, woonende bij de wijnbrugghbeide van Dordrecht. Zijn getrout den 2 Novemb 1649

* 1655, 3-11: Stadsarchief Rotterdam, NA nots J. Delphius [invnr 18 akte 137, pg. 404-407]: Jannetgen Goverts van Gesel, weduwe van Jan Rom, wonend op de Nieuwe Haeven, ziek te bedde, benoemt de kinderen van haar broers en zussen tot erfgenamen. De ouders zullen totdat die kinderen trouwen het vruchtgebruik genieten. “Doch met reguarde alleen van de kinderen van haar overleden zuster Adriana van Gesel verwekt op Cornelis Evertsz van Eijssel van Dordrecht, is haar expresse begeerte dat hun vader geen usufruct aan rente van de goederen die die kinderen erven, zal mogen trekken”. Hun erfdeel zal dus door de voogden en administrateurs moeten worden beheerd, en de rente steeds op het kapitaal worden bijgeschreven. De gereformeerde kerk en het weeshuis van Rotterdam erven elk fl 100,-. Zij benoemt Cornelis van der Dussen, weesmeester te Schiedam [en man van Margareta Brassers], en Jacob Vosmaer, haar zwager, tot voogden en administrateurs. Zij prelegateert de Caffabonten mantel (jas) aan Janneken van Gesel, haar zus, gehuwd met Jacob Vosmaer, die zij van haar overleden zus Adriana heeft geërfd.

* 1656, 13-4: Stadsarchief Dordrecht, Notarieel Archief 20.93 fol. 359 [not. J. Schoormans] vermeldt: [Testament] Op Húijden den 13-04-1656. Compareerden etc., d' Heer Corn: van Eijssel inden achten deser Stede, gesont van lichame, gaende ende staende verstant ende redenen hebbende. Verclaerde hij dat sijnen Zoon Johannes van Eijssel voldaen heeft sijnne moederlijcke goederen, ende begrootinge vandien. Waermede hij Testateúr wilt dat hij hem voor voldaen sal hoúden. Wijders verclaerde hij Testateúr aen sijnne 3 andere voorkinderen in voldoening van haer moeders goederen ende tot vergrootinge vandien elck bewesen ende gemaeckt te hebben súlcx hij doet bij desen het gene hiernaer volcht, omme naer sijnen overl. te genieten, indien hij Testateúr de selve off eenige vandien bij sijnen leven van haere moeders goederen niet ende voldoet als namentlijck. Eerst compt Marija van Eijssel voor haer moeders goet volgende desselfs Testament f 3200:0:0, waertoe hij Testateúr deselve noch maeckt f 1800:0:0 comt samen f 5000:0:0, in voldoeninge vant welcke hij Testateúr de selve sijnne dochter Maria van Eijssel maeckt ende bewijst 5 mergen lants int -.-. Strijen aenden nieúwenwech beneffens het lant van Sr. Sijmen Cornelisz de Vries ende daertoe aen gelde úijtte gereetste incomende pen: f 2000:0:0 is samen de f 5000:0:0. Baetris, Govert ende Marija de jongste sijne kinderen Comt elck voor haer moeders goet f 3000:0:0. Waertoe hij deselve elck maeckt om redenen hem daertoe bewegende f 2000:0:0 comt voor ijder f 5000:0:0, in voldoeninge vande welcke hij Testateúr de selve maeckt ende bewijst t' gene volcht, te weten Baetris van Eijssel een stúck lants groot 6 m[e]r[ge]n 190 roeden gelegen in nieúw bonaventúra naest het lant vande Heer Johan debbit Zar. sijnde selven weijde (die hem wel Cost f 750:0:0 den mrn:) voor f 700:0:0 den mergen. Is f 4400:0:0 ende daertoe f 600:0:0 aen gelde úijtte gereetste Incomende pen:. is samen f 5000:0:0. Govert van Eijssel de helft van 11 mergen lants gelegen int oúdelant van Strijen aende nieuwewech naest het lant vanden dijckgraeff Vos (twelcke hem Cost meer als f 675:0:0) tegen f 600:0:0 de mergen. Is f 3300:0:0 ende daertoe in gelde úijtte gereetste Incomen pen: f 1700:0:0 maeckt damen mede f 5000:0:0. Ende Maria van Eijssel de Jongste 7 mergen 400 roeden lant gelegen in Barendrecht inde Sijdewij. Dat hij Testateúr gecost heeft met boel vande Heer Coopmans Zar. (voor f 750:0:0 de mrn) tot f 600:0:0 de mrn: beloopt f 4600:0:0 ende daertoe f 400:0:0 etc., samen mede f 5000:0:0 begeerende dat alle de voorsz: sijnne kinderen de voorsz: goederen ende aengewesen pen: súllen trecken ende genieten in plaetse van Haere Moederlijcke goederen. Ende dat deselve daermede oock Contentement súllen moeten nemen. Wijders verclaert hij Testateúr dat alle sijnne kinderen voor Vaders goet eerst voor afgemeten ende trecken súllen elck f 5000:0:0 mede naer volgende gespecificeerde goederen ende partijen, als Eesrtelijck Johannes van Eijssel sijne Oústen Zoon sal hebben de portie ende gedeelde hem Testateúr Competerende inde ambachtsheerlijckheijt van Dúbbeldam (daerin den selve soo veele heeft als den Testateúr) ende dat voor de somme van f 4527:0:0 gelijck hem Testateúr de voorsz: sijne portie Cost ende noch 2 Húijsen inde Tollebrúghstraet samen voor f 700:0:0 maeckt f 5227:0:0. ende súlcx dat hij daer aen ten overen hebben een úijtkeren sal moeten aen sijnne súster Maria van Eijssel f 227:0:0. Maria van Eijssel sal hebben een stúck lants leggende inde Súijdthoeck bijde Klem sijnde schoon weijlant groot 6 mrn: 87 roeden etc. Noch eenen achtsten dach Zegen inde Leck voor f 500:0:0 soo die Jongst vercost is. [Maria net als iedereen f 5000.00.] Beatrcx van Eijssel sal hebben een stuck lants groot 5 mergen 393 roeden, gelegen in Nieúw bonaventúra naest het lant van Vander Hoeck, etc., [met rente brieven ook f 5000.00]. Govert van Eijssel sal hebben de weder helft vande 11 mrs weijlant int Oúdelandt van Strijen etc., noch sijns testatteúrs Vischstal etc., noch de helft vant' soúthúijs staende inde Vischstraet etc., [totaal ook f 5000.00]. Maria van Eijssel de Jongste sal hebben 5 mergen 60 roeden lants aenden meúlenwech int oúdelant van Strijen, achter belelt de erffgen: van Ena dircx Wed. was van Arnoúlt Cools, etc., [totaal ook f 5000.00]. Ende Adriana van Eijssel sal hebben een stúck weijlant gelegen int oúdelant van Strijen aende meúlenwech dat den Testateúr van Job Aertsz Welbooren heeft gehandelt sijnde púijcklant groot 6 mergen etc., [totaal ook f 5000.00]. Etc., [Cornelis stelt dat iedereeen gehouden is de goederen zoals hij heeft laten beschrijven te aanvaarden. Cornelis] prelegateert ende voorúijt gemaeckt te hebben etc., aen sijnen oútsten Zoon Johannes van Eijssel sijnen Wapenrinck, ende [h]oorlogie, ende aen Govert van Eijssel sijne Jongsten Zoon alle de mantels ende rocken tot sijns Testateúrs lijve behoorende. Ende de vordere sijns Testateúrs Cleederen van linnen ende wollen aende voorn: sijns Testateúrs beijde Zoonen omme onder henlúijden te parten ende deelen. Ende noch verclaerde hij Testateúr gelegateert etc., aen de húijsarmen staende onder de bedieninge vande diaconie vande Nederlantsche gemeente binnen deser Stede, 2 ordomantien vande gecomitteerde raden ter admiraliteijt binnen Rotterdam gegeven op haeren ontfanger generael Johan van IJck. Inhoúdende f 350:0:0 etc. [Cornelis stelt nu als voogden aan] Srs. Johannes van Eijssel sijnen Zoon ende Rochús van Wesel sijnen neef, [zoon van zijn zuster Elisabeth] ende de selve sijnen Soon bevelende de administratie van sijns Testateúrs naer te laten goederen etc., [te regelen]. w.g. Cornelijs van Eijssel.

* 1680, 6-4: Stadsarchief Dordrecht, ORA 1627, fol. 108 e.v.: op 6 april 1680 verkopen Govert van Eijssel, lid van de Oudraad, Thomas Rijckert, koopman, en Mattheeus Codeus, veertigraad te Dordrecht, als executeurs-testamentair en erfgenamen van Cornelis van Eijssel, oud-thesaurier van Dordrecht, resp. hun vader en schoonvader, voor zichzelf en tevens vervangende hun mede-erfgenamen, voor 6600 gl. aan Martinus Paradijs, koopman te Dordrecht, een huis, vanouds genaamd "Mosis", met het pakhuis daarachter, staande in de Voorstraat omtrent de Pelserbrug tussen het huis van Cornelis van Dorsten en dat van Johannis van Bergen. Het pand komt aan de achterzijde met een gang uit op 's herenvest. De koper is schuldig aan verkopers een somma van 4000 gl.


openstaande vragen / discussie




Er zijn tal van aktes in Rotterdam over Evert van Eijssel, de man van Maria Jongtijts. Evert is kennelijk een neef van Cornelis Evertsz van Eijssel (zie ook de akte van 12-6-1670)