XV-1729 van 's-Gravesande, Dirck

biografische aantekeningen

bronnen

lit: NL 1917, kol 180-185; NL 1966

lit: H.K. Nagtegaal: "Het Delftse geslacht Van der Dussen", gepubliceerd in 'Ons Voorgeslacht', jg 60 (2005), daarna regelmatig aangevuld t/m 2018.

lit: Hans Nagtegaal: "Genealogie Storm, waaruit stammende een geslacht Van 's Gravesande", in Gens Nostra jg 72 (2017), blz 140-151

* 1562, 28-7: Stadsarchief Delft, charters [598.162 fol. 6241]: "Wij, Jan Jacobsz (...) ende Dirck Hendrick zn in 't Spoor, schepenen in Delft, oorkonden..." etc

* 1563, 20-4: Stadsarchief Delft, charters [598.154 fol. 6211]: "Wij, Sasbout Boeckels soon van der Burch ende Dirck Hendrick zn in 't Spoor, schepenen in Delft, oerconden dat Jacop Euwouts soon heeft vercoft Mathijs Sijmons soon ende opgedraeghen voor ons in volle gherechte een huijs en erve staende aen de oestsijde van doude Delft ghenaempt Castilgien" , NB: met Arien Dirckszn als noordbelending.

* 1563, 29-12: https://www.wikitree.com/wiki/Hendricxsz-2: Dirck Heinricxz., Maertijn Heinricxz., Adriaen Heinricxz. en(de) Gerrit Heinricxz. gebroeders, Cornel(is) Jacobsz. als man en(de) voocht van Lijsbet Heinricxdr. en(de) Mr. Jan Bogge als man en(de) voocht van Trijncken Heinricxdr. alle poorters der stede van Delff en(de) bekenden te samen vercoft te hebben Adriaen Jacobsz. Bruijn mede poorter tot Delff vijff margen twee hondt en(de) tnegentich gaerden lants leggen(de) binnen den ban van Naeldwijck in een camp van acht margen vier hondt en(de) tnegentich roeden waerop dat staen(de) es die huijsinge en(de) bargen mit die geboempten van Claes Cornel(is)z. in welcke camp den heiligen geest tot Delff seijdt te hebben thien hondt en(de) die proven van heer Jan Soel thien hondt mede soe zij seggen.

* 1564, 11-7: Stadsarchief Delft, charters [598.162 fol. 6240]: "Wij, Jan Jacobsz int Ossenhooft ende Dirck Heindrickszn in Spoor, schepenen..."

* 1567, 22-10: Stadsarchief Delft, arch 72 weeskamer inschrijving [invnr 377, fol. 128]: [brandschade] ... Op huijden den XXII Ocotbr Ao LXVII Quam voor S[chepenen] ende Weesm[eestere]n van Delff Dirck voorsz[eid] Ende regist[reert] zijn vier weeskind[eren] als Heijnrick out XXII [Jaren], Willem oudt XX Jaren, Grietge out omtrent <...> Jaren ende Arien oudt omtrent VII Jaren, daer moeder af was Neeltge Ad[driaensdr] zijn E. Huijsvr[ouw]. Bij anbreng van de voochden als Martij[n] Heijnrixszn In[...] Voets Willem Arentszn metselaer ende Jan Lambrechtszn seilmac[ker] voor haere moederlicke erfn[is?] elck kint die zo[mme] van twe duijsent vier hondert carolus gul: van XL (...) vlaems 't stuck eens welck bewijs erfen ende versterfen zal van 't eene kint opt ander ende voorts naer Schependoms recht naer den huwelixse voorwairden tusschen hem ende sijn huijsvr: gemaict. Welck bewijs hij verseekert op zijn (..) huijs staende aen de oude Delft bij de Hamerbrugge <?> naest mak... alminst <?> den Peperstege .. Noortzijde noch op zijn[en] huijs en erf[e?] staen[de] aen[de] Oostzijde van doude Delft alrenaest Mr. Jacob van Eijnder... huijs en erfe aen de Noortzijde, voort op zijn persoon ende al zijne goederen roerende ende onroerende, gewonnen ende ongewonnen, gheen van dien vuijtgesondert. Belovende voorts zijne voorszeide weeskinderen te onderhouden, eeten en drincken, clede[ren] schoenen ende haer m..erlicke behoefte te waeren tot heure mondigen daege toe ende dat over de vruchten vande voorsz goederen (128v) ende als die kinder mondig zijn ofte huwelick zou... zelffe van dit bewijs voldoen door de helffte mit gelt ende dandere helffte mit rentebrieff zamen ...boel wesende ende dat binnen tsjaers. Ende of jement van de kinderen quamen te sterfen binnen heur mondigen jaere, zoe zal hij zijn andere kinderen, mondich wordende ofte huwlicken zijn beraecken <?> heur portie vande erfenisse van heur overleden broeder ofte zuster op het tweede jaer nae zijn huwelickdach ofte mondich[eid]. Verleden voor Lambrecht Michiels ende Adriaen Jansz van der Meer Schepenen ende Adr[iaen] Jacopszn weesmr:

Ten zelfden dage compareerde voor Schepenen en weesmeesters van Delft Dirck Heijnricxszn int Spoor transporteerde ... ten behoefe ende profijte van Adrian Dircxzn zijn weeskint daer moeder af was Neeltge Adr[iaens]dr zijn echte huijsvrouwe een rentebrief van zes Carolus guld 8 stvrs sprekende op Adriaen Nimekes <?> ende Gerrit Nimekes <?> gebroeders voor op't schuijt Jusen ter Meer verschrijven Jaerlicx opten XVen nove[mber] mitte Jare Rt: versch Ao LXIV, LXV en LXVI ende 't verloop tot desen daeghen toe ende dat vrsz <?> binnenbrenght van zijnen voorsz Kints moederl[ijke] erfnis den vruchte van maeck den vaeder Jaerlicx on<..> zal tot alimentatie van 'tzelffde Kint gedurende tot zijn mondighe. Ende beloofde dezelfe brief te waeren als Recht is. <Verleden?> deur onde. <?>

* 1573, 19-5: Stadsarchief Delft, charters [447.799 fol. 3213]: "Wij, Dirc Henricxszn int Spoor ende Pieter Pieters soon Bemont, Schepenen in Delft..."

* 1575, 25-11: Stadsarchief Delft, 72 Weeskamer [register van wezen, p. 427.181], inschrijving met omvangrijke brandschade: daaruit blijkt dat Daentgen Ewoutsdr van der Dussen is overleden, dat Dirck Hendriksz nog leeft en dat hun zoon, Ewout Dircksz 1,5 jaar oud is. Zie de transcriptie bij Ewoud van 's-Gravesande (XIV-865)

* 1576, 10-4: stadsarchief Delft, charters [598.152 fol. 6179]: "Wij Dirck Henricxz int Spoor ende Claes Adriaensz van Adrichem, schepenen in Delft..."

* 1577, 26-4: stadsarchief Delft, charters [598.394 fol. 3767]: "Wij Dirck Henricxz int Spoor ende Cornelis Pieterszn van Beaumondt, schepenen in Delft, ..."

* 1577, 30-4: stadsarchief Delft, charters Stadsbestuur [1.918 fol. 5141]: Dirck Hendricxz int Spoir en Claes Jacobsz Moeyt, schepenen van Delft, oorkonden dat Jan Willemsz Sonderdanck, wonend te Rotterdam, verkocht en overgedragen heeft aan Leenert Claesz korenkoper een huis en erf aan de Oude Langendijk, naast Cornelis Harwyers aan WZ, Int Paradys van Willem Jansz en brouwerij en erf van Dirck Brassers aan OZ, strekkend voor van de straat zuidwaarts tot achter wat het huis De Oude Kolff was, met een gemeenschappelijke plaats en doorgang van een poort achter tot in de Kromstraetsteech, zoals verkoper het bij willig decreet heeft verkregen, belast met 5 pond Hollands min een kwart, en 5 duit 's gravenhuur, met Claes Dircxz van der A en Jan Aelbrechtsz Baroen lakenkoper als borgen.

* 1577, 30-4: stadsarchief Delft, charters [598.191 fol. 6333]: "Wij Dirck Henricxz int Spoor ende Dirck Dirckszn van Zanten , schepenen in Delft, oirconden dat Anna Dirck Hendricksdr, Bogghen weduwe, verkoopt een huis aan de Westzijde van de oude Delft; genoemd: Jan Bogghe Dircksz en Hendrick Dirckszn Bogghe

* 1578, 18-3: stadsarchief Delft, charters Stadsbestuur [1.884 fol. 5923]: Dirck Hendricxz int Spoor en Simon Storm van Wena Gerritsz, schepenen, oorkonden dat Adriaen Claesz Cys, bakker, transporteert aan Lenaert Pietersz van Notorp een huis en erf genaamd den Roscam aan de zuidzijde van de Geerweg, naast de poort van de weduwe van lange Vranck schipper aan WZ en huis en erf van Harman Pietersz alias Stockvisch aan OZ, belast met 1/2 pond per jaar, met als borg Cornelis Claesz Cys.

* 1578, 15-4: stadsarchief Delft, charters [598.145 fol. 6155]: "Wij Dirck Henricxz int Spoor ende Dirck Dirckszn van Santen, schepenen in Delft, oirconden..."

* 1578, 4-7: stadsarchief Delft, charters Stadsbestuur [1.844 fol 10255]: Dirck Hendricxz int Spoor en Dirck Dirxz van Santen, schepenen in Delft, oorkonden dat Adriaen van der Meer Jansz en Hendrick Bugge Dircxz als waarborgen vrijwaring beloven voor het huis en erf staande op de zuidoosthoek van 's Heerenbrugge ofwel de Boterbrug, dat gekocht is door Jan Pietersz Hogewerff zoals in de doorstoken brief vermeld.

* 1579, 1-6: Stadsarchief Delft 467 Familie van der Dussen [467.4, 7712]: charter met testament van Mayken Lievensdr, weduwe Ewoud Jacob Bruijnsz van der Dussen. Haar kleinzoon Ewoud Dircksz is het weeskind van wijlen Daentgen Ewoutsdr. en wijlen Dirck Hendricxzn in 't Spoor.

* 1584, 21-7: Stadsarchief Delft 72 Weeskamer [register 428, fol. 212]: Jan Dircksz Schrobbelijn heeft fl 300,- ontvangen van Jacob Burgers als administrateur van de nagelaten goederen van Dirck Hendricksz in 't Spoor ende Daentgen Ewoutsdr tegen een rente van de penning XVI (in de marge: op 7-5-1596 heeft iemand uit naam van Jan Dircks Schrobbeling de fl 300,- plus rente aan de weeskamer terugbetaald)

* 1590, 3-10: Stadsarchief Delft, 72 Weeskamer [register van wezen 72.381, p. 3]: Inschrijving wegens de erfenis van Marritgen Lievensr aan haar kleinkind Euwoudt Dircxzn weeskint van Dirck Heijndrickszn van Schravesande ende Daentgen Euwoutsdr van der Dussen

* 1590, 15-10: Stadsarchief Delft, 72 Weeskamer [register van wezen 72.381, p. 2]: Inschrijving wegens de erfenis van Marritgen Lievensr aan haar kleinkind Euwoudt Dircksz weeskindt van Dirck Heijndricksz van Schravesande en Daentgen Euwoutsdr van der Dussen

* 1592, 3-11: Stadsarchief Delft Charters [598.326, fol. 10076]: Er wordt een huis en erve verkocht, genaamd de Maan, staande op het marktveld op de Noordwesthoek. Het huis is belast met enige hypotheken, waaronder: "mitsgaders noch gelijcke achthien gul: vijfthijen stuvers tsjaers competerende tweeskint van Dirck Heijndericx zn int Spoor geprocreert bij Daentgen Euwoutsdr ende te lossen op weescamers recht"

* 1594, 28-2: Stadsarchief Delft NA nots J.J. Borgersz [161.1509 - fol 138]: Gecompareerd Ewout Dircksz van Schravesand, jonckgesel, burger tot Delft, sieckelijck van lichaeme te bedde liggende. Hij maakt een testament en laat na, de ene helft aan Jacob Euwoutsz van der Dusse, zijn benad. en goedgunstige oom, en de andere helft op de eerbare, goedgunstige Moeije Elissabeth Euwoutsdr van der Dusse, alles van 's moeders zijde, en bij hun afwezigheid of overlijden hun kinderen in hun plaats. ...goederen die hij van zijn za: vader Dirck Hendricksz geërft heeft ... de goederen van sijn smoeders zijde za: memorie ... Begerende voorts dat de geïnstitueerde erfgenamen zullen uitreiken aan Grietgen Dircksdr en Arien Dircksz zijn broeder en zuster van 's vaders zijde elk honderd guldens eens (of bij vooroverlijden hun kind of kinderen bij representatie), item de kinderen van Heijndrick Dircksz, zijn overleden broeder, van 's vaders zijde eveneens honderd gulden, item de armen der stad Delft fl 60,-. Opgesteld ten huijze van de eersame Jacob Euwoutszn van der Dusse aan de Westzijde van de Koemarkt.

* 1594, 29-12: Erfgoed Leiden e.o.: DTB ondertrouw Ned. Herv. 1004 [3, blad C 104v]: "Opgetijckent den XXIX Decemb. 1594. Eewout Dircxz van Sgravesande, jongman, van Delff, vergeselschapt mit Jan Sasbout van Delff zijn swager, mit Aeffgen van Swaenswijck Lourijs jonge dochter van Leijden, vergeselschapt mit Annetgen Dircx haer moeder

* 1608, 1-8: Erfgoed Leiden e.o.: DTB NH ondertrouw Leiden [7, blad G, 14v]: Henrik Willemsz. Storm, timmerman van Delfft, wonende tot Leijden, weduwenaer van Emerentia Cornelisdr, vergeselschapt met Eewout van 's Gravesande, zijn oom, met Hillegont Franssen van den Berch, jonge dochter, van Leijden, vergeselschapt met Magdaleentgen Jacobs, haer schoonsuster

* 1612, 21-?: Erfgoed Leiden e.o.: NA nots C. van der Laen [87 akte 42]: Ewout Dircx van 's Gravesande ter eenre en Jacob Jansz Schetrode <?> notaris en rentmeester van 't capittel ter Hoyel <?> ter andere zijde. Ewout verkoopt een tuin met huis, heinigen en beplanting gelegen omtrent de bleijckerije buiten de Coepoorte dezer stad aan zekere gemenen lande in het ambacht van Soeterwoude voor fl 750,-. Ze beloven aanstaande zaterdag een willig decreet te vragen bij het Hof van Holland, waarvan de kosten 50/50 gedragen worden. De uitvoerige akte kent buitengewoon veel doorhalingen en kantlijn verbeteringen. Ik zie dat ergens ook nog Hendrik Willemsz Storm optreedt als borg voor Ewoud 's Gravesande, maar als ik het goed zie wordt hij al binnen een jaar van dat borgschap ontheven (via een marginale akte)

kind 1: Willem Dircksz in 't Spoor

* 1576, 7-2: Stadsarchief Delft, arch 72 weeskamer inschrijving [invnr 377, fol. 127v]: [brandschade] Op huijden den VII Febr: Ao: XVc LXXVI <Quame> voor weesmr: van Delff Willem Dirckszn brouwer in 't Spoor ende Jan Sasboutszn als getr[ouwd] hebbende Grietgen Dircksdr ende bekende sij wel vold[aen] al bet[ael]t te zijn <van> heurl[ieder] moederl[ijke] b<r>eest erfnen zoe die hier boven register stan: ende dat uijt handen van Dr: Heijndrickszn respective heure vader ende schoonvader. Bedanckende he,?> goede bet[alinge] ende den voochden haerder anbrenginge. Doe[nde] daero[mme] den zelven bij desen absolute quijtscheldinge <...> Verleden voor Evernaet <??> van Lodesteijn ende Bruijn Jacopszn weesm[eesteren]

kind 2: Margaretha van 's Gravesande

* 1576, 7-2: Stadsarchief Delft, arch 72 weeskamer inschrijving [invnr 377, fol. 127v]: [brandschade] Op huijden den VII Febr: Ao: XVc LXXVI <Quame> voor weesmr: van Delff Willem Dirckszn brouwer in 't Spoor ende Jan Sasboutszn als getr[ouwd] hebbende Grietgen Dircksdr ende bekende sij wel vold[aen] al bet[ael]t te zijn <van> heurl[ieder] moederl[ijke] b<r>eest erfnen zoe die hier boven register stan: ende dat uijt handen van Dr: Heijndrickszn respective heure vader ende schoonvader. Bedanckende he,?> goede bet[alinge] ende den voochden haerder anbrenginge. Doe[nde] daero[mme] den zelven bij desen absolute quijtscheldinge <...> Verleden voor Evernaet <??> van Lodesteijn ende Bruijn Jacopszn weesm[eesteren]

* 1614, 20-10: Stadsarchief Delft, NA nots Henrick Vockestaert [161.1570 fol. 132]: testament van Jan Sasboutszn van der Dussen, anders genaamd Jan Beukelszn en Margaretha Dirck Henricksdr van 's Gravesande, (zij ligt ziek op bed). Zij hebben twee kinderen in 't leven, namelijk Lijsbeth Jan Sasboutsdr van der Dussen, getrouwd met Andries Peters Schieveen (notaris te Schiedam), en Zasbouth Jansz van der Dussen bijna bejaard. Zij verwachten nog erfgoed vanwege de dood van Anna Jansdr, weduwe van wijlen Arend Cornelisz predikant in Delft, die Arend georven had van wijlen Hugo van 's Gravesande. Zij legateert goederen aan haar broer Arien Dircksz van 's Gravesande wonende tot Utrecht en een lijftocht voor Arien zelf.

* 1614, 5-11: Stadsarchief Delft, DTB begraven: de huijsvrou van Jan Beuckel Sasboutsz opte Binnenwatersloot

kind 3: Hendrick Dirckszn

* 1577, 2-1: Stadsarchief Delft, arch 72 weeskamer inschrijving [invnr 377, fol. 127v]: [brandschade] Op huijden den IIen Januarij Ao XVIc LXXII stilo no <?> compareerde voor weesmeesteren van Delff Heijndrick Dirckszn ende bekende hem wel voldaen ende al betaelt te wesen van sijn moederlicken bevoorschr: erff hijer voir te register staende ende dat bij handen van Dirck Hendrickszn sijn vader, bedanckende hem van de guede betaelinge ende de voochden van haerder aenbrengnische, doende daerme denselven bij desen absolute quijtscheldinge van alst. Verleden voir Pieter Pietersz Beaumont ende Huijch Jacob Bruijnszn van der Dussen weesmren. [onder staat:] Voert LX folio LXIIII van E<wout??> <Evaelmen?> van Dirck Heijndrick.

* 1621, 10-3: Stadsarchief Delft, weeskamer inschrijving [72.455 fol 337]: Hendrick Dircxszn Spoor. Opten Xen Martij Ao 1621 is scheijdinge gedaen van de goederen van de kinderen van Maritgen Huijchendr. van Groenewegen gewonnen bij Hendrick Dircksz Spoor, beijde za:. Ende gelegt op 8. (eronder staat:) Op huijden den 17 Martij 1621 compareerde Vranck van Wttenbrouck notaris, procuratie hebbende van Dirckgen Hendricksz Spoor, weduwe ende boelhoudster van Pieter Tonnissen, wonende tot Utrecht, (...) wezende een dochter van Hendrick Dirckszn Spoor en Maritgen Huijgen van Groenewegen bekende van de stad Delft ontvangen te hebben fl 200,-

kind 4: Arent Dirckszn

* 1582, 20-10: Stadsarchief Delft, arch 72 weeskamer inschrijving [invnr 377, fol. 127]: [brandschade] Op huijden den XXen Octobris Ao XVc LXXXII compareerde voor weesmeesteren Arent Dircks zoon van Dirck Hendrickszn in 't Spoor ende bekende hem bij handen van zijn voochden wel ende ten vollen verm<e?>cht van sijn moederlicken erffe sulcxs 't selffe voirsch staet ende hem voirgelesen es ende mitsgaders van sijn vaderlicke erffe: wel onderrecht ende voldaen, bedanckende daeromme sijn voochden van haerl: goede registrae:, regieringe ende administratie, quijtscheldende denselven mits desen van alle absolutelicke. Verleden voor Cornelis Ariensz van der Meer, Schepen, ende Die<?>aet van Lodensteijn, weesmeester.

openstaande vragen / discussie

Er is in Delft in het eerste kwart van de zeventiende eeuw nog een andere Euwoud Dircxzn in de archieven terug te vinden. Hij is varentgesel, wonende aan den Langendijck, als hij op 24-2-1602 trouwt met Maritge Bastiaans, jd. aan de Turfmarckt. Later, bij de doop van kinderen, krijgt hij de achternaam Kagenaar, maar dat is zijn beroep. In juni 1628 is het echtpaar nog doopgetuige. Op 20-1-1630 wordt Euwout Dircxsz cagenaer begraven, wonende aan de Moslaen

Op 2-9-1605 wordt begraven "het kind van Euwout Dircxzn bij het Haesge".

In 1607 is een Euwout Dircxzn Duijst borg bij den woningverkoping

Op 1-1-1611 koopt Euwout Dircksz een huis en erve aan de Moslaen in Delft.

Op 3-3-1611 is Euwoud Dircksz 'kagenaar', d.w.z. hij bevaart een platbodem die in Holland voor groentehandel werd gebruikt.

In het archief van Erfgoed Leiden e.o. is een collaterale successie-aangifte bewaard van Anna van 's Gravesande, overleden te 's Hertogenbosch, waarover E.H. 's Gravesande op 2-9-1720 de eed aflegde. Ze laat o.a. rentebrieven ten behoeve van Otto Heurnius dd 24-4-1610, 13-12-1626 en 1-11-1629 en een rentebrief ten behoeve van Anna Dirks, weduwe wijlen Louris Andries van Swaenswijck dd 14-11-1609

* 1742, 26-5: Erfgoed Leiden, Collaterale successie []: opgave door Jacobus Sacrelaire als gemachtigde van vrouwe Anna Sacrelaire, de weduwe. Nagelaten voor de collaterale erfgenamen is een huis op het Rapenburg, een obligatie "ten name van Anna Dirks weduwe L. van Swaenswijk dd 14 November 1609", een obligatie ten name van Magdalena Sacrelaire dd 8-8-1712, idem Martha Sacrelair dd 1-6-1713; de goederen in Stad en Meierij van Den Bosch moeten aldaar aangegeven worden.

* 1610, 4-3: Stadsarchief Delft NA nots 8 Herman Cornelis van Overgeau [161.1541, fol, 34]: Omvangrijk testament van Huijch Cornelisz van 's Gravesande. Hij laat onder andere bezit na aan (p. 38 bovenaan) Eeuwoud Dircksz van 's Gravesande, zijn neef, zoon van Dirck Henricksz van 's Gravesande.

Hierin worden alle kinderen, kindskinderen etc bedeeld van Henrick Huijgens, broeder was van zijn testateurs za: vader, gewoond hebbende inde Roos binnen Delft, genaamd Dirck Henricxzn, Marten Henricxzn, Gerrit Henricxzn, Arijen Henricxzn alias Wijnter, Lijsbeth Henricxdr en Trijntgen Henricxdr BELANGWEKKEND STUK VOOR DE OUDERE GENERATIES (zie hieronder)!

* 1607, 27-12: Stadsarchief Delft NA nots 8 Herman Cornelis van Overgeau [161.1539 fol 148]: omvangrijk testament (8 pg) van Hugo Cornelisz van 's Gravesande, commissaris van de ammunitie, waarin hij de kinderen en kindskinderen van "Henrick Huijgensz Storm van 's Gravesande" net als hierboven met naam en toenaam noemt.

Huijch Cornelisz van 's Gravesande komt al in 1575 in notariële aktes in Delft voor. Hij wordt in Delft begraven op 19-7-1612 [zie hieronder]

Er zijn, eind 16e eeuw, vele aktes van Gerrit Hendricksz van 's Gravesande

Het is opmerkelijk dat in 1575 en 1585 sprake is van 'het' weeskind Euwoud Dircksz van 's Gravesande, en door zijn grootmoeder in 1579 wordt ondubbelzinnig gezegd dat zijn moeder maar één zoon heeft, namelijk Euwout Dircksz, terwijl hij in zijn testament van 1594 spreekt over zijn zus Grietje Dircksz, zijn broer Arien Dircksz en zijn overleden broer Hendrick Dircksz. Deze broers en zus zijn 'van vaders zijde'. De conclusie kan niet anders zijn dan dat Grietje, Arien en Hendrick halfbroers/zussen waren van Euwout, en dus moet Dirck Hendriksz tweemaal getrouwd zijn geweest.

Op 20-10-1614 maakt Margaretha Dirck Hendricksdr van 's Gravesande een testament; zij is de echtgenote van Jan Sasboutszn van der Dussen ('anders genaempt Jan Beukelszn")

Dirck Hendrikszn in 't Spoor is in 1563/64 en 1578 vermeld als schepen van Delft. Volgens genealogie Post-oost overleed hij op 5-2-1579

Over Hugo Cornelisse van 's Gravesande:

* 1586, 22-3: Gahetna.nl: 1.01.19 Commissieboeken Raad van State [1524-246]: Hugo Cornelisse van 's Gravesande genoemd als ammunitiemeester te Delft.

* 1589, 11-2: Gahetna.nl: 1.01.19 Commissieboeken Raad van State [1524-70]: Huijch Cornelisse van 's Gravesande vermeld als Commies Stapelier van het magazijn te Delft.

* 1607, 27-12: Stadsarchief Delft NA nots 8 Herman Cornelis van Overgeau [161.1539 fol 148]: Gecompareerd is Hugo Cornelisz van 's Gravesande, commissaris van de ammunitien van oorloghe, wonende an de Pontemarct binnen der stad Delff, cloeck en gesond van lichaem, gaende, staende machtig, zijn verstant, reedenen ende vijff zinnen zeer wel ende volcomen gebruijckende, had na rijpe raede geconcipieert zijn testament vuijterste wille; maekt en legateert de nu volgende legaten ende bespreken: aan de diaconie van de kercke binnen Delft fl 100,- ten behoeve van de armen; aan 't arme weeshuijs binnen de voorsz stad fl 50,-; (148v) aan het fratershuijs in de Schoolsteeg in Delft fl 100,-; aan 't Nieuwe Gasthuijs ofte Pesthuijs aan de Verwersdijck fl 50,-; aan 't meijsgenshuijs tegens de Craen over, binnen Delft, fl 50,-; aan het oude mannenhuis in Delft fl 25,-; aan het oude vrouwenhuis in Delft fl 25,-; aan de Diaconije of de armenbezorgers van de kerk in 's Gravesande fl 50,-

Item legateert aan Cornelis Adriaensz van der Mer of zijn descendenten, voor de moeite en behulpzaamheid aan hem testateur gedaan fl 200,-

- Neeltgen Goverts dr van Beaumont, ook voor haar moeite en behulpzaamheid, fl 300,- plus een zilveren schaal daer Charitas in gedreven staat, met zilveren messen en onderrijer, die van zijn vrouw Catharina Pietersdr van Beaumont za:

- Sara Govertsdr van Beaumont krijgt een punt van een diamant in 't goud gesteld met nog een zilveren schaal, waarin een mans tronije

- deze twee Neeltje en Sara Goverts van Beaumont met Neeltgen Ancelmusdr. elk een derde deel van alle wollen en linnen kleren gediend hebbende ten lijve van de voornoemde za: Catharina Pietersdochter van Beaumont

- Neeltgen Ancelmusdr. krijgt nog een gouden robijnring met een zilveren schaal waarin ook een tronije staat gedreven

- aan Eeuwout Dircx zn zijn cousijn, zoon van Dirck Henrickx zn, krijgt zijn signet ofte wapenring

- aan zijn cousijn Huijch Ariens zn tot Danzig, zoon van Hester Henricksdr, van Henrick Huijgenszn, die zijn testateurs vaders broeder was, krijgt een gouden turkois ring met een gouden suffe van drie ringen plus nog fl 50,-

- Cornelis van Zanten, getrouwd hebbende Grietgen Maertensdr krijgt een gouden tandenstoker

- aan zijn nicht Marietgen Maertensdr krijgt een gouden ring van de tien geboden

- de jongste dochter van Neeltgen Govertsdr van Beaumont krijgt zijn beste rouwmantel om tot een heuijck of iets anders vermaakt te worden

- Jannetgen Gerritsdr, zijn jonckwijf geweest zijnde, getrouwd met Reijer Corneliszn, scheepmaker buiten het Zuideinde van Delft krijgt zijn grauwe nachtabbert geboert met etc, om haar kinderen te kleden

Willende, verordonnerende bij deze hij testateur expresselijcke dat alle wollen en linnen kleren die tot zijn testateurs en zijn za: broeder Arnould Cornelisz. lijve gediend hebben, bij de hierna genoemde erfgenamen gemeen gedeeld en gepaard zullen worden, en niet geveild of openbaar verkocht

- nog bespreekt hij aan Goris Zijmonsz, Dirck Zijmons van Rodenburch en hun zuster Lysbeth Zijmonsdr, kinderen van wijlen Mr. Sijmon van Rodenburg, gewoond hebbende in De Lier, elk fl 50,-

- ten slotte geeft hij Henrick Fransz en Arent Ghijsbrechtszn elk fl 3,- voor getrouwe dienst en moeite

Voorts bepaalt hij over de rest van zijn goederen, of ze nu uit zijn voorouders afkomstig zijn of uit de familie van zijn vrouw wijlen Catharina Pietersdr van Beaumont, tot zijn erfgenamen:

- de kinderen en kindskinderen van van za: Henrick Huijgenszn Storm van 's Gravesande, zijn testateurs za: vaders broeder geweest zijnde, met namen:

# de kinderen en kindskinderen van za: Dirck Henricxszn in 't Spoor in diens plaats

# de kinderen en kindskinderen van za: Maerten Henricxsz, in zijn leven woonachtig in de Roos binnen Delft

# de kinderen en kindskinderen van Lysbeth Henricxdr

# de kinderen en kindskinderen van Trijntgen Henricksdr

# de kinderen en kindskinderen van Adriaen Henrixszn Wijnter

# de kinderen en kindskinderen van Gerrit Henricxszn van 's Gravesande

- de kinderen en kindskinderen van Jan Huijbrechtszn, in leven woonachtig in De Lijer, de zoon van wijlen Machtelt Doendr (zijn kinderen zijn Jacob Jansz opte Hoef en Trijntgen Jansdr, getrouwd met Pieter Vranckeszn, beide wonende te Maasland - zijn krijgen slechts het vruchtgebruik en niet de hoofdsom)

- de kinderen en kindskinderen van za: Gretgen Doendr, beide dochters van Maritgen Huijgendr zijn testateurs vaders zuster

Dezen krijgen elk een achtste deel van de helft van de erfenis. Zij zullen uit dit gezamenlijke erfdeel nog moeten uitkeren fl 50,- jaarlijks aan Maritgen Ancelmus, dochter van zijn moeders halfbroer

De andere helft van zijn erfenis gaat naar de 'vrienden' van zijn overleden vrouw Catharina Pietersdr van Beaumont, hierna genoemd.

# de kinderen en kindskinderen van Pieter Pietersz van Beaumont

# de kinderen en kindskinderen van Cornelis Pietersz van Beaumont

# de kinderen en kindskinderen van Govert Pietersz van Beaumont

# de kinderen en kindskinderen van Jan Pietersz van Beaumont

# de kinderen en kindskinderen van Ancelmus Pietersz van Beaumont

# de kinderen en kindskinderen van Anna Pietersdr van Beaumont

# aan Maritgen Pietersdr van Beaumont, de zus van zijn vrouw

Elk voor een zevende deel van de helft. Deze erfgenamen zullen nog moeten uitkeren aan Dirckgen Dircksdr, dochter van Jana Pietersdr van Beaumont, fl 25,- per jaar.

Opgemerkt wordt nog dat de kinderen van Maritgen Pieters van Beaumont (dr.v. Pieter Pietersz van Beaumont) en de kinderen van Claes Cornelisz van Beaumont en zijn vrouw Susanna van Est alleen het vruchtgebruik en niet het kapitaal erven.

Zijn executeurs-testamentair worden Cornelis Adriaensz van den Meer, Gillis Cornelisz Fijck, Pieter Anthonisz van den Heuvelen Jacob Jansz Selm. Zij moeten zijn staat en inventaris opmaken, geholpen door zijn nichten Annetgen en Neeltgen Maertensdr, en Neeltgen Govertsdr en Neeltgen Ancelmusdr van Beaumont.

De executeurs krijgen voor hun moiete drie ponden Vlaas groot eens.

Nog legattert hij aan de oudste zoon van Neeltgen Govertsdr van Beaumont broutster in de Starre, zijn wapenen en geweer, behalve het rapier met pongaert.

Tenslotte legateert hij aan Vranck Pieterszn, daar moeder af is Trijntgen Jansdr, dr.v. Jan Huijbrechts, en aan Adriaen Wijnter (z.v. Maritgen Ariensdr geprocreert bij Jacob Cornelisz van der Boon) zijn boeken of bibliotheek, voorzover zij studeren en predikant worden; als ze geen van beiden predikant worden gaan de boeken naar het Fraterhuis.

* 1610, 4-3: Nieuw testament te Delft. Huijch Cornelisz van 's Gravesande, commissaris van des gemeenlands ammunitien, poorter van Delft. Hij woont (blijkens fol. 38v) in het huis dat in zijn geheel genaamd is De Drie Moeriaenen Eerstens de volgende legaten:

de kerkelijke armen fl 200,-; 't oude Gasthuis in Delft fl 50,-; 't nieuwe Gasthuis in Delft fl 50,- (34v) oude mannen binnen Delft fl 25,-; oude vrouwen binnen Delft fl 25,-; 't weeshuis in Delft fl 25,-; 't collegie van fraters binnen Delft fl 75,-; de kerkelijke armen te 's Gravesande fl 50,-. Alls samen dus fl 500,-.

Voorts aan de kinderen, kindskinderen en verdere descendenten van:

Henrick Huijgensz, die een broer was van de vader van de testateur en woonde in De Roos aan het Noordeinde in Delft, te weten:

- Dirck Henrickszn

- Maerten Henrickszn

- Gerrit Henrickszn

- Arijn (Adriaen) Henrickszn (geseijt) Wijnter

- Lijsbeth Henricxsdr

- Trijntgen Henricxsdr

Zij erven samen fl 1600,- plus de helft van negen morgen lands, gelegen bij Wateringambacht, waarvan de wederhelft toebehoort aan de armen van sJerusalem binnen Leiden.

Maritgen Huijgendr zijn moeije, die een zuster was van zijn za: vader, te weten:

- Machtelt Doen

- Soetgen Doen

Zij erven samen fl 1000,- plus twee morgen land, gelegen in het nieuwe land buiten 's Gravesande, in gebruik bij Claes Jacobs de Jonge, met zulke restrictie dat het erfdeel dat Jacob Jansz en Trijntje Jansdr, de kinderen van Jan Huijbrechtsz (in leven woonachtig in het ambacht van De Lijer), hieruit toekomt alleen voor vruchtgebruik beschikbaar is, en verder moet vererven op hun kinderen, die er vrij over kunnen beschikken.

Aan de zijde van zijn testateurs moeder: de kinderen en kindskinderen van Maritgen Anthonisdr, zijn moeders zuster, te weten:

- Maritgen Zijmensdr

- haar twee gebroeders

- een nichte, nu wonende in Hillegontsberch buiten Rotterdam

Zij erven samen fl 800,-

Aan het eind wordt dit samengevat: de erfenis (buiten de genoemde legaten) valt uiteen in twee delen (zijn helft en de helft van zijn voruw). De ene helft wordt verdeeld in drie gelijke delen, die terecht komen bij de broer en de zus van zijn vader en de zus van zijn moeder. De Ndere helft gaat naar de broers en zussen van zijn vrouw.

Verder aan de kinderen en kindskinderen van de broers en zusters van zijn lieve za: vrouw Catharina Pietersdr. van Beaumont, te samen fl 1500,-, onder de 'expresse begeerte' dat Maritgen Pietersdr, zuster van Catharina, onterfd wordt en geen aandeel heeft in deze erfenis, behalve een levenslange uitkering van fl 100,- per jaar, en dat is inclusief de fl 18,- per jaar die Maritgen al krijgt op grond van Catharina's eigen testament. Op dezelfde manier wordt van haar erfdeel uitgesloten en onterfd Dirckgen Dircksdr, dochter van wijlen zijn vrouws zuster Adriana Pietersdr., in ruil voor een levenslange uitkering van fl 3:15:- te betalen door Claes Jacobsz, wonende in 't Noordland van 's Gravesande en verzekerd op zijn woning - na Dirckgens overlijden vervalt deze uitkering 'eeuwiglijk' op de 'vrienden"(= verwanten) van Catharina van Beaumont. Verder wil hij dat Maritge Pietersdr van Beaumont, die getrouwd was met Gerrit Vranckesz van Montfoort, de erfenis die ze krachtens dit testament krijgen, niet zal vervreemden, belasten of bezwaren, maar alleen het vruchtgebruik zal hebben; de kinderen van wijlen Claes Cornelisz van Beaumont, krijgen hun erfenis in de vorm van een belegging op losrente voor hun onderhoud, terwijl de hoofdsom pas vrij komt als ze (met 'vriendenraet' dus toestemming van de familie) trouwen.

Voorts erft Neeltgen Govertsdr van Beaumont, broutster in de Starre te Delft - dwz: bij haar voor- of na-overlijden haar drie jongste kinderen, genaamd Gerrit Arentszn, Cornelis Arentszn en Neeltgen Arentsdr. - één derde deel van een jaargeld van fl 22:10:- door burgemeester Pauwels van Beresteijn afgelost. Neeltje moet wel de grauwe nachtabbert, die Huijch Cornelis georven heeft van zijn overleden broer Arnould Cornelisz, uitreiken aan Jannitgen Gerritsdr, zijn gewezen dienstmeid, die getrouwd is met Reijer Corneliszn, scheepmaker buiten het zuid-einde van Leiden.

Eindelijk erft Magdaleentgen Pietersdr die tegenwoordig bij hem woont, de oudste rouwmantel.

Verder worden goederen gelegateerd, o.a. aan Zara Govertsdr van Beaumont, huisvrouw van Pieter Anthoniszn van den Heuvel, een zilveren schaal met een gedreven manstronie. Trijntgen Arentsdr, dochter van Neeltgen Govertsdr, en haar zussen Pietertgen Arentsdr en Neeltgen Arentsdr. erven zilvergoed, net als de twee jongste zonen Govert en Cornelis Arentsz, terwijl haar twee oudste zonen, Jan en Dirck Arentszn krijgen kleding.

Verder krijgt Neeltgen Maertensdr, zijn nicht, weduwe van oud-burgemeester van Delft Cornelis Adriaensz van der Meer een losrentebrief van fl 300,-, verzekerd op een huis aan het Oosteinde en te betalen door Lysbeth Joostsdr Warmoeswijf en Pieter Willems Smit, vanwege die vriendschap tussen Huijch Cornelisz en Van der Meer.

Zijn nicht Grietgen Dircksdochter van Dirck Henricxszn van 's Gravesande getrouwd met Jan Sasboutszn van der Dussen krijgt een gedreven zilveren schaal met vrouwentronie.

Eeuwout Dirckszn van 's Gravesande, zoon van Dirck Henricxszn, krijgt zijn wapen- of signetring.

Een gouden turkoisring gaat naar Adriaen Huijge, zoon van Huijch Adriaensz (gestorven te Dantig), zoon van Hester Henricxsdr., dochter van Henrick Huijgenszn en dus zus van Huijch Cornelisz' za: vader

Cornelis van Zanten, man van zijn nicht Grietgen Maertensdr, een gouden tandenstoker

Magdaleentgen Pietersdr, de dochter van Pieter Vranckeszn en Trijntgen Jansdr, die bij hem woont, krijgt een jaarlijkse lijfrente van fl 50,- vrij geld

De boeken gaan naar de studenten Vranck Pieters (broer van de hiervoor genoemde Magdaleentgen Pieters) en naar Adriaen Wijnter, zoon van zijn cousijn Jacob Cornelisz Boon, voorzover zij hun studie continueren.

Voorts krijgt Annitgen Jansdr, de weduwe van Huijchs broer Arnoult Cornelisz, dienaer des woord Gods, vijf morgen en een hand land in 't Hondertland, tegenwoordig in gebruik door Jannitgen Jorisdr. weduwe Cornelis Pouwelsz. Deze Anntigen bezit in lijftocht de erfenis van haar overleden man, maar na haar dood zal dat vererven op de nakomelingen en erfgenamen van Huijch Cornelisz.

Zijn executeurs zijn Henrick Maertensz Storm, in De Roos, Jan Sasboutszn van der Dussen, Pieter Pietersz van Beaumont en Pieter Anthoniszn van den Heuvel