XIII-439 De Marez, Samuel
Samuel de Marez (XIII-439)
ouders: Johan de Marez Abrahamszn en Clara Baron Jansdr.
geboren:
gedoopt: Amsterdam 16-5-1632
overleden: Utrecht 11-9-1691
begraven: Utrecht (Domkerk)
beroep: ridder, heer van Maarsbergen etc., lid van de Staten van Utrecht
woonplaats / adres: Amsterdam (’s winters), Maarsbergen (’s zomers)
relatie: ondertrouwt Amsterdam 14-8-1659, trouwt Amsterdam 9-9-1659
Margaretha Trip (XIII-440)
ouders: Louis Trip en Emerentia (Ermgard) Hoefsleger
geboren:
gedoopt: Amsterdam 1-4-1640
overleden: (Utrecht) 28-7-1714
begraven:
beroep:
woonplaats / adres:
kinderen:
dochter, geboren: Amsterdam 26-8-1660,
overleden: zeer jongdochter, geboren: Amsterdam 20-8-1661,
overleden: zeer jongdochter, geboren: Amsterdam 16-7-1662,
overleden: zeer jongLouise de Marez, 1663-1717, X 1684 Johan van Luchtenburg, VOLGT XII-220
Emmerentia de Marez, geboren: Utrecht 19-8-1665
overleden: Amsterdam 28-10-1669Johan de Marez, geboren: Amsterdam 24-5-1666, gedoopt: Asd. 30-5-1666
overleden: 27-5-1718
beroep: heer van Maersbergen, de Grote en Kleine Koppel, Maarschalkerweerd, kanunnik bij de Dom van Utrecht, hoogheemraad van de Lekdijk bovendams (1689), heemraad van de Eem en de Oud Wulverwetering.
woonplaats / adres:
relatie: trouwt Doorn 31-3 of 1-4-1700
Elisabeth van Loon, geboren: 13-7-1674
overleden: na 1752
woonplaats / adres: Maarsbergen, Amsterdam (Trippenhuis, na 1718-1733)
ouders: Nicolaas van Loon en Maria Berewout
hertrouwt eind 1732/begin 1733 mr. Willem van Sonsbeeck (1681-1752)Emerentia de Mares, gedoopt: Utrecht 23-8-1668
overleden: jongEmmerentia de Marez, geboren: Utrecht 30-7-1670
overleden: Utrecht 2-7-1688, begraven: Utrecht (Domkerk)
relatie: ongehuwdClara Margaretha de Marez, geboren: Amsterdam 10-4-1673, gedoopt: (Zuiderkerk) 26-4-1673
overleden: 18-5-1696, begraven: Utrecht (Domkerk)
beroep: vrouwe van Oud-Broeckhuizen
relatie: trouwt Utrecht 8-4-1690
Mr. Willem van der Muelen, geboren: Utrecht 16-6-1658
overleden: Utrecht 9-11-1739
beroep: heer van Spangen, Gielkensdorp, Portengen, Nieuwkoop, Gerverskop en Vijfhoeven en door zijn vrouw van Oud-Broekhuizen, raadsheer in het Hof
van Utrecht, kanunnik, later deken van St. Marie te Utrecht, dijkgraaf van den Lekdijk-benedendams en van den Lopikerwaard, bewindhebber van de VOC
woonplaats / adres:
ouders:
Hij hertrouwt Sophia Huydecoper tot MaarseveenMr. Louis Trip de Marez, geboren: Utrecht 16-4-1676
overleden: 15-1-1701, begraven: Utrecht (Domkerk)
relatie: ongehuwdAnna Maria de Marez, geboren en gedoopt: Utrecht 21-3-1679 (Domkerk)
overleden: Utrecht 15-6-1763
beroep: vrouwe van Gerestein,
woonplaats / adres: Gerestein onder Woudenberg
relatie (1): trouwt Gerestein/Woudenberg ca. 25-10-1698 (datum huwelijkscontract)
Steven, baron van Lynden van Hoevelaken, geboren:
overleden: 11-2-1709, begraven: Utrecht (Domkerk)
beroep: heer van Hoevelaken, Mijnden en de beide Loosdrechten, alsmede van Gerestein door zijn vrouw, raadsheer te Utrecht en lid van de Ridderschap van dat gewest
woonplaats / adres:
ouders: Jasper, baron van Lynden van Hoevelaken en Jacomina Maria van Reede van Renswoude
relatie (2): trouwt
Gerard Maximiliaan baron Pijnssen van der Aa, geboren:
overleden: 20-1-1733, begraven: Utrecht (Domkerk)
beroep: heer van Deyl, deken van St. Jan te Utrecht, lid en president van de Geëligeerde Staten des lands van Utrecht,
woonplaats / adres:
ouders: Otto, baron Pijnssen van der Aa, en Maria Magdalena van Reede van Renswoude
weduwnaar van Johanna Antonia van Lynden van Hoevelaken
biografische aantekeningen
bronnen
lit: Mr. H.J. Koenen: “Het geslacht De Marez met de daaruit in vrouwelijke lijn gesproten familiën De Marez van Zuijlen, De Marez Oyens en De Marees van Swinderen”, ’s-Gravenhage 1898.
* 1652, 9-6: HUA, NA nots P. Lieffs [U045a001, 418, akte 78]: Samuel de Marees verklaart te consenteren, is ’t noot te constitueren de heer Simon Logier, baljuw van Achttienhoven, om te compareren voor de heren deken en capitulaeren ten Dom te Utrecht en aldaar te consenteren volgens resolutie van die heren, op de 5e van deze maand genomen, dat, in cas hij (de Marees) binnen de twintig dagen na resignatie van de prebende en het subpliment van dien bij de heere Egidius Manart ten zijns comparants behoeve gedaan, mochte komen te sterven ende dat de gemelde Manart mochte komen te beleven de vrsz. twintig dagen dat hij comparant in zulke gevallen geacht en gehouden zal worden canonicus subplimentatis gestorven te zijn, consenterende dat dezes in den protocolle in den voorn. Capitule mag worden geregistreerd, verzoekende hiervan akte. Getuigen: Dirck van Steenbergh en Willem Logie, canunniken in den vrsz capitule. (w.g. Samuel de Marez + get en nots) [NB: de handtekening wijkt sterk af van de latere handtekening van Samuel de Marez]
* 1657, 1-9: HUA, NA nots C. van Vechten [U031a007, 353 akte 158]: Pieter en Samuel de Marees, woonachtig binnen Amstelredamme, kinderen en erfgenamen van Johan de Marees, haren za: vader, voor zichzelf en de rato caverende voor de verdere erfgenamen, machtigen procureur Henrick van Suijlen om hun belangen in Utrecht in rechte te verdedigen.
* 1657, 8-11: Stadsarchief Amsterdam, NA nots J. de Winter [2357 akte 173051 p. 425]: testament van Samuel de Mareez, Ridder, heer van Moersbergen, oud boven de XXV Jaren, kloek en gezond. Hij herroept eerdere testamenten, met name die van 12-8-1656 voor notaris Cornelis Touw, en die van 22-12-1656 voor notaris Pieter de Barry. Ingevolge het testament van wijlen zijn vader dd. 3-3-1653 heeft hij aan zijn broer Johannes de Mareez gemaakt en gelegateerd zijn 2/3 parten in het huis staande op de Fluwelen Burgwal, van voor tot achter met de meubelen die te dier tijd daarin zullen worden bevonden, onder de voorwaarde dat hij het huis geheel noch gedeeltelijk gedurende zijn leven niet zal mogen veraliëneren of (met hypotheek) belasten, maar het moet laten erven door zijn kinderen, zoals hun vader in zijn testament had bepaald. Verder legateert hij aan de armen van de Nederduijtsche kerk fl 6000,-. Verder aan Susanna Gijselincxweduwe, wonende te Doorn in ’t Sticht van Utrecht, een bedrag van fl 50,- per jaar, haar leven lang. En nu hij van de provincie Utrecht octrooi heeft gekregen om per testament te mogen beschikken over zijn Utrechtse goederen, legateert hij aan de oudste zoon die zijn broer Johannes de Mareez uit een wettig huwelijk zal komen te procreren, de heerlijkheid van Meersbergen, die hij zelf in 1656 van de Staten van Holland heeft gekocht, met de bijbehorende landen, huizen, tienden en alle gerechtigheden die erbij horen, en Jan de Mareez zal alle vruchten en inkomen daarvan trekken, mits hij het goed onderhoudt en niets laat vervallen. Mocht die oudste zoon echter zijn overleden zonder kind van de masculiene sexe te hebben nagelaten, dan komt de heerlijkheid op de tweede zoon en diens zonen etc. en niet op vrouwen, zolang er manspersonen gevonden worden. Het is Samuels bedoeling dat de heerlijkheid van Meersbergen altijd in zijn familie blijft – daarom is er een perpetueel fideicommis op gelegd, ook boven de vierde graad, zodat het nimmer uit zijn geslacht en zijn naam mag worden verkocht. [in margine: 13-9-1659: akte voor notaris J. de Winter, waarin déze akte van 8-11-1657 teniet wordt gedaan, omdat hij van plan is om zonder enige uiterste wil te sterven]. Verder benoemt hij tot zijn universele erfgenaam de zoon of zoons die nog geboren moeten worden uit zijn broer Johannes de Mareez, en bij gebrek aan mannen de wettige dochters die hij zal nalaten.
* 1657, 20-11: HUA, NA nots B. Terbeeck van Coesfelt [U035a004, 378 akte 117]: Samuell de Maretz, wonende te Amsterdam, machticht Willem van Cleeff, schout van Doorn, om bij de heren Staten van Utrecht, of bij hun Stadhouder, Griffier en mannen van Leen uit zijn naam in leen te ontvangen de helft van het goed geheten die Clempt met toebehoren, zoals het ligt in het kerspel van Doorn, daar Hetwich van Danmas het tweede deel toe behooren plach, leggende gemeendt Doorn, te houden van de gemelde Heren en haar nakomelingen, in alre manieren als Freerick Robbertsz als man en vooght van de ..<weduwe?> Claes Wulphertsz is houdende plach. Van Cleeff is volledig gemachtigd om in zijn naam en ziel aan handen van de stadhouder en griffier de behoorlijke ‘huldt, eedt en manschap’ te doen (w.g. Samuel de Marez + get en nots)
* 1658, 18-4: HUA, NA nota J. van Snelderweert [U046a002, 420-30]: Guillam de Heusch, constschilder, en Henrik de Heusch, advocaat voor het Hof van Utrecht, als borgen van hun moeder ten behoeve van de erfgenamen van Johan de Marees om te betalen de jaarlijkse huishuur van fl 400,-, nu verbeurd van … 1657, onder affslag van fl 670,- daar op aan schilderijen geleverd en hetgene bewezen zal worden aan rente en brandstof voorgeschoten te zijn, en om aan en ten behoeve van Samuel de Marees, ridder, heer van Maersbergen de huur te betalen, te verschijnen met Pasen 1658 fl 200,- onder affslag van fl 100,- daar op betaald <slecht leesbaar>
* 1658, 11-12: Stadsarchief Amsterdam, NA nots J. de Winter [2358 akte 216284 p. 194]: testament van Joan de Marees. Hij benoemt tot zijn universele erfgenaam zijn broer Samuel de Marez, heer van Meersbergen.
* 1659, 14-8: Stadsarchief Amsterdam, DTB ondertrouw Kerk [480-131]: de hr. Samuel de Marees, van A., Heere van Maersbergen, out 26 Jaer, ouders doot, geassist: met Joan de Mareez, sijn broeder, woonde op de Fluwelenburgwal ende Margareta Trip, van A., oud 19 Jaer, geassist met Louijs Trip, haar svader, ende Emerentia Hoofslegers haer moeder op de N. Turfmarckt. (w.g. Samuel de Marez, Margarita Trip)
* 1659, 23-9: HUA, NA nots H. van Zuylen [U048a001, 432-275]: Claes Claess Boerom, speciaal gemachtigde van Govert Bogaert, Samuel en Piter de Mareez, ook namens de mede erfgenamen van hr. Johan de Mareez (zie procuratie 22-9-1659 voor nots. J. de Winter te Amsterdam) enerzijds, en mr. Jacob Verbeeck, burger van Utrecht anderzijds spreken af dat Boerom de obligatie terug zal geven van fl 1208:9:- ten laste van Georg Frederik graaf van Waldeck Piermont en Cuijlenburgh, die Verbeeck op 5-12-1653 aan Johan de Mareez in betaling heeft gegeven, in ruil voor de belofte dat het binnen 4 maanden voor hoofdsom en rente fl 1360,-. Maar als hij dat inderdaad binnen 4 maanden betaalt, dan kan hij volstaan met fl 1320,-. In margine: Claes Claesz Boerom bekent uit handen van Jacob Verbeeck ontvangen te hebben fl 1320:-, dd. 20-1-1660.
* 1660, 21-7: Stadsarchief Amsterdam, NA nots J. de Winter [2358 akte 211177 p. 478]: testament van Samuel de Mareez, Heere van Maersbergen, en vrouw Margareta Trip, zijn huisvrouw. Ze vernietigen alle eerdere vormen van uiterste wil, behalve de huwelijksvoorwaarden die in kracht zullen blijven zolang ze niet door dit testament tegengesproken worden. De eerst stervende vermaakt aan de langstlevende de helft van de winsten en conquesten die zij sinds de huwelijksdag tot aan het overlijden toe zullen maken, plus het vruchtgebruik van hetgeen de eerststervende nalaten zal. Als er kinderen zijn, dan zullen die, overeenkomstig hun staat en kwaliteit, worden opgevoed. Voorafgaand aan een tweede huwelijk zal ten behoeve van de kinderen bewijs gedaan moeten worden van het erfdeel van de eerststervende.
* 1661, 14-1: Stadsarchief Amsterdam, NA nots V. Swanenburgh [2717A akte 64472 p. 189]: De notaris gaat op verzoek van Samuel de Mareez langs bij Lodewijck de Bas: hij krijgt de (herhaalde) aanzegging dat Samuel de Mareez vanaf 1 mei aanstaande weer zelf in het huis wil gaan wonen dat De Bas van hem huurt. Nadat hem via Claes Claesz van Boerum die mededeling was gedaan, had De Bas aanvankelijk ingestemd, maar later toch bezwaar gemaakt. Vandaar deze insnuatie.
* 1661, 17-3: Stadsarchief Amsterdam, NA nots V. Swanenburgh [2717A akte 58874 p. 1055]: betreft de verhuur van het ouderlijk huis van Jacob en Samuel de Mareez op de Fluwelen Burgwal, waarvan een paar jaar geleden geen huurcedul is gemaakt.
* 1663, 27-6: Stadsarchief Amsterdam, DTB doop Zuiderkerk [95-78]: Louijse, dr.v. Samuel de Marees, heere van Maersbergen vader, Maragrita Trip, vrouwe van Maersbergen, moeder, getuijgen de heer Louijs Trip en mevrouw Maragrita de Geer ende Clara de Marees
* 1664, 15-4: HUA, NA nots H. van Zuylen [U048a002, 433-38]: Op verzoek van Samuel de Mareez, Ridder, heer van Meersbergen en Oud Broekhuijsen is de notaris afgereisd naar herberg De Drie Ringen in Soest, waar zij aan de waard en waardin de verklaring hebben voorgelegd van Claes Claesz Boerom, die is opgenomen in de akte voor nots. J. de Winter dd 10-4-1664. Daarop antwoordde de waardin dat zij de missive van de maarschalk van Eemland had ontvangen om het te bestellen, en de waard verklaart dat hij die besteld heeft in herberg de Witte Swaen in Amersfoort, voegt de waardin toe dat zij het voor de hand van de maarschalk aanzag en dat er wel meer geschreven werd. Wij hebben ons vandaag naar het slot Eem begeven. De maarschalk, gevraagd of hij de betreffende missive had geschreven, antwoordt van niet, maar dat hij aan het Hof van Holland te Naarden aan tafel was geweest, waar gediscoureerd is dat hij tegen De Mareez, ter cause hem iets aangebracht was, actie hadde, ende dat een van de presente treffelijk gehabitueerd zeide en aannam De Mareez te waarschuwen dat die dezelve missive geschreven mach hebben, maar dat hij hem niet erkende. Niettemin is het waar dat hem van het gerecht van Woudenberg was aangebracht, of klachte gedaan, van een sluisgen dat hij zijn dienaar huijden daarna toegezonden hadde dat zij haer klachten zouden goedmaken. En door mij, notaris, zijn Ed. aangezegd dat zijn dienaar die brief zelf in de Drie Ringen had gebracht en voort te bestellen, waarop zijn Ed. antwoordde dat zijn knecht slechts 8 dagen bij hem gewoond had, en dat die er niet had gesteld, en niet wist dat zijn dienaar die niet besteld had, en nam aan te informeren wie die brief wel geschreven zou mogen hebben. Waarvan akte.
* 1666, 30-5: Stadsarchief Amsterdam, DTB dopen Zuiderkerk [95-225]: doop van Johan, V: Samuel de Mares, hr. van Maersberghen, M: Maragrita Trip; G: Emmerentia Hoefslegher en Hendrick Trip
* 1667, 14-8: HUA, NA nots B. de Vrij [U074a001, 608-84]: Samuel de Marees machtigt notaris H. Van Zuylen om af te reizen naar Amsterdam en aldaar te verklaren dat, hoewel hij nu in Utrecht resideert met zijn vrouw en huishouding, dat niet wil zeggen dat hij zijn inwonerschap van Amsterdam heeft opgegeven. Daarom machtigt hij de notaris om voor hem een huis of kamer te huren in Amsterdam
* 1668, 7-5: HUA, NA nots H. van Zuylen [U048a003, 434-454]: Samuel de Mareez machtigt Lowijs Trip, zijn schoonvader, om in Amsterdam op 1 juni a.s. de uitdeling van de VOC te ontvangen van fl 12.500,- zijnde tien procent <?> van De Mareez’ investering.
* 1668, 1-6: HUA, NA nots H. van Zuylen [U048a003, 434-473]: Samuel de Mareez machtigt dhr van Ackerlack om in Amsterdam bij de uitdeling van de VOC ter kamere Middelburg te ontvangen fl 20.000,- zijnde twaalf procent.
* 1668, 14-7: HUA, NA nots H. van Zuylen [U048a003, 434-487]: Samuel de Mareez machtigt, mede namens de andere erfgenamen van wijlen zijn vader Johan de Mareez, de advocaat Johannes Bogert om namens hen de zaak te verdedigen die aanhangig is bij het Hof van Holland jegens hun broer Johan de Marees. (w.g. Samuel de Marez)
* 1668, 23-8: HUA, DTB dopen in de Dom: Emerentia, do. van Samuel de Mares, heer van Meersbergen ende Margareta Trip, vrouw van Meersbergen. Get: Mevrouw Margrita Trip, de heer Goswijn Hoefslegen, ende de heer Jacobus de Mares
[tot 11-11-1668 HUA]
* 1670, 24-7: HUA, DTB dopen in de Dom: Emmerentia, dochter van Samuel de Marez, heere van Meersbergen ende Margareta Trip, vrouwe van Meersbergen. Getuijgen Mevrouw Margrita Trip, ende de heere Goswijn Hoefsleger
* 1673, 26-4: Stadsarchief Amsterdam, DTB dopen Zuiderkerk [96-114]: doop van Clara Margaritaersbergen, M: Margarita Trip; G: Johanna de Geer en dhr: Johan van Nurenbergh
* 1679, 30-3: HUA, DTB dopen in de Dom: Anna Maria, do:r van Samuel de Mares ende Margareta Trip, heer en vrouw van Maersbergen, getuijgen de heer Louijs Trip regerende borgermr: ende Raed der stede Amsterdam, ende vrouwe Anna Maria Trip
* 1691, 1-2: HUA, DTB dopen in de Dom: Margareta, do:r. v. Willem van der Meulen ende Clara Margareta de Marez, heer en vrouwe van oud Broeckhuijsen, get: de hr: Samuel de Marez, heer van Maersbergen, dekan ten Dom, geëligeerde Raed van hare Ed. Mog. Heeren Staten ’s Lands van Utrecht ende vrouwe Margareta Trip, v.v. van Maersbergen, de hr. Johan Andries van der Meulen, heer van Nieuwkoop, Portengen, Geeltjensdorp etc, Dijckgraef vanden Landen van Vianen.
* 1691, 21-9: HUA, DTB begraven: Dom, gest. 11 sept. De heer Samuel de Marees, heer van Maersbergen en Geëligeerde Raad ter vergaderinge van de Ed. Mog. heeren Staaten deser provintie en wegen haer Ed Mog extraordinaris raad in den Ed. hove van Utrecht, Diacon van het Dom capittel alhier, laet nae mondige en onmondige kinderen, drie uren beluijt met het groot geluij, de wapens opgehangen, gesonken, geeft 400:-:-
* 1714, 13-8: HUA, DTB begraven: Dom, gest. 28. Julij: Vrouwe Margareta Trip, weduwe van de heer Samuel de Marez, in sijn leven heer van Maersbergen ende Geëligeerde Raad ter vergadering van de Ed: Mog: Heeren Staten deser provintie etc, laet na mundige kind: en onmundige kintskinderen aen ’t Sint Janskerkhoff. 3 Uuren beluijt, d’wapens opgehangen en is ges. fl 400:-:-
openstaande vragen / discussie
Nog vele notariële aktes uit Utrecht en Amsterdam zijn niet verwerkt
over Johan de Marez Abrahamsz en Clara Baron Jansdr (hun testament : Jan Franssen Bruijningh NAA 179 No. 9, fol. 45 : dd 1610, zijn ouders leven nog en erven, haar vader Jan Baron woont tegenw in Hamburg). (hun huwelijksvoorwaarden Nots Salomon Henrix NAA 13, band 5, 1607-1611, fol. 103 : zijn ouders zijn Abraham de Marez en Maria Gemart (ondert Maijcken Genaert), zij geassist met haar vader Joan Baron ; ze brengen in hun huwelijk in resp. 2000 en 3000 ponden Vlaems) (DTB ondertr 22-8-1609 Jan de Marez, 25 jaar en Clara Baron, 16 jaar beide uit Antwerpen)
NB: Jacobus de Mareez, broer van Samuel, is getrouwd met Jacoba Trip.