VII. Onze intentie bepaalt het oordeel over onze handelingen

(Que l'intention juge nos actions)

Inhoud

Montaigne praat over de dood en de voornemens en geheime handelingen van de mens. Het heeft volgens hem geen zin om, net voor je sterft, onthullingen te doen die tot dan geheim zijn gebleven. Hij verbindt zich ertoe om alles wat hij op zijn sterfbed zegt, al duidelijk te hebben gezegd tijdens zijn leven.

De dood, zegt men, maakt ons vrij van al onze verplichtingen. Maar ik ken er die er anders over dachten. Hendrik VII van Engeland kwam als volgt overeen met Don Philip,(1) de zoon van keizer Maximiliaan (of, in meer vleiende termen, vader van keizer Karel V) : Philip zou aan hem de hertog van Suffolk van de Witte Roos uitleveren - zijn vijand, die was gevlucht naar Nederland - waarbij koning Hendrik de belofte zou doen om de hertog in leven te laten. Maar toen deze zijn eigen dood voelde naderen, beval hij per testament aan zijn zoon om de hertog te doden zodra hij zelf was overleden.

Onlangs waren er in de tragedie die hertog van Alva ons liet zien in Brussel met de graven van Egmond en Hoorne, veel opmerkelijke dingen; onder andere dat de genoemde graaf Egmond op wiens woord en verzekering de graaf van Hoorne zich had overgegeven aan de hertog van Alva, erop aandrong om als eerste ter dood te worden gebracht. Zo zou de dood hem kunnen vrijspreken en hem bevrijden van de plicht die hem bond aan de genoemde graaf van Hoorne.

[...]

Voetnoten

1. Filips de Schone

Jules Grandgagnage, 2012