In 1328 stierf het Franse koningshuis uit. Troonpretendenten van zowel Engelse als Franse zijde claimden de troon. Gevechten braken uit. Franse en Engelse huurlingen trokken plunderend, moordend en verkrachtend door het land. Het volk zuchtte onder de strijd en plunderingen; én onder de belastingen die werden geheven om de oorlogen te bekostigen.
In 1412 werd te Domrémy (Vogezen) Jeanne d’Arc geboren, dochter van een boer met aanzien. Ze was een diep-religieus meisje dat meerdere malen per dag ter biecht en communie ging. Ze hoorde stemmen die haar geboden het land te bevrijden van de Engelsen. Als 17 jarig meisje trok ze naar de Franse troon-pretendent, Karel VII, om haar diensten aan te bieden. Als leger-aanvoeder.
Ze wist het Engelse beleg van Orléans te breken en veroverde de kroningsstad Reims. Onder haar banier werd hier Karel VII tot koning gekroond.
Koning Karel VII was nu tevreden. De strijd boeide hem nu niet meer zo. Hij stelde weinig middelen meer beschikbaar. Militaire successen bleven nu uit. Jeanne werd gevangen genomen en voor een hoge prijs aan de Engelsen verkocht. Voor ’t gemak werd ze beschuldigd van ketterij. Ze kwam voor de Inquisitie en werd veroordeeld tot de brandstapel.
Op 30 mei 1431 werd ze, 19 jaar oud, verbrand op de markt van Rouen. Haar laatste woorden: “Jésus, Jésus ”
Toen ze de geest gegeven had, doofde de beul het vuur en toonde haar deels verkoolde lichaam aan de omstanders, om te laten zien dat ze inderdaad een vrouw was.
In 1450 verklaarde de Paus het vonnis nietig, en in 1920 werd ze Heilig verklaard.
Jeanne d’Arc wordt door uiteenlopende groeperingen gebruikt als mascotte. Het ultra rechtse Front National claimt haar tegenwoordig als symbool van strijd tegen vreemde invloeden.
Anne Verdam