Verhalen over Covid-19

Ingestuurde Nederlandse en Vlaamse verhalen over hoe corona het leven veranderde. Klik op het pijltjes om de volledige tekst te zien en bekijk de webinars over psychose en corona.

De Coronacrisis brengt volgens mij behalve medische, sociale en economische ellende op wereldschaal, ook een aantal positieve bijdragen die ik het liefst nooit meer zou willen missen

Het Coronavirus, afkomstig uit Wuhan in China, komt per vliegtuig naar Italië. Er komt een verspreiding over Europa en ook Nederland raakt in een lockdown. Deze veranderingen zijn voor mij niet al te ingrijpend. Wel krijg ik ook in deze periode te maken met psychische herbelevingen van gebeurtenissen uit mijn kinderjaren.

Mijn twee hulpverleners blijven komen. Er verandert niet zo heel veel in onze relaties.

Mijn vriendin en haar gezin, die voor mij als naasten fungeren, zijn meer dan anders beschikbaar.

In de buurt waar ik woon wordt spontaan hulp geboden.

De Coronacrisis brengt volgens mij behalve medische, sociale en economische ellende op wereldschaal, ook een aantal positieve bijdragen die ik het liefst nooit meer zou willen missen.

CORONA PANDEMIE 2020

In eerste instantie is de nieuwe pandemie een ver van mijn bed show. Het begint allemaal in China en velen denken dat het daar zal blijven. Daar komt verandering in als het Corona virus overvliegt naar Italië en daar een crisis veroorzaakt. Het vliegtuig, u weet wel die grote lawaaimaker en vervuiler, heeft gezorgd voor de grootste mondiale verspreiding van het virus. Om politieke en economische redenen is er niemand die het hierover heeft. Daarom schrijf ík het maar. Gelukkig staan de meeste vliegtuigen nu aan de grond en kunnen we weer iets van die paradijselijke stilte ervaren. Alleen het AWACS-vliegtuig(Airborne Warning And Control System) blijft hier in Zuid-Limburg de rust verstoren. Als je goed kijkt naar de vorm van dit monsterlijk vliegtuig dan zie je duidelijk dat dit toestel het meeste lijkt op het Coronavirus.

De eerste infecties in Nederland worden een feit. Vanaf dan begin ik het wereldnieuws serieuzer te volgen. Er is sprake van een ernstige pandemie. Na de lockdown komen er echte veranderingen in de samenleving. Het gaat nu iedereen aan. De gehele mensheid is met elkaar verenigd door een gemeenschappelijke vijand. In mijn persoonlijke leven verandert er wel wat, maar dat is te overzien. Het virus maakt mij niet angstig, maar wel voorzichtig en behoedzaam.

Vergeleken met vroeger heb ik mijn leven nu beter op orde. Na 10 jaar intramurale zorg in de psychiatrie woon ik sinds 2010 eindelijk weer zelfstandig in een mooie seniorenwoning. Hier en daar doe ik wat vrijwilligerswerk, ik doe mijn huishouden en heb net als de ‘normalen’ enkele hobby's. Af en toe denk ik aan mijn jeugdjaren, studietijd en de jaren in de psychiatrie. Dan komt er een zwaar ‘stuk’ gevoel opzetten, ik weet niet wat het is. Uit ervaring weet ik dat het te maken heeft met de jarenlange kindermishandeling uit mijn jeugd. Ongeveer 9 jaar geleden kreeg ik de kans om traumatherapie te volgen. Enkele goede behandelaren brachten me een heel eind op weg. Verder las ik vakliteratuur over het onderwerp. Nog altijd komen er oude onverwerkte trauma’s uit mijn rugzak opborrelen. Nu kan ik er zelf mee omgaan. Het zware gevoel brengt me niet meer in paniek. Ik laat het toe en wacht op de rest. Na een dag of tien komen er andere stukjes die iets vertellen over mijn moeder, en nog wat later volgen er woorden en beelden bij. In eerste instantie wist ik niet dat dit er nog zat. Maar nadat al deze stukjes bij elkaar zijn gesmolten, komt het weer helemaal en herkenbaar terug. Ja, nu weet ik het weer; ja, zo heb ik me gevoeld: die ellendige trieste eenzaamheid van het onbestorven weeskind, in een groot en luidruchtig gezin. Ik ben enerzijds blij het complete plaatje terug te hebben, anderzijds merk ik hoe mijn stemming verandert naar depressie; ook krijg ik meer last van vermoeidheid. Maar over een tijdje zal het weer overgaan. Tijdens deze Coronacrisis is er niets veranderd in de relatie met familie. Nadat mijn beide ouders zijn overleden en begraven, 9 jaar geleden, is er geen familiecontact meer.

Sinds de pandemie geniet ik meer van de rust. Doordat er minder prikkels zijn in mijn directe omgeving voel ik me beter. De vaste bezigheden buitenshuis, boodschappen doen, vergaderingen, uitstapjes, zijn weggevallen. Dit vind ik zeker jammer, maar er valt mee te leven.

Hiervoor in de plaats doe ik meer aan tv kijken, lezen, kleding repareren, online-meetings etc. Deze alternatieven vind ik best leuk en ze brengen me op andere gedachten en mogelijkheden.

In de loop van de tijd merk ik dat ik het Corona nieuws minder volg. Ik kijk nog wat naar de grote lijnen, maar verder zie ik liever een mooie natuurfilm op Arte TV. Soms denk ik met enige weemoed terug aan leuke bezigheden met andere mensen voor de crisis. Helemaal onbewogen ben ik er niet onder gebleven. Een zweem van somberheid over dit wereldgebeuren valt niet te loochenen. Dan voel ik hoe deze zweem zich samenvoegt met de reeds aanwezige depressie van de laatste herbeleving. Deze samengevoegde gevoelsstromen zijn nu niet meer van elkaar te onderscheiden. Enige invloed op mijn gevoelstoestand heeft Corona zeer zeker.

En dan zijn er de nieuwe regeltjes waar we ons aan moeten houden: 1,5 meter afstand, mondkapjes wel of niet, bedrijven wel open of niet open enz. Alstublieft niet teveel nieuwe regeltjes, mijnheer Rutte(de premier van Nederland), anders raak ik in de war!

Reeds jaren krijg ik vanuit de WMO (Wet Maatschappelijke Ondersteuning) twee keer per week begeleiding. Mijn twee begeleiders blijven komen, dat is voor mij eigenlijk wel het belangrijkste.

Indien nodig, bellen we of er wordt een e-mail gestuurd, net zoals dat eerder gebeurde. Vóór de lockdown gingen we regelmatig naar buiten om te wandelen, winkelen, ziekenhuisbezoek vanwege mijn staaroperaties enz.

Minja, zorgmedewerkster, vindt dat er in onze relatie niets is veranderd. We kunnen samen niet meer op pad en we houden ons aan de 1,5 meter afstand zonder dat dat problemen geeft.

Jo, psychiatrisch verpleegkundige, merkt dat andere mensen niet meer naar me toe komen, en vindt het daarom extra belangrijk dat hij fysiek aanwezig kan zijn. De relatie zorgvrager/zorgverlener is stabiel gebleven. Dan citeer ik hem even, omdat hij dat zo prachtig verwoordt:

“Dagelijks zie ik als professional mensen met een psychische kwetsbaarheid. Ik zie hoe moeilijk ze het hebben, hoe eenzaam ze vaak zijn en in stilte lijden. Het feit dat deze mensen niet zichtbaar zijn vind ik een tekort van politiek en media.”

Dan is er een vriendin met twee volwassen dochters. Ze vinden dat ik gezien mijn leeftijd bij een risicogroep behoor. Ze bieden mij aan om de wekelijkse boodschappen te doen.

Op donderdagavond bel ik hen om mijn boodschappenlijstje door te geven. De oudste dochter Joyce, van beroep verpleegkundige en leidinggevende in de Thuiszorg, gaat op vrijdag naar de Albert Hein en de Lidl. Zaterdag gaat ze naar de Markt.

In de loop van de zaterdagmiddag krijg ik van Joyce een telefoontje om mij te laten weten dat ze alle inkopen gedaan heeft. Dan weet ik dat ze vijf minuten later met de auto voor de deur staat.

De eerste weken kwam ze mijn huis binnen om de boodschappen af te leveren. Na een Corona uitbraak in haar eigen werkomgeving, blijft zij liever buiten. Daarom plaats ik mijn rode wasmand bij de voordeur. Hier kan Joyce de boodschappen in plaatsen en ik doe ze dan meteen in de diepvries of in de koelkast. Als dan de rest ook is opgeruimd gaan we nog een tijdje nakletsen. Joyce gaat dan buiten zitten op haar zelf meegebrachte witte plastic krukje en ik binnen op mijn kleinste houten bijzettafeltje. De voordeur blijft open staan en we genieten samen van een lekker ijsje door Joyce zelf met de boodschappen meegebracht. Zonder Corona crisis hadden we zo iets leuks nooit meegemaakt.

De Corona crisis en met name de lockdown brengt een enorme verandering in de samenleving te weeg. Tijdens mijn dagelijkse ochtendwandelingetje geniet ik van de enorme rust die er gekomen is. Er is nu veel minder verkeer in de straten van ons dorp. Zelfs de autosnelweg, twee kilometer verder op, is rustiger dan gewoonlijk. De lucht is schoner geworden en de natuur lijkt te herademen. De mensen die ik op straat tegen kom zijn vriendelijker dan voorheen. We hebben nu voor het eerst iets gemeenschappelijks dat er eerder niet was.

Een drukkerij ergens in het land heeft pamfletten laten bezorgen in alle brievenbussen van ons dorp. Het pamflet bestaat uit een groene en een rode helft. Het is de bedoeling om dit dubbelgevouwen voor je raam op te hangen: De groene helft aan de voorkant als je bereid bent om anderen te helpen en de rode kant aan de voorkant als je hulp nodig hebt. Nu had ik een pakketje besteld met kleding en dat zou bezorgd worden. Die dag ben ik uiteraard thuis en wat doen die pakket-bezorgers: ze stoppen brutaalweg een briefje in mijn brievenbus waarop staat dat ik om 15.20 uur niet thuis was. Ze zijn te beroerd geweest om even aan te bellen. Ik mag zelf het pakketje afhalen in een supermarkt in de nabije stad. Normaal gesproken is dat geen enkel probleem. Dan rijd ik met mijn 45 km auto er naar toe, doe tevens mijn boodschappen en het varkentje is gewassen. Echter de accu van mijn 45 km auto is al enkele dagen leeg, bovendien Corona. Dus ik ben wel eventjes blij verrast als ik, tijdens mijn ochtendwandelingetje, op een raam niet ver van mijn huis de groene helft van het bewuste pamflet tegenkom. Is dit voor mij bedoeld?, denk ik nog. Kom op niet bang zijn en aanbellen, spreek ik tot me zelf.

Vriendelijk word ik begroet door een jonge vrouw met een dochtertje naast haar gedribbeld.

Natuurlijk wil ze het pakketje ophalen. Haar man word even later naar de supermarkt gestuurd en enige tijd daarna krijg ik het pakketje van haar aan huis bezorgd. Leuk toch!

Voor mij mag dit zo blijven, ook na de pandemie. Meer zichtbare betrokkenheid tussen de mensen onder elkaar vind ik echt een winstpunt. De vogels en insecten zijn weer te horen. En dan niet te vergeten: minder verkeerslawaai en schonere lucht is mij meer waard dan zilver en goud.


Quarantainegeluk, een verhaal van mantelzorgers

https://nl.similes.be/nieuws/quarantainegeluk

How the wall of status collapsed

For me the coronacrisis lockdown was mostly a wonderful experience. I have a bipolar disorder with mainly a vulnarability towards psychosis. Until a few years ago I experienced psychotic episodes yearly.

I did quite a lot of mindfulness, and meditation earlier on and did several 10 day vipassana retreats. I always have this longing to leave my day to day life to live in spiritual ecocommunities. Usually it is over there that I can breath again and feel alive and healthy.

When the lockdown started, I had just moved to a new neighboorhood and didn’t know my neighbors yet. At first I felt overwhelmed by loosing my activities like choir, tai chi, dancing, going to a cafe for a drink or reading my newspaper, going to my volunteer work. I felt closed in and became depressed for about a week, maybe two. After a week I decided I needed to see someone and I apped my best friend if she wanted to meet once a week for a walk (1,5 meter distance) with me. I found out she was longing for contact too and we started walking. Then I soon found out most of my friends felt the same and I started walking with many friends. My depression disappeared soon and made place for a feeling of well being…very much soo.

To my surprise I noticed that my friends, many have paid jobs and a partner, which I both don’t have, suddenly seemed to communicate more on a level of how they were feeling and experiencing life in this strange time. Being “busy” and having many interesting activities and friends I don’t have suddenly seemed to be gone. We all were wrestling with children learning online, being at home, having to do meetings online, and we all enjoyed the clean air without airplanes, the quietness on the streets. To me it felt as if the wall of status that always separated us had suddenly collapsed. A more profound contact with friends was suddenly possible.

Most of all I felt this collapsing of the pressure of society, a sudden move to vital professions, to health, to more profound contact. And I so much enjoyed the clean air without airplanes.

I think for the first time in my life I felt I could live over here in a way I only felt possible in ecocommunities before or on meditationretreats. Simpler life, less pressure, more profound contact.

When time was passing more (volunteer)work came my way and I needed to do more online work which was still OK, but I did feel normal life was slowly creeping back in. After 2 months of lockdown the absence of physical contact was something I really felt missing. My kids are in puberty, not willing to hug anymore and all friends on 1,5 meter….I really felt this skinhunger. The first thing I did when it was possible was book a massage…what a relief. Now I am happy 2 of my friends think – forget it – we are going to hug when we meet…they are missing it too.

This whole period has felt like a meditation retreat, where I have enjoyed nature so much, and real contact, on the level of being, not on the level of competition, status, who gets the attention, who is most interesting. Real connection.

The situation really has done this, but it also made it possible for me to make this step inside myself towards others. I did’nt feel this inconquerable wall of status difference, I suddenly felt we all have the same needs. I see more friends now then before.

If you ask me what to keep from this period: I do hope that even when society starts up again, we can keep this more equal way of communicating among friends, where we really see eachother, and our needs. We had this before partly – but it was always surrounded by social behaviour on the level of status, jobs – social status. I always felt I am the one with a disease, no paid job, divorced, not being a part of society completely. This feeling completely vanished in lockdown. I felt a human being just like my friends, like anybody. If anything, it is this feeling and way of communicating more equally that I would love to keep. And yes I would love for the air to stay clean, without airplanes, nature being able to breath.

Summary

José Hoekstra has a bipolar disorder with mainly a vulnarability for psychosis. In the beginning she experienced depression, because of the feeling of suddenly loosing activities, contact, volunteer work. But then she started to make contact with friends, finding out that friends all suddenly had the same needs and experiences in lockdown. It was as if a wall of status collapsed and real contact on a human level was suddenly more present. Doing many walks with 1,5 meter distance, enjoying the clean air with friends she started to experience a great wellbeing that she compares to being at a meditation retreat, or in a ecovillage.

Ik kwam tot rust en vond het wel prettig, dat alles zo ogenschijnlijk gemoedelijk ging. Geen haast, geen druk, geen stress.

De afgelopen winter heb ik, nadat ik een toch zeker drie jaar stabiel ben geweest, weer geworsteld met een flinke depressie. Na verschillende opnames vanwege depressie en psychotische gevoeligheid, ging ik me vanaf 2010 steeds beter voelen. Vanaf eind 2016 volgden de (positieve) veranderingen zich snel op en vond ik een betaalde baan. Ik denk, dat al deze veranderingen en de nieuwigheid van het weer hebben van werk en alles wat daarbij komt kijken er mede toe heeft geleid, dat ik het afgelopen jaar een maand of vier ziek ben geweest. Ik was net weer herstellende toen in maart de coronamaatregelen met lockdown en andere restricties gingen gelden. Eerlijk gezegd, was ik daar toch wel weer flink door van slag. Een mengeling van angst, paniek, achterdocht en wantrouwen stak weer de kop op. Nu kon en wilde ik zelfs naar buiten, maar werd dat nog net niet verboden. Ik voelde me gevangen in mijn eigen huis. En ik weet wat dat gevoel doorgaans met mij doet. Werkloos en doelloos (voor mijn gevoel althans) thuis zitten zijn de ideale ingrediënten om depressie en verwardheid bij mij te doen groeien. Maar ik merkte dat iedereen eigenlijk worstelde en niet goed wist hoe ze met de nieuwe situatie om konden gaan.

De buitenwereld werd nu wel heel erg beangstigend, gevaarlijk en potentieel dodelijk. Was dit echt zo gevaarlijk als dat het leek of was er sprake van massahysterie? Het nieuws over Covid-19 was alomtegenwoordig en ik moest alle moeite doen om er niet door opgeslokt te worden die eerste twee weken. Ik had de afgelopen jaren afgeleerd om naar het journaal en de vele late night talkshows te kijken, omdat er altijd wel een kans bestond, dat het in mijn hoofd een eigen leven zou lijden. En dat waren doorgaans niet zulke positieve hersenspinsels. Eindelijk had ik door, dat het niet zo veel zin had om me druk te maken om dingen, waar ik toch nauwelijks invloed op had. Ik kwam los van de waan van de dag en ging me meer richten op mijn eigen doen en laten, mijn eigen leven.

Maar met deze pandemie werd de verleiding echt heel groot om weer aan de buis gekluisterd en online alles volgend me mee te laten zuigen door al het nieuws en de bijbehorende theorieën, voorspellingen, complotten, en overduidelijke onzin. Er was zoveel onduidelijkheid en verwarring en dat leek alleen maar te groeien hoe meer informatie ik tot me nam. Ik raakte het overzicht kwijt en de chaos in mijn hoofd groeide.

Met angst en beven ging ik nog wel naar de supermarkt met handschoenen aan en een sjaal om. Ik bleef zo ver mogelijk bij mensen vandaan. Ik werd me ervan bewust, dat mijn acties van invloed zijn op andere mensen en andersom. Ik kon ineens niet meer bij familie op bezoek. Ter bescherming van mezelf en hun was het beter om elkaar niet te zien, knuffelen of aanraken. Dat voelde zo tegenstrijdig, want juist nu wilde ik zo dicht mogelijk bij ze zijn. Werken zag er ook heel anders uit. Normaal ga ik met de trein naar mijn werk, maar dat werd ook streng afgeraden. Ik moest ineens bedenken hoe ik vanuit huis invulling ging geven aan mijn werk. In nasleep van mijn depressie was ik nog in behandeling bij een psychotherapeut. Dit ging ineens via beeldbellen. Goed dat er contact bleef, maar het was naar mijn gevoel wat afstandelijker. Dat geldt in zekere zin ook voor het contact met familieleden, vrienden en buren.

Ik heb wel het gevoel, dat ondanks het feit, dat direct contact niet kon, ik veel meer telefoon en appcontact had. Ik nam ook weer contact op met een paar vrienden, die ik kende van vrijwilligerswerk. Na een paar keer beeldbellen ben ik dat vrijwilligerswerk weer gaan oppakken. Gelukkig kon ik dit werk ook vanuit huis doen. En daar was ik heel blij mee, want dat gaf afleiding, ik was nuttig bezig en ik vond het leuk. Een buurvrouw, die ik ook voor de corona maatregelen regelmatig sprak, belde mij (of ik haar) ook wat vaker. We keken wat meer naar elkaar om. Had ze hulp nodig bij het boodschappen doen? Datzelfde geldt ook voor het contact met familieleden. Vooral in het begin was helemaal niet duidelijk hoelang de maatregelen gingen duren en dat zorgde er denk ik voor dat we veel contact met elkaar hadden. Om onze angsten over de crisis te uiten, hoe we elkaar konden helpen om elkaar door deze lastige periode heen te slepen. De verbondenheid werd hechter.

De angst en onrust werd veel minder en ik ging de situatie zoals hij was meer accepteren. Ik probeerde me te richten op dingen waar ik wel invloed op had en die belangrijk voor me waren. Ik vond het vroeger heel leuk om te lezen. Door concentratieproblemen lukte dat een tijdlang niet. Ik heb nu een aantal boeken besteld, die ik wilde lezen en mezelf in ieder geval voorgenomen om dat ook te doen. Ook ging ik meer aandacht besteden aan mijn huis. Ik heb een balkon, waar ik bijna nooit zat. Van mijn buurvrouw kreeg ik wat plantenbakken, ik kocht wat plantjes en potgrond. Mijn balkon werd wat gezelliger en werd een plek om lekker te kunnen ontspannen en toch buiten te kunnen zijn nu daar zoveel gedoe om was. Toen het weer enigszins kon ging ik ook weer buiten hardlopen. Ik weet, dat ik dit nodig heb om me goed te blijven voelen en ik liet me niet tegenhouden door de angst over corona. Ik rende in mijn eentje en in de ochtenden omdat het dan toch het rustigst was op straat.

Ik kwam tot rust en vond het wel prettig, dat alles zo ogenschijnlijk gemoedelijk ging. Geen haast, geen druk, geen stress. Dat mag wat mij betreft wel zo blijven. Het reizen bijvoorbeeld kostte mij (ook voor de corona uitbraak) veel energie door de vele prikkels tijdens de spits. Hoeveel tijd, energie, maar ook ongelukken en geld zou het niet schelen als dit zo georganiseerd zou kunnen worden dat iedereen op een wat rustigere manier van en naar zijn werk kon reizen. Altijd vanuit huis werken is wel erg extreem, maar ik kan me voorstellen, dat veel mensen het helemaal niet erg zouden vinden om eens in de zoveel tijd een thuiswerkdag te hebben. Ik zou het wel een prettig idee vinden.

Er was ook veel aandacht voor hygiëne. Handen wassen en in je elleboog niezen of hoesten. Het kan geen kwaad om dat te blijven benadrukken. Ook tijdens de normale griepperiode kan dit zorgen voor minder zieke mensen. Het klinkt misschien een beetje betuttelend, maar het is een manier om zelf (een klein beetje) invloed te hebben op het verloop van een ziekte. Het zorgt er denk ik ook voor, dat mensen zich meer verantwoordelijk voor elkaar gaan voelen. Als ik verkouden ben en wat hoesterig en proesterig, is het misschien een idee om een mondkapje te dragen in een drukke trein. Of om misschien wel helemaal niet naar mijn werk te gaan en bijvoorbeeld vanuit huis te werken.

Hoe wij mensen omgaan met onze omgeving heeft deels tot deze crisis geleid. We leven op deze wereld en zijn onderdeel van de natuur. Vooral in de westerse landen zijn we gewend om in de supermarkten alles het hele jaar door te kunnen kopen. Omdat het relatief goedkoop is kunnen veel mensen zo naar de andere kant van de wereld vliegen. Heel veel van onze spullen worden ingevlogen en verscheept vanuit vaak verre buitenlanden. Dit alles heeft gevolgen voor de natuur en het klimaat. Het zette me ook aan het denken over hoe ik dat deed. Wat kon ik hieraan (nog meer) bijdragen. Had ik al die spullen wel nodig, of kan het ook wat minder. Ik haalde mijn groenten bij een lokale boer en ik ben van plan om dat te blijven doen. Ik werd me veel bewuster van mijn plek en rol op deze aardbol.

Nu veel van de maatregelen erg zijn versoepeld, lijkt alles weer langzaam terug te gaan naar normaal. Maar er is toch nog wel wat onduidelijkheid. En niemand weet denk ik hoelang dat zo blijft. Het was (en is) een intense tijd, maar door me te blijven richten op wat ik nu op dit moment kan doen en me minder zorgen te maken over de toekomst, is de opgave om lichamelijk en geestelijk gezond te blijven wat makkelijker en overzichtelijker.

Samenvatting:

Eind vorig jaar had ik last van een flinke depressie. Ik was net herstellende, toen de corona maatregelen gingen gelden. Hierdoor raakte ik weer flink van slag. Ik werd angstig en achterdochtig(er). De eerste twee weken kostte het me redelijk wat moeite om de nieuwe situatie te begrijpen en mijn denken en doen erop aan te passen.

Het contact met familie en vrienden veranderde. Omdat het fysieke contact wegviel, had ik vaker telefonisch contact of via beeldbellen. Ik kon mijn ei kwijt over de crisis, en we bespraken hoe we elkaar konden helpen om elkaar door deze lastige periode heen te slepen. De verbondenheid werd hechter. Ik zocht weer contact op met oude vrienden en ging weer wat aan vrijwilligerswerk doen.

Ik ging mijn huis en balkon wat prettiger inrichten. Ik kocht een paar boeken om weer te gaan lezen. Toen dat weer kon, ben ik weer buiten gaan hardlopen. Ik richtte me meer op wat ik zelf kon doen.

Zo kwam ik tot rust. Er was geen of weinig haast, druk of stress. Misschien helemaal geen slecht idee om eens in de zoveel tijd een thuiswerkdag in te plannen. En als meer mensen dat zouden doen, scheelt dat een hoop files en tijd. Het kan denk ik ook geen kwaad om aandacht te blijven hebben voor de hygiënemaatregelen. Dat zal ook helpen tijden een normale griepperiode. Ook werd ik me meer bewust van de consequenties van mijn acties voor de natuur en het milieu.

COVID-19 verhaal T, 22 jaar vluchteling uit Guinea.

Une expérience inédite car c'est une sorte de pandémie que l'humanité n'as jamais connu au paravent, et moi personnellement ça n'a pas été facile parce que, le début de la pandémie a coïncider que j'étais déjà dans la rue (sdf).

Et une vrais psychoses c'est installé en moi, car plus tu es mobile en cette période, plus tu es exposé, quant à ma relation avec les autres elle s'est atténuée au fur et à mesure quelle temps passe parce que y'a eu une méfiance réciproque entre tous les citoyens et à mesure auge suis garde 1.5m de distance à la maison c'est dure de s'habituer mais il faut faire avec. En ce qui concerne les tuyaux de communication guise sont développés sur les réseaux sociaux. C'est vraiment incroyable que ces moyens puissent exister pour maintenir les relations en distances. En parlant de psychose sur l’environnement social au moment de cette crise je ne peux le faire sans cité la presse. Qui force de les écouter tu développes les symptômes sans se rendre compte. Parce qu'on n'a trop peur. bref le changement après le Covid-19 c'est d’abord moral et psychologique et la vie va redevenir normal progressivement.

Een ongekende ervaring omdat het een soort pandemie is die de mensheid nog nooit eerder heeft gekend. Voor mij persoonlijk was het niet gemakkelijk omdat het begin van de pandemie samenviel met een 3de negatief op mijn asiel aanvraag. Hierdoor had ik geen recht op hulp en moest dus op straat leven. Ik geloofde eerst niet dat het zo erg allemaal was of zou zijn.

Door Covid-19 kon ik mijn psychiater en therapeut niet meer zien. Ik zag die anders wekelijks. Nu moet ik een spiegel voor me houden om met mij eigen ziel te spreken. Me op te peppen om verder te doen. En er zit een echte psychose in mij, want hoe meer je mobiel bent (geen vaste verblijfplaats) in deze periode, hoe meer je wordt blootgesteld aan covid19, want voor mijn relaties met de anderen zijn afgenomen naarmate de tijd verstrijkt omdat er een wederzijds wantrouwen tussen alle burgers groeit. Het wanttrouwen tussen mij en burgers groeide, ik word meer bang omdat ik niet weet wanneer het stopt. 1.5 meter afstand in het huis van mijn vriend waar ik woonde was moeilijk. Hij nodigde ook vrienden uit. Wat communicatie betreft, kan er enkel gebruik gemaakt worden van whatsapp, Messenger, snapchat, … ‘social media’. Het is echt ongelooflijk dat deze middelen kunnen bestaan ​​om relaties op afstand te onderhouden. Maar ik mis de aanwezigheid van mijn vrienden. Over psychose over de sociale omgeving ten tijde van deze crisis gesproken, ik kan dit niet doen zonder de pers te noemen. Hoe meer nieuws in de pers, hoe meer bang ik word. Wie dwingt om naar ze te luisteren, ontwikkelt de symptomen zonder het te beseffen. Omdat we niet te bang zijn. kortom, de verandering na Covid-19 is in de eerste plaats moreel en psychologisch en het leven zal geleidelijk weer normaal worden. En het leven zal geleidelijk weer normaal worden. Ik hoop dat ik nog kan steunen op mijn huidig opvanggezin na corona. Dat gaf me rust en veiligheid.


Het sluiten van de scholen zorgde echter voor ongekende kentering van gemoed; ik was niet alleen!

Half maart begon ik angstig te worden wat Corona zou kunnen aandoen bij mijn soms kortademige peuter. Ik sliep slecht van de zorgen. Het sluiten van de scholen zorgde echter voor ongekende kentering van gemoed; ik was niet alleen! Mijn zorgen werden gedeeld en ontkracht. En samen met duizenden andere ouders ging ik thuisjuffen, wat ook nog eens als iets eervols werd gezien. Daarnaast had ik twee dagen na deze sluiting een skypegesprek met mijn psychiater. Hij luisterde aandachtiger dan anders. Nu economisch nut niet meer het hoogste goed was voelde ik mij meer dan anders erkend als waardevol burger. Bovendien ging het aanpassen aan het nieuwe normaal mij makkelijk af. Dat ik al meegemaakt heb hoe het voelt om een oude identiteit te moeten loslaten, om een nieuwe dagstructuur te moeten vinden en meermaals heb gezocht naar een ‘normale manier van doen’ na gekte, speelt hierbij wellicht een positieve rol. Dat de consumptiemaatschappij ineens een zorgmaatschappij werd zou moeten blijven na de coronacrisis.

De avonden waren mijn man en ik bijna altijd thuis en honderd procent in de weer met de kinderen. Sociale afspraken lukten zelden in de avond omdat de kinderen vaak pas laat sliepen en wij na het opruimen ook direct ons bed inkropen om er tegen zes uur weer te kunnen zijn voor onze koters. Buiten de deur eten ging gepaard met zoveel gedoe dat we er vaak maar van af zagen. Veel van onze vrienden hadden we zo ondertussen al maanden of soms zelfs jaren niet gezien.

Dit is geen beschrijving van de coronatijd. Dit is een alledaagse beschrijving van de afgelopen jaren met twee jonge nogal actieve kinderen. Het gezinsleven dat normaalgesproken 'in de weg' zit van het sociale leven, staat ineens centraal in Coronatijd. Iederéén zit met elkaar opgehokt met nauwelijks mogelijkheden voor sociaal contact. Door dit ‘samen in hetzelfde schuitje zitten’ voelde ik mij meer verbonden met andere mensen en werd ik een blijer mens. Omdat ik toch al vooral veel thuis was met m’n peuter van twee en m’n kleuter van vier verliep de overgang naar vier van de vijf weekdagen thuisonderwijs geven soepeltjes. Alle vanzelfsprekendheden wat betreft daginvulling stonden op de kop. En het mooie was: Ik vond het geweldig! Maar zover was het half maart nog niet…

Aan het begin van de pandemie kan ik één spannend weekend aanwijzen waarin ik mij zorgen maakte wat de geestelijke impact van dit alles zou gaan zijn. Dat was het piekerweekend van 14 en 15 maart, daags voordat de scholen sloten. Tijdens de persconferentie van die donderdag had de premier gezegd dat wel 50 tot 60% van de bevolking het virus zou krijgen, in milde vorm. Diezelfde donderdag las ik een 'wetenschappelijk' artikel van schrijver en verhalenverteller Tomas Pueyo dat mij angst inboezemde over de dodelijkheid van Corona. Ik maakte me zorgen over m'n peuter. Mijn peuter Mendel is namelijk vaak benauwd geweest als baby. Vrijdag de 13e heb ik m'n peuter en kleuter al thuis gehouden en diezelfde avond werd vermeld dat de scholen per maandag gesloten zouden zijn. Ondertussen was de sfeer thuis gelaten. Mijn man verdiepte zich in de impact van het virus op kinderen en las veel over Corona. Ik besloot dat de Corona-tijd voor mij een tijd zou zijn met weinig internet. Facebook had ik al niet en nu ging ik ook niet meer het internet op om te lezen over Corona, om niet met fake-news in contact te komen en om het gepieker niet nog verder aan te wakkeren. De laptop bleef in de la. Ik besloot dat ik zou koersen op informatie van mijn man, van nu.nl en van persconferenties. Dat moest voldoende zijn. Mijn man sliep goed dat weekend. Ik niet. Ik piekerde 's nachts in bed over allerhande doemscenario's.

Stomtoevallig had ik mijn driemaandelijkse gesprek met mijn psychiater ingepland staan voor de woensdag na dat weekend. Dat gaf rust. Dat gegeven, plus de wetenschap dat duizenden ouders zich per maandag in hetzelfde thuisonderwijs-schuitje bevonden, gaf mij een gevoel van controle en 'normaal zijn'. Maandag tot en met donderdag zou ik mij honderd procent als thuisjuf inzetten voor mijn peuter en kleuter. De vrijdag was als vanouds voor mijn man. Het was een knusse tijd met ondanks de lock-down een flinke portie gezonde buitenlucht. Was ik anders naar een binnenspeeltuin gegaan, of vaker naar winkels, nu kon dat niet. Onze tuin is klein en dus koos ik ervoor om dagelijks wel naar speeltuintjes op loopafstand te gaan met de kinderen. Ik bedoel niet de grote, die waren afgesloten, nee ik bedoel van die kleine typisch Nederlandse openbare speeltuintjes bestaande uit een enkele schommel, een glijbaan en een wipkip bijvoorbeeld en een paar huizen er om heen. Waren er meer dan twee andere kinderen of ouders, dan weken we uit naar een andere plek. We bleven heel bewust dicht in de buurt van ons huis en dat kon ook. Er waren namelijk wel een half dozijn buurtspeeltuintjes binnen vijf minuten lopen bereikbaar. Het was heerlijk om zoveel buiten te zijn. Op vrijdagen ging ik vaak in mijn eentje fietsen door de stad om te peilen hoe de stemming was en te zien hoe men met de situatie omging. Het waren dagen waarop mijn eigen gedachten, en mijn eigen lijf weer even centraal stonden en niet in dienst waren van het gezin. Ik voelde dat dat me goed deed. Hoewel het mij dienstbaar opstellen ook wezenlijk beter voelde dan vóór de Coronatijd. Ik had meer dan anders het gevoel als moeder nuttig te zijn voor de maatschappij en met elke keer handen wassen en beleefd afstand houden voelde ik ook dat ik een bijdrage aan het leveren was aan de maatschappij.

Dat ik me zo lekker in mijn vel voel in Coronatijd, is dat te linken met psychosegevoeligheid?

Er valt mij een verschil op met mijn zelfvertrouwen tijdens de Coronatijd en nu in deze dagen nu de kinderen weer volledig naar opvang en school gaan. In Coronatijd was alles dat ik deed wat niet met de kinderen te maken had 'mooi meegenomen'. Als je letterlijk zeer jonge kinderen om je heen hebt rondlopen, verwacht men niet dat je tien minuten zal uitweiden over je werk of anderzijds een geconcentreerd klusje zal doen. Nu ik wat meer uren voor mijzelf heb voel ik de druk te moeten verantwoorden wat ik dan gedaan heb in die paar vrije uren. Er treedt weer onvrede op over hoeveel ik gedaan krijg op een dag. Een type onvrede dat ik al lang niet meer gevoeld heb de afgelopen maanden.

Laat ik ingaan op het gesprek met de psychiater in Coronatijd. Het was ons driemaandelijks vinger-aan-de-pols gesprek. Ik heb hem namelijk jaren geleden na de laatste herstelperiode gevraagd of we elkaar twee tot vier keer per jaar zouden kunnen blijven zien tot zijn pensioen, opdat hij op de hoogte is van wat er speelt in mijn leven. Ik vond het comfortabel om vanuit thuis te mogen praten. Het consult in Coronatijd op 17 maart via Skype voelde evenwichtiger dan anders. Geen idee waar dit door veroorzaakt werd. Hij luisterde aandachtiger naar mijn observaties en ervaringen. Wellicht was hij voor het eerst sinds tijden weer eens nieuwsgierig. De driemaandelijkse gesprekken zijn namelijk wel heel saai aangezien het gewoon heel goed met me gaat. Maar het kan ook zijn dat de setting (digitale communicatie) een rol speelde.

In het gesprek die woensdag 17 maart vertelde ik dat ik weliswaar angstig was geweest, maar ik vertelde ook, open en met lichte schaamte naar de medemens die zich rot voelde in deze tijd, dat ik de afgelopen paar weekdagen had ervaren dat datgene waar deze onwerkelijke situatie om vroeg, cocoonen en thuisjuffen, mij eigenlijk wel beviel. We praatten over wat in essentie het leven waardevol maakt. En dat dat in Coronatijd nu scherper in beeld is. Over 'ik zorg voor anderen, dus ik besta' (zorgethiek), over feministisch filosofische inzichten en moederschap. De psychiater haalt Lao tse aan. We spraken over meebewegen met wat het leven je brengt. Het leek me goed af te gaan. Laat ik dat element eens verder verkennen.

Om te beginnen heeft het tot drie keer toe ‘opnieuw beginnen’ na een psychose me geleerd voorzichtig te zijn met verwachtingen. Tijdens die periodes van herstel was het ook niet mogelijk om ver vooruit te kijken, net zoals in Coronatijd. Er was alleen 'het er een goede dag van maken voor mezelf en het gezin', toen tijdens herstel, en nu in Coronatijd. Daarnaast heb ik mij destijds flink laten sturen door mijn man en omgeving aangezien ik na de psychose twijfels had over welke gedachten, welk gedragingen normaal zijn en welke niet. Dus een nieuw normaal uitvinden, daar had ik al ervaring mee. En dan nog iets: Het zou me niet verbazen als er lifestyle-overeenkomsten zijn tussen iemand met een bijnadoodervaring achter de kiezen en iemand die psychotische doodsangsten heeft gekend. En dan specifiek dit element: leven alsof elke dat je laatste kan zijn. En dat je dan beseft dat het je onderlinge relaties en zorgzaamheid zijn die je mens maken. Ik hun mensen dat inzicht op maatschappijniveau.

Dat brengt me op wat mag blijven na Coronatijd: Nederland zorgmaatschappij, in plaats van Nederland consumptiemaatschappij. Zorgzaamheid als allerhoogste deugd.



Why I'm a pirate

The COVID-19 pandemic is disrupting social lives all over the world. Some psychiatric investigations seem to indicate that there is one group who seem to be immune to this changing society. This group consists of people who are susceptible to psychosis.

As someone, who in the past, has had such a tendency, I tried to formulate a hypothesis in order to explain this unusual phenomenon. It looks as if this research confirms my own theory which is that people who have psychotic experiences are people who are used to living and operating outside public opinion. They have the experience of what it’s like to dissociate from culture. To dissociate from common norms and values.

During my search for recovery I noticed that it has to do with finding my way back into society and becoming a part of my own culture again. This process of reclaiming my rightful position in society had everything to do with rebuilding trust. This social trust is a mutual experience between people. It’s hard to build and easy to break. Knowledge of this fragile property of trust is an experience all people with psychotic experiences share. They survive this lack of trust by building private psychological security systems that help them to survive in a society that takes this trust for granted, like fish in a fish tank take water for granted.

My personal psychological security system, that has kept me stable over the last seven years, is a three part system. During my life I have developed three kinds of skillsets that have helped determine my personality. At a young age I learned and practiced to sail. I also practiced how to play the guitar so I became a musician and I was able to travel extensively without the need for much money because I learned to travel on radio waves. I managed to do this by becomming a fully licenced Ham Radio operator at the age of sixteen. This licence enabled me to legally build and design radio equipment and transmit on various Ham radio frequency-bands, from kilocycles, megacycles right up into the gigacycles. In those days without internet this was my way of making contact with the whole wide world.

When I delivered my final thesis for my diploma as an engineer in electronics it was based on a design for a computer interface that could read the course of a gyrocompass. In this design process I discovered that a compass, which represents a full circle or one cycle, needed a minimum of three measurement points on that circle in order to be able to calculate which direction this compass is pointing. The pointer turns in the middle of this circle.

Using this to measure a stable me, I just needed to be able to balance my three skills of sailing, engineering and playing guitar in such a way that they balanced me just like the balance of the full circle. This circle is defined by the number Pi which is a ratio or rate between the diameter and the circumference. This is why I’m a PIRATE!

Engineer, Captain and Musician Eduard(Eddo) Reinoud Johannes Rats.

https://www.youtube.com/watch?v=r9WWOmA5Or4