Welke WNT-gegevens publiceren?

Home > Kennisbank WNT > WNT-verantwoording en publicatie > Welke gegevens publiceren? 

Regelgeving publicatieplicht

De algemene publicatieplicht is omschreven in artikel 4 van de WNT. De te publiceren details zijn opgenomen in de Uitvoeringsregeling WNT, artikel 5 tot en met 5e

Op deze pagina een samenvatting van de voorschriften en aandachtspunten. 

De WNT-verantwoording is als regel onderdeel van de jaarrekening van de instelling.
Bij een groep van rechtspersonen is de instelling vrij om te kiezen of de WNT-bezoldigingsgegevens opgenomen worden in de geconsolideerde jaarrekening of de enkelvoudige jaarrekening van de betreffende rechtspersoon. Zie  verder WNT bij verbonden rechtspersonen.

Kleinere instellingen die niet verplicht zijn om de jaarrekening door een accountant te laten controleren kunnen volstaan met de publicatie van een separate WNT-verantwoording, die door de accountant is gecontroleerd. 

Hele kleine organisaties zijn vrijgesteld van het opstellen en publiceren van een WNT-verantwoording. Zie voor de voorwaarden  Uitvoeringsregeling WNT, artikel 5b

Bij een groep van rechtspersonen is de instelling vrij om te kiezen of de WNT-bezoldigingsgegevens opgenomen worden in de geconsolideerde jaarrekening of de enkelvoudige jaarrekening van een van de rechtspersonen binnen de groep. Zie  WNT-groepsverantwoording 

Verantwoordingsmodel BZK

Het ministerie van BZK publiceert jaarlijks op topinkomens.nl een Verantwoordingsmodel als hulpmiddel  voor het opstellen van de verantwoording. Dit model bevat ook de nodige toelichtingen op de te publiceren gegevens.

Verschillende sectoren  (o.a. zorg, onderwijs en woningcorporaties) hanteren verplichte modellen voor alle aan te leveren jaarcijfers, waarin ook een WNT-verantwoording is opgenomen. 

Andere instellingen kunnen het Verantwoordingsmodel gebruiken. Toepassing van dit model is niet verplicht, het is voldoende als de wettelijk verplichte gegevens in een WNT-verantwoording zijn opgenomen.

Te publiceren gegevens van de instelling

Voor de instelling wordt vermeld

- het toepasselijk bezoldigingsmaximum voor de instelling.

- indien van toepassing: de sectorregeling, de klasse waarin de instelling is ingedeeld.

- aanvullend voor de sector zorg en jeugdhulp: de berekende score voor de klassenindeling.  

-aanvullend  voor de sector onderwijs: complexiteitspunten per criterium. 

Te publiceren gegevens topfunctionarissen 2021 e.v.

De te publiceren gegevens van de topfunctionarissen zijn opgenomen in de Uitvoeringsregeling WNT, artikel 5.

In grote lijnen gaat het bij topfunctionarissen om de publicatie per functionaris per dienstverband van de naam en functie, de bezoldiging, het voor de functionaris geldende individueel bezoldigingsmaximum en vergelijkende cijfers. 

Publicatie van bezoldiging onder € 1.900 is niet verplicht

In de Uitvoeringsregeling WNT is de publicatieplicht voor topfunctionarissen beperkt tot een bezoldiging van meer dan €1.900 (2023). Bij een lagere bezoldiging is publicatie van het bedrag niet wettelijk verplicht. Naam en functie moet wel worden vermeld. 

Toepassing van deze regeling is niet verplicht. Het kan ook verwarrend zijn,  bijvoorbeeld als een toezichthouder een hogere beloning op jaarbasis heeft, maar incidenteel in een jaar onder € 1.900 uitkomt omdat slechts een deel van het jaar is gewerkt. 

Bij een geheel onbezoldigde raad van toezicht of bestuur kan het in het kader van transparantie juist de voorkeur hebben om dit expliciet te vermelden in de verantwoording.

Voor ''medisch specialisten'' geldt geen publicatieplicht

De werkzaamheden van als ''medisch specialist'' vallen niet onder de WNT. Dit deel van de bezoldiging wordt niet gepubliceerd en is ook niet genormeerd. Deze uitzondering (WNT artikel 1.5a ) geldt onder andere voor artsen, tandartsen en apothekers. 

Voor de WNT-verantwoording van niet-topfunctionarissen geldt vaak een ander bezoldigingsmaximum

De bezoldiging van niet topfunctionarissen moet worden gerapporteerd als deze hoger is dan het algemene bezoldigingsmaximum( 2024 € 233.000). Het bezoldigingsmaximum van de instelling (sectorregeling) is daarbij niet van belang.

Het algemene bezoldigingsmaximum wordt bij de toetsing voor niet-topfunctionarissen op overschrijding gecorrigeerd voor het werken in deeltijd, maar niet als slechts een deel van het jaar is gewerkt.