Strijkijzer
Strijkijzer: zwaar, of vulbaar
Een strijkijzer of strijkbout & is het gereedschap dat gebruikt wordt om textiel door hitte en eventueel stoom en wat druk glad te strijken na het drogen. De vezels worden hierdoor gestrekt zodat ze er weer mooi en glad uitzien. De hitte doodt ook bacteriën, waardoor de bewerking ook een hygiënische functie zou hebben, zinvol voor zakdoeken, theedoeken en handdoeken.
Maar vaatdoeken, onderkleding ed. strijken vermindert anderzijds hun vermogen om vocht op te nemen. Overweeg dus maar of je je die moeite liever bespaart.
De ijzers hebben een vlakke, gladde zool. Vroeger waren het zware, ietwat V-vormige blokken gietijzer met een handvat. Ze werden in een set van minstens 2 stuks gehanteerd met ovenwanten of doeken. Ze werden op de kachel opgewarmd, en om beurt gebruikt. De (keuken)tafel, met enkele doeken er op, diende als ondergrond.
Er waren ook holle modellen die gevuld konden worden met (houts)kool.
Om stugge stoffen of hardnekkige plooien weg te krijgen gebruik je stoom. Daartoe werd er dan wat water op het werkstuk gesprenkeld, of een vochtige doek gebruikt.
Voorheen werden ook platte stenen of houtblokken (met stijfsel) gebruikt om wasgoed te strijken.
Rond 400 v. C. gebruikten de Chinezen al pannen met houtskool of heet zand.
Een strijksteen is een afgeplatte massief glazen bol ter grootte van een halve tennisbal. Hij wordt ook wel glans-, grittel- of sliksteen genoemd (naar het Noorse woord ‘slikji’= strijken). Ook gepolijste stenen werden gebruikt.
De Vikingen brachten bijenwas op hun wollen kleding aan om ze wind- en waterdicht & te maken. Het instrijken van de ‘wax-coat’ gebeurde met een strijkglas (ca. 9de eeuw). Door de wrijvingswarmte werd de was min of meer vloeibaar en kon in de wollen stof trekken.
Geheel geglazuurde aardewerk strijkstenen of glansstenen zijn er vanaf ca. 1500.
¯ Wat is duurder dan een vrouw? Een ex-vrouw.