We vervolgen onze route door Oosterd langs de 'Wegh na Middewolda', zoals de latere Oosterweg op de eerste kadastrale kaart uit 1832 werd aangeduid. We beginnen met het huis van de familie Buseman en eindigen bij de boerderij van de familie J.G. van Loo.
De Oosterweg omstreeks 1917, links het huis van de familie Buseman foto: GA 1986_15281
In de nazomer van 1844 bracht Jan Gerrit Rijkens, onderwijzer in het Groningse Wehe, een bezoek aan Midwolda, waar hij onder meer de standplaats van de befaamde viertorenkerk ( Ol Kerke ) bezocht. In die tijd waren er nog stukken muur te zien en stapels bakstenen, zo laat hij zijn lezers weten. Zijn verhaal werd in 1845 afgedrukt in de Leenster Almanak en bevat tal van interessante wetenswaardigheden over Ol Kerke.
De jaren 60 van de vorige eeuw
Naar aanleiding van de serie van Kreiter in het Zevenblad van 1993, onder de titel van Zuudwenden naar Oosterèn, stuurde de heer Adam uit Emmen destijds ter aanvulling een beschrijving in van de bewoners van de Schortinghuislaan. Omdat het stuk mooi past in de serie van T. Bouman over het vroegere Midwolda, willen we dat hier nu plaatsen.
De Baardman
De vorige keer kwam het hoofdelingengeslacht Huninga aan de orde, op de plek waar nu Van der Meulen woont, stond vanaf de 14e eeuw hun woning, een steenhuis dat halverwege de 18e eeuw werd vervangen door een boerderij. Huninga's woonden er toen al lang niet meer. Behalve in Oostwold treffen we ze later ook aan in Beerta, waar ze de Huningaborg bewonen. Op die plek staat nu boerderij Huningaheerd.
In 1954 verdween de registratie van duivenkasten, -tillen, en -torens en was het houden van duiven vrij te beoefenen. Lange tijd was de duivenhouderij een recht dat alleen was voorbehouden aan de rijke bovenlaag, maar in latere jaren profiteerden ook welgestelde burgers en landbouwers van dit recht.