Van de Joodse families, die vroeger in Scheemda woonden, genoot de familie Bamberg misschien wel de grootste bekendheid. David en zijn vrouw Carolina hadden aan de Diepswal, op de plek waar nu de apotheek staat, een moderne en goed lopende slagerij. Tot hun klandizie behoorde in de eerste plaatst de bevolking uit Scheemda. Daarnaast de schippers, die met hun schepen door het Winschoterdiep voeren en er vleeswaren kochten. Verder kwamen er handelaren en veehouders aan de deur. Alle contracten verliepen doorgaans in goede harmonie. David Bamberg en Carolina Pels kregen drie kinderen, Anna (Annie), Louisa (Wiesje) en Izaäk. Aan het goede leven aan de drukke scheepvaartroute van Winschoten naar Groningen kwam in de oorlogsjaren een abrupt einde toen het vijfkoppige gezin op transport werd gesteld om uiteindelijk in Auschwitz de dood te vinden. In de achtste aflevering van de reeks over de joodse familie's in Scheemda deze keer aandacht voor de familie Bamberg.
Het gezin Bamberg kort voor de deportatie in 1942
Binnen het monument werken bezoekers, redactie, familieleden en historici samen aan het bundelen van verhalen en herinneringen. Zo schetst het monument een veelzijdig beeld van de geschiedenis van de Tweede Wereldoorlog, de Sjoa en de joodse gemeenschap in Nederland. Het Joods Monument is onderdeel van het Joods Cultureel Kwartier.
Klik op de afbeelding links, en u wordt doorverwezen naar de website van 'Joods Monument' naar informatie over David Bamberg en zijn gezin.
Zo'n honderd jaar geleden stonden achter de vroegere zaadhandel van Zwaan & de Wiljes in 'Boven Eexta', twee oude boerderijtjes in het veld. Eén daarvan werd bewoond door Albert Leeuwering en Antje Schipper. Ze kregen negen kinderen, Leentje, Jan, Harm, Stien, Trien, Geessien, Piet , Hendrik en Marie. Eén van de kinderen, t.w. Geessien trouwde met Jacob de Groot, een bekend onderwijzer aan de openbare lagere school in Scheemda. Ook hun dochter Annette Helena de Groot trouwde met een onderwijzer, namelijk Frederik Broekema, die verbonden was aan de MULO-school in Eexta (Scheemda). Deze Helena de Groot was bijna 99 jaar toen ze in 1968 overleed. Ze vertelde graag over vroeger en haalde dijkwijls herinneringen op aan de bezoeken die ze bracht aan haar grootouders op de boerderij in Boven Eexta. Op verzoek van haar dochter schreef ze haar herinneringen over het leven rond het boerderijtje in Boven Eexta op. Haar dochter, Geessiene Annette Helena Schriever-Broekema, die nu in Voorburg woont, stuurde ons het verhaal met daarbij een mooie foto van de oude boerderij (red).
In 1845 maakte Jan Gerrits Rijkens, schoolmeester en organist te Wehe, een zwerftocht door het Oldambt op zoek naar belangwekkende historische plekken. Rijkens stamde uit een schoolmeestersgeslacht, was in 1784 te Garmerwolde geboren en werd schoolmeester in Noordwolde en daarna hulponderwijzer in Pekela. Vervolgens vertrok hij naar Termunten en daarna naar Wehe. Rijkens was een moderne onderwijzer, beïnvloed door de bekende schoolopziener Wester en zeer geïnteresseerd in aardrijkskunde en geschiedenis. In 1817 werd zijn geschiedenis- en aardrijkskundeleerboek bekroond en in 1830 evenzo een wereldkaart voor het lager onderwijs. Verder was hij directeur van het leesgezelschap te Leens en publiceerde hij over historie in de Leenster almanak.
In het vorige nummer van Duvekoater werd iets verteld over de loop van de Oude AE. Het riviertje liep vanaf het Zwanemeer bij Wildervank, langs Veendam naar Meedenertol en liep vervoglens naar het Noorden, naar Binnen Ae en Woldendorp en loosde het water bij Termunten in de Eems. Bij Meedenertol kwam een zijriviertje in de Oude Ae, de Ooster Ee genaamd, vormde de grens tussen de karspelen Eexta en Heiligerlee/Westerlee. Het was ook de afwatering van genoemd karspel, alsmede van een deel van het karspel Eexta.