Gijsens Victor & Vandonck Maria

1. Stamhuis, foto en situering op kaart

Marie-Claire (Champagne) vertelt: " Marie Vandonck "mam" zoals wij mijn overgrootmoeder noemden, had daar een café. 

Café Borlo bij de Zwarte Marie genoemd, naar haar pikzwarte haren. 

Het gezin leefde van de veeteelt, boerenstiel met akkers en kersenboomgaarden."

2. Foto's van het gezin

3. Foto's van de familie 

4. Stamboom

 Marie-Claire verwoordt het zo:

Kinderen en kleinkinderen van de familie Gijsens-Vandonck / van Marie Vandonck, mam, zoals wij haar noemden.

• Louis Gijsens (overleden aan wiegedood)

• Vital Gijsens gehuwd met Anna Degros (2 kinderen Victor en Lea)

• Gaston Gijsens (jonkman)

• Yvonne Gijsens gehuwd met Jean Vanbrabant uit Kerkom, 1 dochter Hélène en1 kleindochter Marie-Claire Champagne

• Walter Gijsens, overleden op 16 jaar

• Marcel Gijsens gehuwd met Louise Mignolet. (8 kinderen) Nicole, Paul, Walter, Gaston, Josiane, Jos, Guy en Marleen.

5. Overlijden

6. Verhalen

Marie-Claire (Champagne) heeft samen met haar mama Hélène Vanbrabant na de scheiding van haar ouders een tijdje ingewoond bij haar overgrootmoeder, Marie Vandonck in Bevingen. Marie-Claire herinnert zich mooie taferelen:

Toen "mam" ouder was en niet meer zo goed te been was om de trap naar boven te nemen, zong zij altijd liedjes voor mij terwijl zij bijna kruipend de trap op ging, zoals:

• • Wie zal dat betalen, wie heeft zoveel ping ping ping en wie heeft zoveel geld ?

  • Wij gaan nog niet naar huis, belange niet, want ons moeder is niet thuis.

  • en De pompbak, de pompbak is kapot en de oude is versleten en de nieuwe is kapot.

Waarschijnlijk caféliedjes, want mam (het zwart Marieke) had vroeger café, genoemd Café Borlo bij de Zwarte Marie: zij koos die naam omdat ze zelf afkomstig was van Borlo. Zij vertelde mij dat wanneer er iemand niet betaalde, zij die persoon bij de kraag nam, zijn sjaal of pet afnam. Die gaf zij dan pas terug wanneer die persoon zijn schuld was komen vereffenen. Kwam hij niet zelf binnen, dan wachtte zij die persoon op en hield hem op straat tegen.

Mijn mama verbleef heel veel bij haar grootouders in Bevingen en daarom had zij daar ook haar vriendinnen en een sociaal leven tussen de Bevingenaren.

PS Marie was geen kat om zonder handschoenen aan te pakken. Zij kon heel goed haar mannetje staan. Zo droeg zij een goedgevulde leren geldbeugel onder haar rokken. En niemand zou het aandurven haar geld afhandig te maken.