Problemen met de beamer
Blijft het projectorscherm leeg nadat deze is ingeschakeld?
Als u een van de volgende problemen ondervindt, kunnen de aanbevolen snelle stappen u misschien helpen.
De projector gaat niet aan.
De projector gaat aan, maar er is geen beeld of het scherm is leeg of zwart.
De projector geeft een wazig, vaag of vervormd beeld weer op het scherm.
Oplossing 1: Controleer of de projector werkt
Als de computer wel opstart, maar de projector niet aangaat of het beeldscherm leeg of zwart is, controleert u of de projector goed werkt.
Schakel de projector in en bekijk het aan-uitlampje om te controleren of deze is ingeschakeld.
Als de projector niet wordt ingeschakeld, ontkoppelt u de voedingskabel van de projector en sluit u deze daarna weer aan.
Oplossing 2: De videokabel en de instellingen van de videobron controleren
Een slechte videoverbinding tussen de projector en de computer kan problemen met het beeldscherm veroorzaken. De apparaten opnieuw aansluiten kan vaak helpen bij het oplossen van het probleem.
Schakel de computer en de projector uit.
Ontkoppel de HDMIkabel waarmee de projector op de computer is aangesloten.
Controleer de poort op de computer en de projector en controleer de videokabel op beschadigingen en verbogen pinnen. Als er geen schade is, sluit u de projector opnieuw aan op de computer. Als u een andere videokabel hebt, sluit dan de twee apparaten aan met behulp van de nieuwe kabel.
Stel de juiste videobron in op de projector. Bijvoorbeeld, als de computer is aangesloten op HDMI op de projector, stelt u de broninstellingen op de projector in om HDMI te gebruiken.
Schakel de computer in en controleer of het probleem met het beeldscherm is opgelost.
Oplossing 3: De focus- en kleurinstellingen controleren
Onjuiste kleurinstellingen kunnen leiden tot weergaveproblemen, zoals vervormingen, verkleuringen, gedeeltelijk beeld of afgesneden beeld, of ondersteboven of omgekeerd beeld.
Onjuiste focusinstellingen kunnen leiden tot wazig of vaag beeld op het scherm van de projector.
Controleer de focus en stel deze in. Gebruik de focusring op de projector om de focus in te stellen.
Reinig de projectorlens met een lensborstel of een zachte microvezeldoek.
Pas de beeldinstellingen op de projector aan.
Controleer de resolutie van de projector en de instellingen voor de afbeeldingsgrootte op de projector.