Fungi - Dikarya - Basidiomycota - Agaricomycotina - Agaricomycetes - Agaricomycetidae - Boletales - Sclerodermataceae - Scleroderma - Scleroderma areolatum
Ehrenb., Sylvae mycologicae Berolinenses: 27 (1818)
Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie*
De Kleine aardappelbovist (Scleroderma areolatum) is een schimmel behorend tot de familie Sclerodermataceae. Hij groeit op voedselrijke zandgrond bij loofbomen, vooral eiken, maar verdraagt ook kalkbodems. De soort komt zeer algemeen voor, onder meer in plantsoenen en tuinen. Het vruchtlichaam is regelmatig bol- tot knolvormig en heeft een diameter van 1 tot 4 cm (soms worden exemplaren gevonden van 7 cm). De bruingele buitenzijde is voorzien van vlakke donkere schubjes waardoor een luipaardachtig patroon ontstaat. De buitenwand is dun (1 mm), maar relatief stevig en kan indeuken zonder scheuren. De huid kleurt rood bij krabben (mits vers). Bij doorsnijden van verse exemplaren kleurt het vlees vooral aan de basis rood. Na lage nachttemperaturen verdwijnt dit determinatiekenmerk. Het inwendige is bij jonge exemplaren wittig en compact, maar naarmate de zwam ouder is wordt dit donker grijsbruin en poederig. Aan de bovenzijde vormt zich dan een onregelmatige scheurtje waardoor de sporen worden verspreid. Het vruchtlichaam staat op een dunne korte steel (1-2 cm) met enkele witte strengen aan de basis. De sporen zitten in het vruchtlichaam en zijn zwart van kleur, rond en hebben gebogen stekels. Ze zijn 9,2–14 μm groot, met stekels die nog eens 1,4–1,6 μm lang zijn. De geur is onaangenaam, rubberachtig. In Nederland en België komt de kleine aardappelbovist zeer algemeen voor. Groeitijd is in de nazomer en herfst.
*Dit artikel maakt gebruik van materiaal uit het Wikipedia-artikel "Kleine aardappelbovist", uitgebracht onder de Creative Commons Naamsvermelding-GelijkDelen License 3.0. Er is misschien inhoud weggelaten uit het origineel maar er is geen inhoud gewijzigd of toegevoegd.
Foto's Alina & Chris Billekens.
Scleroderma areolatum - Ehrenberg - Sylvae mycologicae Berolinenses: 27 (1818)
Scleroderma lycoperdoides - Schweinitz - Schriften der Naturforschenden Gesellschaft zu Leipzig 1: 61 (1822)
Bovistella lycoperdoides - (Schweinitz) Lloyd - Mycological Writings 2 (23): 280, t. 87:5-6 (1906)
Scleroderma verrucosum var. violascens - Herink - Sydowia 7 (1-4): 176 (1953)
Arnolds, Chrispijn & Enzlin (2014) - Ecologische Atlas Paddenstoelen Drenthe 2: 567
Breitenbach & Kränzlin (1986) - Pilze der Schweiz 2: 384 nr. 504
Dam & Kuyper (2016) - Veldgids paddenstoelen II: 307 (met foto)
Eyssartier & Roux (2013) - Guide Champignons France Europe: 1048
Gerhardt (1999) - Paddenstoelengids onderweg: 608
Hansen & Knudsen (1997) - Nordic Macromycetes 3: 296-297
Jülich (1984) - Nichtblätterpize, Gallertpilze und Bauchpilze: 508
Læssøe & Petersen (2019) - Fungi Temperate Europe 2: 1231 (foto)
Tanchaud, P. (2016) - Scleroderma areolatum Ehrenb. MycoCharentes
Scleroderma areolatum op internet: