Fungi - Dikarya - Basidiomycota - Agaricomycotina - Agaricomycetes - Agaricomycetidae - Boletales - Boletaceae - Xerocomellus - Xerocomellus pruinatus
(Fr. & Hök) Šutara, Czech Mycology 60 (1): 50 (2008)
Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie*
De Purperbruine fluweelboleet (Xerocomellus pruinatus) is een paddenstoel uit de familie Boletaceae. De paddenstoel is vrij zeldzaam. Hij komt voor bij houtwallen, singels en lanen. Hij leeft in ectomycorrhizagemeenschap met eiken (Quercus). Hij houdt van kalk- en humusrijke grond. Hij onderscheidt zich van andere roodsteelfluweelboleten door de niet craquelerende hoed. De hoed heeft een diameter van 2,5 tot 10 (-15) cm. De vorm is aanvankelijk kussenvormig en met de jaren wordt deze platter en aan de rand naar puilt deze naar boven. De deklaag heeft een zwarte, donkere tot kastanjebruine kleur. Soms kan de hoed ook helemaal wijnrood tot bloedrood worden gekleurd. De bruine kleuren van oude vruchtlichamen kunnen ook doffe olijftinten hebben. Aan de rand is vaak de onderliggende wijnrode onderlaag (subcutis) zichtbaar. Anders is de rand lichter, witachtig, geelachtig of abrikoos tot roestig getint. Het oppervlak heeft een gerimpelde, ontpitte structuur als het jong is en heeft een fijne fluweelachtige glazuur. Later wordt het gladder, kaal en vertoont het nauwelijks scheuren in de hoedenhuid. De barsten verschijnen alleen aan de rand en strekken zich slechts in zeldzame gevallen uit over de hele hoed. Bij regenachtig weer is het oppervlak plakkerig, anders droog. De citroengele, gele tot chroomgele, dan groengele buisjes worden nauwelijks blauw als ze worden ingedrukt, maar krijgen graag roestbruine tinten. De poriën zijn gekleurd als de buisjes, jong rond en later meer veelhoekig, onregelmatig gedraaid en slechts zelden groter dan 1 mm. De buislaag die op de steel groeit en met een tand naar beneden loopt, is vaak dikker dan het hoedvlees. De steel heeft een lengte van 3 tot 8 (–12) cm en een dikte van 1 tot 3(–4) cm. De sterke, zwak vezelige steel heeft een bolvormige spindelvorm als hij jong is en een cilindrische vorm wanneer hij volgroeid is. Het kleurenspectrum varieert van geelachtig tot felgeel, zelden rood schilferig vanaf het begin, oudere vruchtlichamen vertonen vaak rode vlekken en kunnen uiteindelijk helemaal rood lijken. De steelvoet wordt vaak bruin als deze gekneusd is en onthult een gebroken wit tot lichtgeelachtig mycelium. De steel is wordt binnen enkele minuten blauw na kneuzing. Tijdens de groei vervaagt het puur gele vruchtvlees in de hoed tot witachtig, terwijl het in de steel meer verzadigd van kleur blijft en meer okertinten vertoont, soms zelfs een rode zweem. De basis krijgt uiteindelijk een min of meer intense blauwe kleur. Het vlees wordt niet blauw bij contact met lucht, of slechts een beetje bij het ouder worden. Alleen de stamschors kan rode tinten vertonen. De bordeauxrode lijn onder de deklaag is bijzonder gemakkelijk te zien bij een hoofdhuidsnede. Een plak wordt van de bovenkant van de hoed afgesneden met een mes in een ondiepe hoek. Geur en smaak zijn onopvallend tot licht zuur. De sporenprint heeft een mosterdgele kleur als het vers is en een meer olijfkleurige kleur als het droog is. In verse vruchtlichamen kleurt het vlees olijfgroen na het aanbrengen van een druppel Melzers reagens. Xerocomellus pruinatus is wijdverbreid in Europa. In Nederland komt hij vrij algemeen voor.
*Dit artikel maakt gebruik van materiaal uit het Wikipedia-artikel "Purperbruine fluweelboleet", uitgebracht onder de Creative Commons Naamsvermelding-GelijkDelen License 3.0. Er is misschien inhoud weggelaten uit het origineel maar er is geen inhoud gewijzigd of toegevoegd.
Foto's Alina & Chris Billekens.
Boletus pruinatus - Fries & Hök - Boleti, fungorum generis, illustratio: 9 (1835)
Versipellis pruinata - (Fries & Hök) Quélet - Enchiridion Fungorum in Europa media et praesertim in Gallia Vigentium: 158 (1886)
Versipellis pruinata var. pruinata - (Fries & Hök) Quélet - Enchiridion Fungorum in Europa media et praesertim in Gallia Vigentium: 158 (1886)
Xerocomus pruinatus - (Fries & Hök) Quélet - Flore mycologique de la France et des pays limitrophes: 420 (1888)
Boletus fragilipes - C. Martín - Trav. Soc. Bot. Genève: 189 (1894)
Suillus pruinatus - (Fries & Hök) Kuntze - Revisio generum plantarum 3 (3): 536 (1898)
Suillus fragilipes - (C. Martín) Kuntze - Revisio generum plantarum 3 (3): 535 (1898)
Boletus nigriceps - Herter - Revista Sudamericana Botanica: 194 (1954)
Boletellus pruinatus - (Fries & Hök) Klofac & Krisai - Österreichische Zeitschrift für Pilzkunde 1: 43 (1992)
Xerocomellus pruinatus - (Fries & Hök) Šutara - Czech Mycology 60 (1): 50 (2008)
Hoed donker purperbruin of roodbruin, soms bijna zwart in jonge exemplaren, fijn berijpt in verse staat dan fluwelig-viltig, vaak fijn gerimpeld of bobbelig, niet of pas in late stadia craquelé, waarbij het bleekgele vlees zichtbaar wordt. Poriën helder geel dan geelgroen, niet verkleurend bij kneuzing. Steel cilindrisch of spoelvormig, geel aan top, daaronder roodbruin of oranjebruin, vaak bedekt met fijne rode vezels. Vlees geel in hoed en steel, niet of slechts langzaam blauw verkleurend. Sporen met fijne lengtestreping (olie-immersie). In verse staat makkelijk te herkennen door de donkere, vaak wat berijpte en niet gebarsten hoed en het gele vlees. Het is ook vaak een tamelijk stevige paddenstoel in vergelijking met andere fluweelboleten. De fijn gestreepte sporen vormen een goed microscopisch kenmerk.
Machiel Noordeloos, 2021 CC-BY-SA 3.0
(bron: NMV Verspreidingsatlas Paddenstoelen, (zie onder links)Ectomycorrhizapartner van Eik en Beuk, soms ook Berk, mogelijk ook bij naaldbomen, in bossen en wegbermen op voedselrijke zandige bodem. Verspreiding in de duinstreek en op de hoge zandgronden, maar slecht bekend door verwisseling met andere soorten fluweelboleten. Juli-november. In Europa wijd verspreid en algemeen, zowel onder loof- als naaldbomen.
Machiel Noordeloos, 2017 CC-BY-SA 3.0
(bron: NMV Verspreidingsatlas Paddenstoelen, (zie onder links)DeCeuninck, L. (2020) - Veldsleutel ‘Boletales’ met macroscopische en microscopische kenmerken gebaseerd op de determinatiesleutel van Flora Agaricina Neerlandica, Vol. 7, deel Boletales (M.E. Noordeloos et al., 2018). Eigen uitgave (Xerocomus soms als Xerocomellus)
Hills, A.E. (2009) - The genus Xerocomus - Apersonal view, with akeytotheBritish species. Field mycology 9-3: 77-96
Houben, M. (2010) - Een alternatieve sleutel voor de Fluweelboleten (Xerocomus) Alan E. Hills. PSL Nieuws 17-3
Kelderman, P. (2009) - Sleutel Xerocomus uit Funga Nordica 2008 NL. PSL Info 16-4
Kibby (2016) - British Boletes with keys to species: 52
Klofac, W. (2007) - (Schlüssel zur Bestimmung von Frischfunden der europäischen Arten der Boletales mit röhrigem Hymenophor. Österreichische Zeitschrift für Pilzkunde 16: 187-279
Knudsen & Vesterholt (2008) - Funga Nordica: 179
Knudsen & Vesterholt (2012) - Funga Nordica: 233
Noordeloos, M.E. (2006) Hoe raak ik thuis in de Boleten 6: Sleutel tot de geslachten van de Boletales in Nederland. Coolia 49-2: 67-69
Arnolds, Chrispijn & Enzlin (2014) - Hoofdstuk 21b: Lanen op voedselarme zandgrond. Ecologische Atlas Paddenstoelen Drenthe 2: 616 (met illustratie)
Eyssartier & Roux (2013) - Guide Champignons France Europe: 82
Læssøe & Petersen (2019) - Fungi Temperate Europe 1: 792 (foto)
Noordeloos, M. (2007) - Hoe raak ik thuis in de Boleten - 7: De Fluweelboleten (Xerocomus) van Nederland. Coolia 50-1: 1-20
Noordeloos et al. (2018) - Flora Agaricina Neerlandica 7 (: 136 (foto: 411)
Tlallingii, F. & E.C. Vellinga (1992) - Bijzondere waarnemingen en vondsten. Een zeldzame fluweelboleet. Coolia 35-2: 60-62
Xerocomellus pruinatus op internet:
Funbel
NMV Paddenstoel van de maand
Fichas Micológicas
Guía de Setas y Hongos de Navarra
Asturnatura
De Interactieve Paddenstoelengids
Fungipedia