Bernlef of Vindicat

De keuze voor een studentenvereniging is geen sinecure. Vindicat was een ietwat geheim en laat lidmaatschap. De introductieperiode bij Hendrick de Cock was te christelijk en impulsief. Bij Albertus Magnus werden we in een keurslijf gedwongen uren te wachten en haakten we vlak voor sluitingstijd af. Op 'straf'kampen naar uitbuurten bij Rodeschool met toneel en bijbelcatechesaties ontmoette ik hachelijke vrouwen. Maar Bernlef scoorde juist met goedkope drank waar Vindicat vooral de tentamenvragen met antwoorden verstrekte. Friese drank likeurtjes als oranjebitter tegen kostprijs. Bij Vindicat komt het in een enkel geval voor dat studenten vanwege hun opgelopen drankrekening moeten stoppen met studeren. Dit gaat gepaard met de verschrikkelijkste familieruzies. Bij Vindicat atque Polit kiest men op 5 december 1814 tijdens het politieoptreden Crimen Sint-Nicolaï voor de leuze "Handhaaft en Beschaaft". Dit Groninger Corps heeft sindsdien de sociëteit Mutua Fides of "Wederzijds Vertrouwen" aan de Grote Markt. Vindicat kust de goede band met grunjers en stadjers. Zij beoordeelt in het geheim elk lid op voortvarendheid. Bij Bernlef kust men de F.F.J.B. en de F.F.S. aan de Tuinstraat. Men hecht er aan een teruggetrokken, beschonken, uitbuurt. Verwar deze mistige club niet met "Hersenschimmen", het boekje voor demente ouderen van Bernlef, de West-Fries geboren in Sint Pancras als Marsman. Van Bernlef zegt men in Grins: ''Friese ettertjes doar, die binne laf". Die namme komt van yn ouwe blinde schlemiel uut de 8ste eeuw. Op de vertelplaat van J.H. Isings staat hij met zijn luit, kwijlend tegenover een edelvrouw met haar jachthond in rust. Die laffe Friese heidenen komen naar yn geheimenisse plak, ergens in de ommelanden van Groningen. Dat rebelse spul komt samen om met opruiende muziek te protesteren en proosten op 'hun' god Bernlief. In het naslagwerk Vita Ludgeri van Altfrid komt die ouwe gek ver weg achter Selwerd, uit Helwerd. Hij begint altijd in Usquert en komt zo op een dag in Warffum. Oh God, bij De School Met Den Bijbel. Nu, daar vlakbij, woonde mijn hoogblonde Marriëtte, opgedoken bij een introductiekamp, de dochter van de boer. Dat wijfke was dus wel zo erg gggrrrristelijk, wel van Hendrik de Cock in die Ouwe Kijk en Jat Straat helemaal tot aan Ulrum. En met heel veel kinderen. Van Vindicat wist Marriëtte net, maar dansen, muziek en baren, wol. Zo geneest die ouwe germaan Ludger, op een dag, die oude grijsaard Bernlef, toch nog van zijn blindheid, met een brilletje. Volgens Halberts de Vries soe dat in namme sa Frysk-eigen kon-sijn, as 't mar wease-kin. De keuze voor de studentenvereniging is wiskundig en waarachtig net zo wispelturig als het leven zelf.

Julius Smidt van Gelder

Ludger preekt met Bernlef in de Groninger gouwen

© 2017 F.N. Heinsius