Fredricus Heinsius (politiecommissaris)

Fredricus (Fredrik) Heinsius (Heijnsius) (Arnhem, 10 aug. 1758 – Amsterdam, 23 mei 1836), vredesofficier in de Bataafse republiek en commissaris van politie te Amsterdam (Kanton IV) op de Egelantiersgracht, was een zoon van Michaël Ernestus Heinsius, componist en organist, en van Johanna Elisabeth van As.

Werd geboren in Arnhem en aldaar gedoopt in 1758. Zijn vader stierf enkele jaren na zijn geboorte en zijn moeder noemt hem in haar testament met zijn enige oudere broer Ernestus Heinsius (geb. Arnhem ca. 1755). Laatstgenoemde woonde in Kattenburg bij het Marine Etablissement en huwde (1) Catharina de Haan en (2) Jacomina Berkhout. Ook hun zoon Charles Ernestus Heinsius was weer een dienaar bij de politie. Friedrich Heinsius was eerst luitenant bij de Compagnie Gardes d' Amsterdam en in een andere bron luitenant bij de Compagnie van Kapitein Bax. Komt ook als zodanig voor in de bron Officiersnamen. Huwde in Amsterdam vier keer met: (1) Jacoba Larieveeren, (2) Arentje Ophof, (3) Aukje Willemsz en (4) Aaltje van Weerden. Fredricus Heinsius was vervolgens commissaris van politie op het bureau in de Oude-Brugsteeg bij de hoek van de Zwolsche stijger te Amsterdam. Hij was waarschijnlijk oranjegezind bij de Bataafse omwenteling, wat hem toch die Duitse achtergrond oplevert. Daarmee staat hij lijnrecht tegenover Friese lieden als Coert van Beyma en Johan Valckenier die als patriotten de Franse zijde kozen. Zodoende behoort hij tot de categorie uiterst dubieuze figuren uit de Bataafse tijd. Deze familie heeft een flink aantal nakomelingen en behoort in Nederland tot de grootste groep van Heinsii.