brein&leren


De laatste tientallen jaren hebben verschillende wetenschappen ons erg veel nieuwe informatie bezorgd over hoe het menselijke brein werkt. Leercoach wil deze wetenschappelijke inzichten helpen vertalen naar de concrete dagelijkse praktijk van leren en onderwijzen. Op deze pagina geven we alvast een aanzet met samenvattingen van interessante publicaties, verwijzingen naar websites enz...

"Het ligt aan hun hersenen. Daar kunnen we niets aan doen." - Of toch?

Over "overneurologisering" (Door Marcella Deneve)

In meer dan één wetenschappelijke controverse slingert de slinger met schijnbaar gemak heen en weer tussen de polen van de discussie. Melk is eerst wel en dan weer niet goed voor elk, GSM-stralingen worden in het ene magazine verketterd terwijl het andere dagblad vertelt dat het niet zo een vaart zal lopen, gisteren dronken we groene thee met sloten en vandaag gaan ‘Zandlopers’ als zoete broodjes over de toonbank. En terwijl ik deze tekst op papier zet, woedt er op de radio een felle discussie over de onzin van diëten omdat overgewicht vooral genetisch bepaald zou zijn.

Filosofen kunnen helder aangeven hoe, op een trager ritme maar even duidelijk, de ene periode van de geschiedenis vooral adepten van de vrije wil levert en de andere vooral believers in het alles regulerende brein. Hoeveel is aangeboren? Hoeveel is het resultaat van opvoeding? Hele koffers vol polemiek zijn gepubliceerd.

En hoewel de waarheid zoals steeds meestal in het midden zal liggen, blijven psychologen, neurologen, filosofen … discussiefora beklimmen met de laatste onderzoeksresultaten in de hand om te bakkeleien over de betekenis van de actuele ontwikkelingen in hersenonderzoek. Het moet inderdaad van veel scepsis getuigen als je niet onder de indruk bent van de meest recente publicaties over het jongerenbrein, over de hersenen van kinderen met een leer- of ontwikkelingsstoornis etc. We krijgen dankzij deze baanbrekende studies inzicht in de oorzaken van gewoon en van merkwaardig gedrag en we beginnen stilaan te begrijpen waarom pubers doen wat ze doen. In het boekje ‘Het puberende brein’ (uitg. Bert Bakker) bijvoorbeeld geeft neurowetenschapper Eveline Crone op een bevattelijke manier diepgaande uitleg over de ontwikkeling van de hersenen in de unieke periode van de adolescentie.  Steeds terugkerende vragen krijgen een helder antwoord: waarom verslapen pubers zich vaak, waarom zijn ze het ene moment zo volwassen en het volgende moment zo onmogelijk, waar komt die tegenstrijdigheid vandaan tussen verantwoordelijk gedrag en ondoordachte keuzes, kunnen zij eigenlijk wel zelfstandig plannen enz. Het lijkt wel of alle gedrag te verklaren en zelfs te voorspellen is door reacties in en van de hersenen.

We merken bijna niet meer hoe sommige enthousiaste onderzoekers ons nog verder meenemen in het discours van ‘De mens is zijn brein’. Bekende en minder bekende denkers beweren zelfs opnieuw dat de vrije wil niet bestaat, dat het een illusie zou zijn dat jij en ik een eigen keuze zouden kunnen maken … Nogal wat betrokkenen surfen roekeloos verder op de golven van deze inzichten en koppelen daaraan de veronderstelling dat het gedrag van een kind met ASS, van een leerling met ADHD en zelfs van een puber met zijn kenmerkende impulsiviteit maar voor lief moet worden genomen: ‘It’s the brain, stupid!’ Je zou verontrustend gedrag en daaruit voortvloeiende situaties maar beter aanvaarden dan voortdurend te ploeteren en je best te doen om de jongen of het meisje in kwestie te stimuleren, te begeleiden, bij te sturen … kortom, op te voeden. En als de overlast dan toch te groot wordt, kunnen we ze nog altijd de baas met één of meer pilletjes.  Misschien is de tijd niet meer veraf dat er melatoninepillen aan pubers gegeven worden om hun uit de hand gelopen slaappatroon bij te sturen …

‘Moeten we het dan maar allemaal aanvaarden en bij de pakken blijven zitten?’ is een vaak gehoorde klacht. Laten we inderdaad toch even de wenkbrauwen fronsen bij deze overneurologisering van de werkelijkheid. Een verkeerd begrepen boodschap van onderzoekers zoals Eveline Crone die proberen te verklaren waarom kinderen handelen zoals ze handelen, kan ertoe leiden dat sommige opvoeders de indruk krijgen alles te moeten aanvaarden, te wachten tot het overgaat of zelfs naar de pillendoos te grijpen om dat soms onwillige brein mores te leren.

Het brein van onze jongeren is gelukkig plastisch, in zekere zin ‘opvoedbaar’. We hoeven dus niet afwachtend of berustend te blijven kijken door een negatief statische bril om vooral te constateren wat er fout of moeilijk loopt. Kunnen onze pubers ’s avonds de slaap niet vatten, dan zijn we niet veroordeeld om ze zuchtend toe te laten om nog wat ‘op Facebook te zitten’. Door een goede gewoontevorming rond slaaphygiëne zoals het bannen van digitaal schermgebruik in de late avond, geven we de productie van het slaaphormoon melatonine meer kans. We weten immers uit onderzoek dat het gebruik van tablet-, laptopschermen e.d. in de uren voor het slapengaan de melatonineproductie met pakweg 30% vermindert. In ‘Puberbrein binnenste buiten’ (Uitg. Kosmos) bijvoorbeeld leveren Huub Nelis en Yvonne van Sark nog veel meer hanteerbare handvatten aan om door de alternatieve positief dynamische bril te kijken. Door onze leerlingen te stimuleren in alle vormen van leren, door met hen in dialoog te blijven gaan, door het gebruik van heldere lichaamstaal en authentieke communicatie, door autonomie te verlenen en tegelijk de nadruk te leggen op structuur en grenzen, door reflectie en nuancering voor te leven, door eerder te herstellen dan te straffen … kunnen we ons steentje bijdragen in het vormen van kinderen en jongeren tot veerkrachtige en evenwichtige volwassenen. Ook voor het brein van onze leerlingen met soms moeilijker gedrag  geldt: ‘(Make them) use it or (let them) lose  it!’


Over de invloed van voeding op gedrag en leerprestaties bij kinderen

Zowel op Leercoach als in de publicaties Leerbeest, Breintrein en Mijn Masterplan hadden we al eerder aandacht voor de invloed van eten en drinken op leerprestaties. We zijn hiervoor alvast schatplichtig aan Eric Jensen, een pionier binnen deze context. Ook in de Leerladders, de methode Leren Leren voor het basisonderwijs die nu in ontwikkeling is, zullen we de kinderen (en hun juf en meester) aanzetten om bewust hersenvriendelijk met voeding om te gaan. We worden in elk geval gesterkt in onze overtuiging als we o.a. in DeMorgen van 7 oktober 2011 weer lezen over het belang van wat er op het bord en in de lunchbox van onze leerlingen terechtkomt, en dan in het bijzonder het belang hiervan voor hun leren.

In oktober 2011 was professor Alex Richardson van de universiteit van Oxford op bezoek in België. Zij kwam o.a. de sector Bijzondere Jeugdzorg duidelijkheid verschaffen over haar theorie ‘ze zijn wat je ze te eten geeft’. Vanuit eigen onderzoek en vanuit lezing van andere buitenlandse research is zij er stellig van overtuigd geraakt dat de samenstelling van de voeding van onze kinderen en jongeren het gedrag en de schoolprestaties beduidend kan beïnvloeden. Zo zijn er voldoende aanwijzingen om er rekening mee te houden dat

-          toegevoegde kleurstoffen in voeding en (fris)drank het concentratievermogen van kinderen en jongeren negatief beïnvloeden,

-          omega 3 (dat we bv. vinden in bepaalde zaden en vette vissoorten) gewelddadig gedrag kan verminderen, depressies kan helpen vermijden en zelfs een positieve invloed zou hebben op ADHD.

Ze pleit ervoor om bij de samenstelling van het dagelijks menu van alle kinderen aandacht te hebben voor

-          zinkhoudend voedsel (vooral vis en schaaldieren), omdat het het geheugen verbetert,

-          ijzerrijke gerechten, omdat ijzer de vermoeidheid verdrijft

-          en vooral suikerarme voeding omdat minder suiker zorgt voor rustiger en meer geconcentreerd gedrag!

Net in dezelfde week konden we ook de resultaten van het vooruitgangsonderzoek lees- en schrijfvaardigheid bij jongeren in Groot-Brittannië inkijken. De vooruitgang is het grootst bij immigrantenkinderen en het kleinst bij de blanke Britse jeugd. De onderzoekers duiden de kookgewoontes van de gezinnen aan als mogelijke oorzaak van dit verschil. In sommige buurten zijn inderdaad meer winkels met verse groenten aanwezig en wordt net in de gezinnen in die buurten ook vaker vers gekookt.

Als ouders ons vragen hoe ze het gedrag en de leerprestaties van hun kind gunstig kunnen beïnvloeden,  liggen de tips die we daar kunnen aanreiken dus voor de hand: ‘Kook gezond, mijnheer,’ en ‘laat je kind langzaamaan afkicken van de suikerdrug, mevrouw.’ En biedt een bezoek aan het schoolrestaurant hier geen gouden kans voor de zorgcoördinator of de leerlingenbegeleider?

Geven we binnenkort allemaal les in superrustige klassen bevolkt door zeer aandachtige leerlingen? Dat is wellicht meer dan twee bruggen te ver, maar elke meter helpt, niet?

Test jezelf of laat jezelf testen

In De Standaard van 16 december 2010 lazen we een interessante bijdrage van Gert Devreese onder de kop ‘Examens doen beter onthouden’.

Als je over iets examen aflegt, onthoud je het veel beter dan als je het alleen maar hebt geblokt. Als je bij het instuderen van leerstof mnemotechnische trucjes of ezelsbruggetjes gebruikt, doe je het beter op een toets of op een examen dan als je ze niet gebruikt. Dit advies zal de meesten van ons ongeduldig doen ja knikken. Dat wisten we al erg lang. Dat de auteur het stukje opent met de bewering dat je leerstof veel beter onthoudt als je over deze inhoud ook een toets of een examen afgelegd hebt, wekte onze nieuwsgierigheid.

Bij een onderzoek naar het ‘testing effect’ merkten de Amerikaanse psychologen Rawson en Pyc dat de groep studenten die drie keer op rij een vertalende woordenlijst eerst studeerden en daarover dan een tussentoets aflegden, beduidend beter scoorden op de eindtoets dan de studenten die enkel de lijst instudeerden. De onderzoekers menen ook te mogen besluiten dat de studenten die wisten dat ze zouden getest worden, bewuster op zoek gaan naar de meest effectvolle kapstok- of sleutelwoorden, zeg maar trucjes. Die ontdekken ze op de koop toe het best als ze zichzelf ook tussentijds (laten) testen.

Het onderzoek dat Gert Devreese belicht, is belangrijk voor het onderwijs, zegt VUB-docente psychologie Deroost. Ze verduidelijkt dat veel studenten nu vooral belang hechten aan coderen en opslaan van informatie (de eerste en tweede geheugenfase). Onderzoeken naar het testing effect leggen de klemtoon op de derde geheugenfase, nl. het ophalen van de info. Bij het instuderen van leerstof kan een student beter niet twintig keer een bepaalde tekst te lezen om stof op te slaan. Hij doet beter het boek dicht en zegt het best eens in eigen woorden. Studenten die de informatie opnieuw ophalen, zullen de stof beter onthouden voor het examen. En door oproepingsaanwijzingen te zoeken, gaat het ‘genereren’ van de informatie nog eens een stuk beter.

De meeste onderzoekers, merkt Deroost op, slaan die belangrijke geheugenfase 3 over: de fase van test jezelf of laat je testen. Het artikel benadrukt dan ook dat het Vlaamse onderwijs met zijn veelvuldige tests en toetsen goed bezig is. Het blijkt dat die aanpak pedagogisch verantwoord is, dat er betere resultaten mee geboekt worden.

Misschien wil je liever het volledige artikel lezen in De Standaard? Klikken op

Met dank aan Wouter Fiers voor de ingestuurde tip.

Heb je zelf onlangs een interessant artikel of een boeiende publicatie in verband met (leren) leren op de kop getikt en wil je die delen met de bezoekers van ‘Leercoach’? Aarzel dan niet en stuur ons een mailtje!

Vinger opsteken werkt blijkbaar niet

Uit DeMorgen van 25.11.2010 

In de tweedelige documentaire ‘The Classroom Experience’ belicht de BBC het onderzoek van de Britse pedagoog Dylan Williams (universiteit van Londen) naar ‘hoe een leerkracht het best zijn leerlingen kan betrekken bij de les’. Het onderzoek werd uitgevoerd in een klasje dertienjarigen. Het leidde tot een aantal merkwaardige besluiten. 

-          Door leerlingen hun vinger te laten opsteken om aan het woord te kunnen komen, betrekt de leerkracht vooral de betere leerlingen bij de les. Anderen die bij voorbaat al beseffen dat ze het antwoord wellicht niet weten, kunnen beslissen om niet op te letten en af te haken.

-          Betere alternatieven bleken te zijn:

o   Alle leerlingen krijgen een bordje, schrijven hierop het antwoord van de vraag en steken de bordjes tegelijkertijd de hoogte in.
o   De leerkracht duidt zelf de leerling aan die een antwoord moet geven.

Williams vertelt hoe de leerlingen een hekel hadden aan de twee alternatieven. De sterke leerlingen verdwenen immers wat uit de schijnwerpers en de anderen moesten plots meewerken.

In het experiment werden ook extra initiatieven ingelast: elke lesdag begon met een sportmoment en de cijferquotering werd vervangen door persoonlijke feedback.

De resultaten waren spectaculair, meldt DeMorgen. In de tien weken van het onderzoek boekten de leerlingen dubbel zoveel vooruitgang als de leerlingen in een vergelijkbare klas. Ze focusten meer opo hun eigen leerproces en de stillere kinderen kregen meer zelfvertrouwen.

  1. interessante weblinks

    1. http://www.positscience.com/ aanbieder van software, heeft nieuwsbrief waar je elke maand toch iets interessants kan uitpikken.
    2. http://breinwijzer.be/ vzw die inzichten uit neurowetenschappen toegankelijk wil maken voor breder publiek. Geregeld interessante gespreksavonden. Al verschillende keren een project voor jongeren (om met de klas te werken rond impact van breinonderzoek).
    3. ...

  2. projecten om op te volgen

    1. de wereld aan je voeten: (www.dewereldaanjevoeten.be)
      Onze jongeren zijn de toekomst van Vlaanderen! Het project “De wereld aan je voeten!” kadert in de vakoverschrijdende eindtermen en wil jongeren doen nadenken over hun bijdrage aan de maatschappij, en de rol van wetenschap, technologie en ondernemen in onze globaliserende wereld.
    2. op 5 december 2012 kon je deelnemen aan het edushock-festival: meer info via deze link.
    3. op 13 december 2012 was er de lezing over "the future of learning" door prof. Sugata Mitra in Antwerpen. Wie deze lezing heeft gemist, kan een opgenomen voordracht van hem bekijken via deze link of hier. Meer materiaal en achtergronden vind je via sugatam.wikispaces.com.
    4. 26/04/2013: studiedag van de VLOR over de link tussen onderwijs en neurowetenschappen.



Comments