Wetenschappers hebben hun geloof verloren. 27-4-2012

Post date: Oct 25, 2012 4:36:12 PM

(verschenen op: http://corporatecompassion.nl/wetenschappers-hebben-hun-geloof-verloren/)

Het doel van wetenschap is het ontdekken van robuuste kennis. Het lijkt daarom moeilijk voor te stellen waarom een wetenschapper wetenschapsfraude zou plegen. In het dagelijks leven zijn de doelen van wetenschappers echter iets minder idealistisch. Veruit de meeste wetenschappers willen bijvoorbeeld betaald krijgen voor hun werk. De kans op een goede baan hangt af van hoeveel je publiceert, wat weer af hangt van hoeveel statistisch significante onderzoeksresultaten je verzamelt over nieuwe effecten.

Verkeerde beloningsstructuur

We weten alleen of het resultaat van zulk nieuw onderzoek robuust is als een andere wetenschapper het onderzoek nadoet (of repliceert). Helaas is het uitvoeren van replicatie onderzoek een enorm ondankbare taak. Replicatie onderzoek is niet te publiceren, omdat tijdschriften alleen artikelen willen die een nieuw verhaal vertellen. En dus bestaat de wetenschap op dit moment voor een groot deel uit resultaten waarvan wetenschappers niet volledig zeker zijn of ze wel robuust zijn. Zonder het geloof dat je als wetenschapper bijdraagt aan het ontdekken van robuuste kennis, en met de directe beloningen die volgen als je veel (desnoods niet bestaande of niet correct geanalyseerde) resultaten publiceert, is de fraude van Dirk Smeesters en Diederik Stapel een te verwachtten neveneffect van een verkeerde beloningsstructuur binnen de wetenschap.

Jonge wetenschappers en professoren

Wetenschappelijk onderzoek geeft nooit absolute zekerheid. Wetenschap is ook niet slechts een mening. Het beste dat wetenschappers kunnen bieden is een aan zekerheid grenzende waarschijnlijkheid dat resultaten voor waar aangenomen kunnen worden. Dat kan nooit op basis van een enkel onderzoek. De robuustheid van kennis kan alleen aangetoond worden door onderzoek te repliceren. Een promovenda liet me onlangs weten dat ze zowel studies van Dirk Smeesters als van Diederik Stapel had geprobeerd te repliceren, maar zonder succes. Dat kan natuurlijk. Deze promovenda was echter vooral gefrustreerd dat ze deze informatie niet kon delen met wetenschappers over de hele wereld. En terecht. De uitkomst van replicatie onderzoek is essentiële informatie voor elke wetenschapper die wil weten of resultaten betrouwbaar zijn.

Voor de professoren in het vakgebied van deze promovenda is deze frustratie blijkbaar niet meer aanwezig. Anders hadden deze professoren die in de redactie van de belangrijkste wetenschappelijke tijdschriften van hun vakgebied zitten inmiddels wel iets gedaan om replicatie onderzoek een prominentere plaats te geven binnen deze tijdschriften.

Robuuste wetenschap

Aan de ene kant zijn er dus jonge onderzoekers die gefrustreerd zijn dat ze niet kunnen delen dat ze onderzoek niet kunnen repliceren, terwijl die informatie essentieel is voor een robuuste wetenschap. Aan de andere kant zijn er professoren die de mogelijkheid hebben om replicatie onderzoek een plek te geven in tijdschriften, maar dit nalaten. Wat is het verschil tussen deze groepen? Ik kan maar één verschil bedenken: wetenschappers verliezen tijdens hun loopbaan het geloof in de mogelijkheid van een robuuste wetenschap. Blijkbaar denken professoren dat het niet mogelijk is om de tijd te nemen om te controleren of wetenschappelijke kennis robuust is. Ze nemen genoegen met de directe beloning die geassocieerd is met veel publiceren, maar negeren de verantwoordelijkheid die ze hebben om de robuustheid van die vele onderzoeken te controleren door middel van replicatie onderzoek.

Het is mijn ervaring dat wetenschappers zelden verbaasd zijn als je ze vertelt dat een onderzoek niet te repliceren is, ondanks dat dit onderzoek veel geciteerd wordt, of zelfs in eerstejaars tekstboeken staat. Het is blijkbaar een acceptabel neveneffect van de behoefte om veel te publiceren dat wetenschappers niet weten hoe betrouwbaar onderzoeksresultaten zijn. Fraudeurs kunnen jarenlang door blijven werken, omdat zelfs als blijkt dat hun onderzoek niet te repliceren is, er geen manier is om deze kennis te delen. Het is moeilijk om te begrijpen hoe wetenschappers die als doel hebben om robuuste kennis te ontdekken nu al decennia lang in een wetenschappelijk systeem hebben kunnen werken waar de robuustheid van resultaten niet gecontroleerd kan worden. Wederom lijkt de enige verklaring hiervoor dat de wetenschappers die de onderzoekscultuur vorm geven het geloof in een robuuste wetenschap hebben ingeruild voor de directe beloning die volgt uit veel publiceren.

Wetenschappelijk klimaat

Wetenschappelijke fraude heeft één groot voordeel: het doet wetenschappers reflecteren op het huidige wetenschappelijke klimaat. De roep om ‘slow science’, waarbij de kwaliteit belangrijker wordt gevonden dan de kwantiteit, neemt toe. Wetenschappers moeten niet beloond worden op basis van hun aantallen publicaties, maar op basis van de repliceerbaarheid van hun onderzoek. De Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek (NWO) moet niet alleen subsidies verstekken voor innovatief onderzoek, maar juist voor onderzoek dat de robuustheid van kennis waarborgt. Alleen dan kunnen jonge wetenschappers blijven geloven in robuuste kennis. Alleen dan kan het publiek wetenschap vertrouwen. Er is geen alternatief. De vraag is of er nog professoren zijn die genoeg in de wetenschap geloven om de noodzakelijke veranderingen door te voeren.