XI-567 Schrevelius, Theodorus

biografische aantekeningen

Theodorus Schrevelius trouwde toen hij 32 jaar oud was met de 33 jarige dochter van een lakenverver, die de zoon was van de Franse immigrant Noë Barbry sr. Deze Margaretha Barbarij stierf al heel snel, kort na de geboorte van een eveneens snel gestorven dochtertje.

Drie jaar na zijn eerste huwelijk trouwde Theodorus met Elisabeth van Peene, de weduwe van de jong overleden koopman Adriaan le Pla. In de hieronder genoemde akte uit 1683 blijkt dat dit echtpaar le Pla-van Peene rijke kunstminnaars waren, die woonden op de Breestraat 84, "vanouds genaamd de Vergulde Druijff". In dat statige herenhuis hing een schilderij van Jan Steen boven de schoorsteenmantel, en in een andere kamer een dubbel portret van het echtpaar van de hand van Jan Lievens. Boven een andere schoorsteen hing de 'historie van Claudius Civilis'.

De schutterspenning van Leyden van het jaar 1689 vertoont op de voorzijde, onder het wapen der stad door een leeuw vastgehouden, de wapenschildjes der vier burgemeesters, het eerste zijnde dat van M^r Theodorus Schrevelius.

bronnen

lit: Wikipedia, lemma Theodorus Schrevelius (1643-1704)

lit: https://gw.geneanet.org/donmac?lang=nl&pz=nicholas&nz=mcarthur&p=theodorus&n=schrevelius

lit: https://www.genealogieonline.nl/stamboom-heystek/I8539.php

lit: Leids Jaarboekje 1982: bevat een uitgebreide beschrijving van het schitterende pand Breestraat 84, waar Adriaan le Pla en Elisabeth van Peenen woonden (en waar dus de schilderijen hingen!)

Lit: DBNL: Dietsche Warande Nieuwe Reeks 2, jaargang 3 (1890), p. 503: Het geslacht van Schrevel of Schrevelius.

* 1642, 26-10: erfgoed Leiden e.o.: 1004 DTB Dopen Hooglandsche Kerk [234]: gedoopt David en Margarita, kinderen van No:e Barbarij de jonge; get: Gerrit Pietersz., Valentijn Blondeel, Margarita van Eeck en Geertje Brunes [o.a. in 1641 is er een kind geboren van Noe Barbrij en Maria Boedijn]

* 1643, 20-12: erfgoed Leiden e.o., 1004 DTB dopen Pieterskerk [221]: gedoopt Theodorus, zn.v. Cornelius Schrevelius en Theodora Groenendijck, get: Theodorus Schrevelius, Dirck van PoelGeest, Maria van Groenendijck.

* 1650, 25-1: Erfgoed Leiden e.o. 1004 DTB dopen Hooglandsche kerk [invnr 235]: gedoopt Elijsabeth, dr.v. Pieter van Peene en Emerentia de Vroede; get: Govert Braets en Maria van Peene

* 1669, 29-7: Erfgoed Leiden e.o., registers onroerend goed (Bonboeken) 501a, invnr. 6612, fol. 226v (wijk Vleeshuijs; Papestraet): een leeg erf is verkocht aan de heer Adriaan le Plaa. Op 16-12-1673 is ‘dese stallingh’ bij scheiding voor nots. Johannes van Dijcke tussen de kinderen en erfgenamen van za: Adriaan le Plaa toebedeeld aan dhr. Robberto le Plaa. Hij heeft het op 14-5-1681 verkocht aan Mr. Willem van Schot de Bosch, veertigraad van Leiden.

* 1670, 2-10: Erfgoed Leiden e.o. 1670II, arch 0506 NA nots. D. Verhagen [1038, akte 271]: Adriaen le Pla Adriaenszoon, jongman als toekomende bruidegom, en de eerbare juffrouw Elisabeth van Peene, jongedochter, wezende in dezen geholpen met de Heeren (doorgehaald: Johannes van Peene) Pieter van Iselsteijn, regerende Schepen dezer Stede ende Johannis van Peene, haere Oome en voochden, mitsgaders met de heer Johan van Vesanevelt, mede regerend schepen dezer stad, hare behuwde broeder, ter andere zijde. Zij willen voor hun huwelijk voorwaarden stellen, te weten; ze brengen ieder al hun goederen in het huwelijk in, maar zullen die op een aparte staat inventariseren. Als het huwelijk kinderloos eindigt, dan vervallen de ingebrachte goederen terug aan de erfgenamen van de overledene; als zij als eerste sterft krijgt hij ter duarie uit haar goederen fl 10.000,-; als hij als eerste sterft krijgt zij uit zijn middelen fl 20.000,-, plus de liojfkleren van wol, linnen, juwelen, ringen en kleinodiën. (w.g. Adriaen le Pla Adriaenszoon, Elijsabeth van Peene; Pieter IJsselsteijn; Johan van Peene; ’t welck ick affirmeere, …nots)

* 1670, 2-10: Erfgoed Leiden e.o.: 1004 DTB ondertrouw [20 – V-011]: Adriaen le Pla, jongman van Leijden, wonende op de Bredestraet, verge[zeld] met Justus Gijs, zijn zwager, wonende op de Steenschuijr; met Elijsabet van Peenen, jongedochter van Leijden, wonende op de Hoijgraft, vergezeld van Margaretha van Kercchem haer meuije aldaar.

* 1671, 12-3: Erfgoed Leiden e.o.: DTB dopen Hooglandsche Kerk [1004-238]: gedoopt Adrianus, zn.v. Justus Ghijs en Jacomina le Pla; get: mr. Johan Ghijs, mr. Johan le Pla en juffr. Elizabet van Peenen

* 1671, 2-4: erfgoed Leiden e.o.: 0506 NA nots. J. van der Eijcke [990-68] testament van dhr Adriaen le Pla en juffr. Elisabeth van Peene, echtelieden, cloeck en gesont, legateren aan de langstlevende van hen beiden hun huisraad en inboedel en lijfskeding. Als zij erst overlijdt dan legateert ze hem bovendien haar boot en strick, een gouden ring met grote diamant en een slot aan de peerlen die hij haar voorfgaand aan het huwelijk heeft geschonken. Ze benoemen verder tot voogden over de nalatenschap, en de onmondige of uitlandige kinderen mr. Johan Versanevelt, schepen, en Justus Ghijs, haar zwagers

* 1671, 30-7: Erfgoed Leiden e.o.: DTB dopen Hooglandsche Kerk [1004-234]: gedoopt Adrianus, zn.v. Adriaen le Pla en Elisabet van Peene; get: de heer Johan le Plae, mr. Johan van Vesanevelt, Schepen, Jacomina le Pla.

* 1671, 10-8: erfgoed Leiden e.o.: 0506 NA nots. J. Gerstecoren [1146-144]: Mr. Theodorus Schrevelius, advocaet, treedt op in functie als secretaris van het Ambacht Leiderdorp , in zijn rol als curator over de insolvente boedel van wijlen Celia Vogt, wedue Jan Sijmensz Basius

* 1672, 8-11: Erfgoed Leiden e.o.: DTB dopen Hooglandsche Kerk [1004-238]: gedoopt Dirck, zn.v. Johan van Vesanevelt en Agneta van Peenen; get: Johan van Penen, Adriaen le Plae en Elijsbeth van Penen

* 1672, 8-12: Erfgoed Leiden e.o.: DTB dopen Hooglandsche Kerk [1004-234]: gedoopt Sara Johanna, dr.v. David van Rojen en Jacomina le Pla; get: Gerrit Hogemade, Eleonora le Pla en Elisabeth van Penen

* 1673, 10-2: Erfgoed Leiden e.o.: DTB dopen Pieterskerk [1004-223]: gedoopt Pieter, zn.v. Adriaen le Pla en Elisabeth van Peene; get: David van Roijen, Mr. Robert le Pla, Agneta van Peene

* 1674, 25-3: Erfgoed Leiden e.o.: DTB dopen Hooglandsche Kerk [1004-234]: gedoopt Johannes, zn.v. Pieter Fransz en Susanna Jans, get: Elizabeth van Peene

* 1674, 16-6: Erfgoed Leiden e.o.: Transportregister Leiderdorp [invnr 1599, blad 202a – 233a]: Verkocht wordt de grond of ledig erf van een gewezen speeltuin buiten de Hogewoerdspoort, t.e.z. de nazaten van Franchoys Plumejoen, t.a.z. Jan Coone, voor fl 300,- (Kaart: 2213) aan de brouwer Nicolaas Bout. Verkopers zijn mr.Johan van Vesanevelt, schepen van Leiden en bewindhebber van de Oosindische Maatschappij te Amsterdam, gehuwd met Agneta van Peenen, tevens namens zijn zwager Adriaen Le Pla, koopman, gehuwd met Elisabeth van Peenen, kinderen van Pieter van Peenen.

* 1674, 5-8: erfgoed Leiden e.o., 1004 DTB dopen Hooglandsche Kerk [239]: gedoopt Debora, dr.v. Diderick de Fries en Catharina van Leeuswijck; get: Jan van Vliet, Mr. Theodorus Schrevelius, Belida Gaal, Maria van Kampen.

* 1674, 17-10: erfgoed Leiden e.o., 1004 DTB ondertrouw [21 W-113]: Mr. Theodorus Schrevelius, veertich in Rade der stad Leijden, jongman van Leijde, wonende op de Haerlemstraetvergeselt met de Hr. en Mr. Rijpert van Groenendijck, presiderende burgemeester deser stede, sijn oom, op ’t Steenschuijr, ende Margaretha Barberij, jongedochter van Leijden, wonende op de Oude rijn, vergeseld met Judick Barberij, haer suster, mede aldaer.

* 1674, 20-12: erfgoed Leiden e.o.: 0506 NA nots. D. de Fries [1225-104]: Mr. Theodorus Schrevelius, veertig in rade der stad Leiden, als mede erfgenaam van za: Doctr: Cornelis Schrevelius, te voren erfgenaam van Dirck Bardoel de jonge, sijnen oom was, transporteert en cedeert aan Francois van der Voort Salomonsz, coopman tot Amsterdam, zekere obligatie sprekende tot last van het gemeene land van Holland en West Friesland, inhoudende een kapitale som van fl 3000,- met de rente van dien, staande op naam van voorn. Bardoel de jonge

* 1675, 28-3: erfgoed Leiden e.o., Transportregisters Zoeterwoude [77-174]: Mr. Theodorus Schrevelius koopt een tuin met woonhuis, tussen Meerburg en de Schouw van Leiderdorp, ten W. de Rijndijk, ten W. Hendrik Floris van Spierenburg, ten O. de Rijn, ten N. wed.van Campen, voor fl 1000,- van Willem van der Helm

* 1675, 19-4: Erfgoed Leiden e.o.: DTB dopen: Elisabeth van Peene is getuige bij de doop van Cecilia, dochter van Justus Gijs en Jacomina le Pla.

* 1675, 28-6: erfgoed Leiden e.o. 0506 NA nots. L. van Overmeer [976-116]: verschenen Mr. Theodorus Schrevelius veertig in Rade der stad Leijden en Margreta Barberij, echtelieden, beide kloek en gezond, maken hun testament. Ze benoemen elkaar tot universeel erfgenaam. Ze bepalen dat als zij het eerst sterft, hij jaarlijks aan haar zuster, Judith Barberij, zal uitkeren fl 120,-. Mocht Judith overleden zijn, dan zal Theodorus Schrevelius moeten uitkeren aan Noach van de Kellenaer, haar zusters zoon, op zijn 25^e verjaardag of op zijn huwelijksdag, fl 1000,-. Verder zal zij de voogdesse zijn van de kinderen, in haar eentje zolang ze niet hertrouwd is, en daarna samen met Andreas Schrevelius, zijn broer, en Mr. Cornelius Rampens van Swieten, zijn neef, en andersom hij zelf, en na hertrouwen aangevuld met Isaac Hogenberch te Amsterdam, haar neef, en Issacq Arrelebout. (w.g. Schrevelius, Margreta Barbrij, nots + get)

* 1675, 9-7: Erfgoed Leiden e.o. 1674, arch 0506 nots. J. van der Stoffe [1092, akte 310]: Gecompareert Adriaen le Pla, coopman en juffr. Elijsabet van Peenen, echtelieden, hij ligt ziek te bedde, zij is kloek en gezond. Ze benoemen elkaar over en weer tot universele erfgenaam, met de macht om geheel vrij over de goederen en nalatenschap te beschikken. Wel zullen ze hun eventuele kind of kinderen moeten eerlijk opvoeden en onderhouden, lezen en schrijven leren en een goede eccercitie, ’t zij studie of koopmanschap. bij brengen. De langstlevende is voogd over de toezicht behoevende kinderen, met macht om een mede voogd te benoemen. (w.g. Elijsabeth van Peene; ..dog conde de hr. le Pla (vermits sijne swackheijt) sijn naem niet teijkenen)

* 1675, 30-7: Erfgoed Leiden e.o. 1674, arch 0506 NA nots. D. Verhagen [1041, akte 196]: Gecompareerd d’Ed. Jacob van der Stoffe als zich starck makende en de rato caverende voor Juffr. Elisabeth van Peene, weduwe en boedelhoudster van za: d’Hr Adriaen le Pla, d’Ed. Johannis van de Meulen voor zichzelf als zich sterk makende en de rato caverende voor Sr. Andries Ruffels (doorgehaald: Noch Lambrecht Groman) Noch Abraham Vromans, Govert van Velthuijsen, Willem Six, Frans de Witte, (doorgehaald: Gerard van der Eijle <Eijck?), Willem van Noort) Tieleman van Breda & Thomas Burnet (doorgehaald: Andries Ruffel en Maria, Baerent van <Els?>, allen kooplieden) ende bekenden zij comparanten (doorgehaald: thaeider volkomen genougen voldaen en betaelt te wesen van alle) mits beijde ende Corn:s van Scharpenbrand binnen de tijdt van de eerst comende elff maenden aen haer (ingevoegd: alsmede aen Srs Lambrecht Gromment, Gerrit van der Eijck, Willem van Noort, Barent van ..es en Maria Binckgraeff) opgebracht werdende boven ’t gunt zij comparanten ende de voorsz andere personen alrede hebben genoten of ontvangen, noch een somma van drie duijsent vier hondert twee en tseventich gul: vier stuijvers geheel ende al van desselfs swager Abraham de Rieuw voldaen en betaelt te wesen van al tgunt haer tot laste van de voorsz Rieuw was competerende (ingevoegd: hem vervolgens en de voorsz. Scharpenbrand bij deze bedankende). Compareerde mede de voorsz Scharpenb:t en beloofde als zijn eigen schuld de voorsz drie duizend vier honderd tweenzeventig guld: vier St: binnen de voorsz tijd te zullen voldoen. (w.g. veel namen en: J.v. Stoffe uijt naem van jufr le Pla)

* 1675, 11-8: Erfgoed Leiden e.o. 1674, arch 0506 nots. J. van der Stoffe [1092, akte 248]: Elijsabeth van Peene, weduwe en boedelhoudster van Adriaen le Pla, in leven koopman, is door wijlen haar man benoemd tot principale voogd over haar kinderen, blijkens hun mutuele testament van 9-7 jl. Ze benoemt tot haar mede voogd mr. Johan Vesanevelt, vroedschap en bewindhebber van de VOC ter kamer Amsterdam, en Jan le Pla, koopman tegenwoordig in Smirna. Van Vesanevelt compareert en accepteert.

* 1675, 17-8: Erfgoed Leiden e.o., arch 0506 NA nots. J. van der Stoffe [1192, akte 329]: Compareerde voor nots. Johannes van Sonnevelt de eerbare juffr. Elijsabeth van Peene, weduwe en boedelhoudster van Adriaen le Pla, in leven coopman deser Stad, machtigt notaris Jacob van der Stoffe om namens haar voor de weeskamer de voogdijschap over haar kinderen in ontvangst te nemen, conform hun testament en akte van voogdijschap dd 9-7-1675. (w.g. Elijsabeth van Peene)

* 1675, 6-9: Erfgoed Leiden e.o.: DTB dopen Pieterskerk [1004, 223]: gedoopt: Adriana Cecilia, dr.v. Adriaan le Plae salr: en Elisabeth van Peenen; get: Robert le Plae, Johan van Peenen, Jacomina le Plae, Jacob le Pla.

* 1676, 20-3: Erfgoed Leiden e.o. 1677, arch 0506 NA nots. J. van der Eijcke [995, akte 48]: Justus Ghijs, lasthebber van Johan le Pla, zijn broeder, en Elisabeth van Peene, weduwe en boedelhoudster van Adriaen le Pla, verhuurders, en Jan Willemsz van Slooten als huurder: ze verhuren een woning met huis, schuur, borch van ca 29 mergen wei- en hooiland, exclusief de stalling die de verhuurder tegenwoordig zelf gebruikt, gelegen aan de hoge Rijndijk in de Alpherpolder, voor de eerstvolgende vijf jaar, voor een huursom van fl 600,- per jaar. (w.g. Justus Ghijs, Jan Willemsz van Slooten)

* 1676, 15-5: Erfgoed Leiden e.o. 1677, arch 0506 NA nots. J. van der Eijcke [995, akte 67]: Elisabeth van Peenen, weduwe en boedelhoudster van Adriaen le Pla, vertelt dat haar man en diens broer Johan le Pla een contractuele negotie zijn begonnen voor de koophandel op 23-8-1671 (nots. J. vd Eijcke) waarin staat dat bij overlijden van één van hen de goederen niet mogen worden gepart of gedeeld, maar moeten worden verkocht. Johan le Pla heeft daartoe al acties ondernomen en Van Peene keurt die nu uitdrukkelijk goed, en ze machtigt hem on alles te mogen doen wat in het belang van die negotie is.

*1676 en 1677: nog veel onbekeken aktes bij nots Van der Stoffe van Eisabeth van Peene

* 1676, 30-1: erfgoed Leiden e.o. 1004 DTB dopen Hooglandsche kerk [239]: gedoopt Maria, dr.v. Jacobus Barbris en Anna Luijpart; get: Jan Piaat, mr. Theodorus Schrevelius, Margaretha van Eijck en Maria Hoorn.

* 1676, 18-2: Erfgoed Leiden e.o., arch 0506 nots. A. den Oosterlingh [1076, akte 25]: Margareta Barbrij, vrouw van Mr. Theodorus Schrevelius, veertig in rade en secretaris van Leiderdorp, kloek en gezond, bevestigt het mutuele testament, maar bepeelt nog het volgende: als zij voor haar man overlijdt en haar zuster, Judith Barbrij, tegenwoordig bij haar wonende, en haar man het huis verandert, dan zal hij Judith Barbrij fl 200,- per jaar moeten betalen, in plaats van de fl 120,- uit het testament. (wg Maerareta Barbrij)

* 1676, 17-5: erfgoed Leiden e.o. 1004 DTB dopen Hooglandsche kerk [239]: gedoopt Maria Schrevelius, dr.v. Theodorus Schrevelius en Margareta Barbrij, get: Johan Schrevelius, Judith Barbrij en Anna Schrevelius

* 1676, 27-5: Erfgoed Leiden e.o., arch 0506 nots. A. den Oosterlingh [1076, akte 79]: Margareta Barbrij, vrouw van Mr. Theodorus Schrevelius, veertig in rade, ziekelijk te bedde leggende, bevestigt het testament en het codicil van 18 februari, en bepaalt dat zus Judith Barbrij ook haar kleren van wol, zijde en linnen erft

* 1677, 7-8: Erfgoed Leiden e.o., arch 0506 nots. J. van der Stoffe [1193, akte 250]: Johan van Vesanevelt, oud-burgemeester, voor zichzelf en de rato caverende voor zijn schoonzuster Elijsabeth van Penen, weduwe Adriaen le Pla, verhuurders; en Cornelis Joosten van Leeuwen, wonende in het ambacht van Leiderdorp, huurder, verhuren een stuk warmoesland groot ca. zes morgen een hond, 65 roeden, waar van een stukje als laan voor het Huis ter Mije is afgenomen, gelegen aan de Mije laan in Leiderdorp, laatst in huur gebruikt bij Jan Leendertsz, voor de tijd van vijf jaar, voor fl 70,- per jaar.

* 1677, 26-9: Erfgoed Leiden e.o., arch 0506 NA nots. A. den Oosterlingh [1077, akte 180]: betreft een erfenis scheiding en deling binnen de familie le Pla, met zeer veel namen, waaronder Elisabeth van Peene, weduwe van Adriaen le Pla de jonge.

* 1677, 29-9: Erfgoed Leiden e.o., 0506 NA nots J. van der Stoffe [1193-256]: Mr. Theodorus Schrevelius, Schepen dezer stede, weduwnaar van Margaretha Barbarij, geassisteerd bij mr. Rippert van Groenendijck,end burgemeester derzelver stede, zijn oom, als toekomende bruidegom, en juffrouw Elisabeth van Peene, weduwe wijlen de heer Adriaen le Pla, vergezelschapt van Johan van Vesanevelt mitsgaders Johan le Pla, haar zwagers, en Johan van Peene haar oom, als toekomende bruid. Er zal geen gemeenschap van goederen zijn. Ze brengen hun bezittingen in, gespecificeerd op twee staten en met hun beide handtekeningen getekend. Als de bruidegom eerst sterft, dan krijgt de bruid fl 10.000,-; als zij eerst sterft, dan krijgt hij fl 8000,-.

* 1677, 29-9: Erfgoed Leiden e.o.: DTB ondertrouw W. [1004, invnr 21, blad W 293v]: de heer Mr. Theodorus Schrevelius, Schepen deser Stede, weduwnr was Margaretha Barbrij wonende op den ouden Rijn, verges. met dhr Rippert van Groenendijck, regerend burgemeester dezer Stede, zijn oom, op ’t Rapenburch, met Juffr. Elisabet van Peene, wed. van de heer Adriaan le Pla in sijn leven coopman wonende op de Breede Straet, vergezeld met Juffr. Margaretha van Rentchem <?>, haer meuij woont opt Rapenburch.

* 1678, 1-2: Erfgoed Leiden e.o.: DTB dopen Hooglandsche kerk [1004-239]: gedoopt Theodora, dr.v. Andries Schrevelius en Anna IJsselsteijn, get: Johan Schrevelius, Elisabeth van Peenen, Geertruijd IJsselsteijn

* 1678, 12-5: erfgoed Leiden e.o. 0508 ORA Leiden, Memoriaalboek II: collaterale successie [210+2, fol. 79v]: Margaretha Barberij (i.m.: Sollit den XX penn op den 12-5-1678): Heeft ten behoeve van haere erffgenamen ter zijde naergelaten (i.m.: verantwoord in den staat van p:o April 1678). Eerst de Gerechte Helft in een huijs en erve staande en gelegen binnen deser stedeop den Rijn aan den Ringh, is getaxeert op 600 guld (i.m.: is getaxeert op fl 600,-; den XXen penn is f. 30:-:-) Noch de helfte in een huijs en erve staende en gelegen op de Hogenoert op den hoeck van de Soende Watersteegh, is getaxeert op 250,- guld (i.m. is getaxeert op f 250 gull; den XXen penn. is fl 12:10:0). Noch de helfte in een huijsge en erve staende en gelegen in de Broulse steegh, is getaxeert op 100 guld: (i.m. is getaxeert op f 100 gull; den XXen pen is fl 5:0:0); Noch een Achttiende part in een huijs en erve staande en gelegen opt Rapenburgh, is getaxeert op 200 guld (i.m.: is getaxeert op f 200,-; den XXen penn is fl 10:0:0); In Soeterwoude: Eerst een achttiende part in omtrent twee morgen Warmoeslant gelegen t’eijnde gelegen de Looncburgerlaen, getaxeert op 100 gul (i.m. is getaxeert op 100 gull, den xxen penn is fl 5:0:0) Ende noch de helfte in een tuijntje groot 72 R. gelegen aan de Hogen Rijndijck, is getaxeert op 350 gull (i.m.: is getaxeert op f 350 gull den XXen penn is 17:10:0). Obligatien (diverse. en tebnslotte een rentebrief).

* 1678, 27-7: Erfgoed Leiden e.o.: DTB dopen Pieterskerk [1004-223]: gedoopt Cornelius, zn.v. Theodorus Schrevelius en Elisabeth van Peene; get: Andreas Schrevelius, Stephanus Wolters en Adriana Schrevelius

* 1679, 16-11: Erfgoed Leiden e.o.: DTB dopen Hooglandsche kerk [1004-239]: gedoopt Emmerentia, dr.v. de Hr. Theodorus Schrevelius, Schepen deser stadt en Juffr. Elisabeth van Peene; get: de Hr. en Mr. Johan van Vesaneveldt, Hooft-Officier deser Stadt, Maria van Groeneveldt en Anna Yselstein

* 1680, 28-1: Erfgoed Leiden e.o.: DTB dopen Nieuwe of Marekerk [1004-259]: gedoopt Elisabeth, dr.v. Marcus Piaet en Hiullegonda Schrevelius; get: Abraham Clingriet, Elisabeth van Peene en Adriana Schrevelius

* 1681, 22-10: Erfgoed Leiden e.o.: DTB dopen Pieterskerk [1004-223]: gedoopt Johan, zn.v. Mr. Theodorus Schrevelius en Elisabeth van Peene; get: Jan van Peenen, Andries Schrevelius, Hildegonda Schrevelius

* 1683, 28-8: Erfgoed Leiden e.o.: 0506 NA nots L. van Overmeer [978-97]: codicil van Elisabeth van Peene, huisvr. van de heer mr. Theodorus Schrevelius, tegenwoordig gecommiteerde van de Admiraliteit ter kamer Amsterdam, kloek en gezond. Zij bevestigt haar testament dd. 9-7-1675 voor nots. J. van der Stoffe. Zij prelegateert aan beide haar voorzonen Andries en Pieter le Plae het goudleerbehang en het schilderij boven de schoorsteen, uitbeeldende de Danckbaerheijt (gedaan door Mr. Jan Steen, constschilder), beide in de voorzaal van haar huis aan de noordzijde van de Bredestraet, nog het stuk schilderij voor de schoorsteen in het kleine zaaltje, zijnde de historie van Claudus Civilis, nog het lakenbehangsel, het ledikant met het behangsel, stoelen, tafels, tafelkleed, lakens en het stuk schilderij voor de schoorsteen in de kamer, nog de twee conterfeijtsels van haarzelf en haar eerste man, mede gedaan door Jan Lievens, kunstschilder. Wijders prelegateert zij aan haar zoon Cornelis Schrevelius, gewonnen bij haar huidige man, een speeltuijn met twee speelhuijsgens, gelegen buiten de Wittepoort aan de Heerweg in het ambacht Zoeterwoude, mits dat haar man zijn leven lang daarvan gebruik mag maken en genot zal hebben. Verder prelegateert ze aan haar dochter Emmerentia Schrevelius al haar juwelen en cleijnodiën en tenslotte legateert ze aan haar zoon Johannes Schrevelius en aan de kinderen die zij en haar man nog zouden mogen verwekken, elk een som van fl 3000,-. Ze bepaalt dat haar man de voogd zal zijn over de kinderen, zolnag hij na haar dood ongetrouwd blijft, en bij hertrouwen als mede voogd Johan van Vesanevelt, burgemeester van Leiden, en Jesias Huijbrecht, koopman.

* 1683, 24-10: stadsarchief Amsterdam: DTB dopen Oude Kerk [11-227]: gedoopt Theodora, Vadr: Theodorus Schrevelius, Moedr Elisabeth van Peene, get: Andries Schrevelius & Anna van Iselsteijn.

* 1684, 25-1: erfgoed Leiden e.o., 1004 DTB Dopen Hooglandsche kerk [241]: gedoopt Maria, dr.v. Andries Schrivelius en Anna Isselsteijn; get: Johan van Peenen, Elijsabeth van Peenen, Geertruijt Isselsteijn

* 1686, 11-7: erfgoed Leiden e.o., 1004 DTB Dopen Hooglandsche kerk [241]: gedoopt Maria, dr.v. Hr. en Mr. Theodorus Schrevelius, Vroedschap en Elijsabeth van Peene; get: mr. Andries Schrevelius en Anna van Yselsteijn

* 1687, 11-3: Erfgoed Leiden e.o.: 0506 NA nots. J. Aldenhooven [1545, akte 94]: gecomp. Mr. Diederick Schrevelius, praesident schepen van Leiden als getrouwd hebbende vrouwe Elisabeth van Peenete vorens weduwe en boedelhoudster van Adriaan le Pla, machtigt notaris Dirck Toornvliet om namens hem de zaak te behartigen die Schrevelius voor de Leidse vierschaar heeft aangespannen tegen Jan le Pla.

* 1687, 15-4: Erfgoed Leiden e.o., registers onroerend goed (Bonboeken) 501a, invnr. 6612, fol. 250v (wijk Gasthuijsvierendeel; Bredestraet): dit huis is sinds 26-2-1635 eigendom van Jan Adriaensz le Pla; het is bij scheiding tussen de kinderen en erfgenamen van Jan Adriaansz le Pla voor notaris Oosterlingh op 15-4-1687 verloot aan Elisabeth van Penen, weduwe en boedelhoudster van Adriaen le Pla. Het huis is op 2-5-1695, bij de scheiding voor nots. Boeckweijt van de erfenis van wijlen Elisabeth van Pene tussen Adriaen en Pieter Plaa, aan de laatste toebedeeld. Deze Pieter Plaa heeft het huis op 6-6-1725 verkocht aan Vincent van Tol.

* 1689, 2-5: Erfgoed Leiden e.o.: Bonboeken (registratie onroerend goed) 5^e register Burgstreng en Kerkvierendeel, 501A [6620 fol 48]: een huis aan de Oude Rijn door de erfgenamen van mr. Jacob Verweij op 10-5-1664 verkocht aan Maria Bodeijn, eerste weduwe van Noe Barberij, belast met (…), Opten 2-5-1689 is alhr. vertoont copije autenticq van sekere testamentaire dispositie opten 27-6-1675 verleden voor den notaris L. van Overmeer bij Mr. Theodorus Schrevelius en Margareta Barberij, echtelieden, welke Margareta Barberij een dochter en erfgenaam is geweest van de voorsz. Maria Bodeijn, waaruit blijkt dat de langstlevende, zijnde Mr. Schrevelius, erfgenaam van elle goederen geworden is. Het huis wordt in 1730 door Mr. Jan van Teijlingen, man van Maria Theodorusdr. Schrevelius verkocht.

* 1689, 9-9: erfgoed Leiden e.o., 1004 DTB Dopen Pieters kerk [224]: gedoopt: Agnietje, dr.v. Hr. en Mr. Theodorus Schrevelius, burgemeester, en Elijsabeth van Peene; get: mr. Andreas Schrevelius en Anna van Yselsteijn

* 1690, 15-1: Erfgoed Leiden e.o.: DTB dopen Hooglandsche kerk [1004-242]: gedoopt Theodorus, zn.v. Andries Schrevelius en Anna IJsselsteijn; get: Theodorus Schrevelius en Elisabeth van Peenen

* 1691, 16-6: Hogenda: Rechterlijk-Archief van Noordwijk no. 183: [190]: De heer en Mr Theodorus Schrevelius oud burgemeester en tresaurier van Leiden en de heer Pieter van der Codde secretaris van het baljuwschap van Rijnland als executeurstestamentair en voogden over de minderjarige erfgenamen van Adrianus Pety notaris te Leiden verkopen Maarten Willemszn. Overbeek zeker stukje land of kruidtuin gelegen omtrent de Korenmolen, belend NO en NW de koper en ZO de erfgenamen van Jan Willemszn. van Steenvoorden en ZW Dirck Dirckszn. Wassenaar, belast met ¼ van 2 gulden erfpacht, alles volgens de oude waarbrieven, daarvan de jongste is van 30-7-1687. Voldaan met een schuldbrief van 55 gulden. (191). 21-6-1691. Volgt schuldbrief met hypotheek op het gekochte. Afgelost 20-11-1695.

* 1693, 23-4: erfgoed Leiden e.o., 1004 DTB Dopen Hooglandsche kerk [243]: gedoopt Jacoba, dr.v. Hr. en Mr. Theodorus Schrevelius, Burgemeester en Elijsabeth van Peene, get: de Hr. Jacob van der Maes, Hoogheemraad van Rhijnland en President Burgemeester deser stad etc.; Joffr. Johanna Maria van Campen, huisvrouw van Mr. Adrian Pla

* 1695. 15-11: Erfgoed Leiden e.o.: DTB dopen Hooglandsche kerk [1004-243]: gedoopt Adriaen, zn.v. Hr. en Mr. Adriaen Pla en vrouwe Johanna Maria van Kampen; get: de Weled. Heer Jacob van der Maas, Hoogheemraedt van Rhijnlandt, Hooft-officier der Stadt Leijden etc. etc; De Hr. en Mr. Pieter Pla, Capiteijn van de Schutterije der Stadt Leijden. Vrouwe Elisabeth van Peenen, Vrouw van de Weled. Hr. en Mr. Theodorus Schrevelius: Borgermeester der Stadt Leijden en wegens de selve Gecommitteerdt ter vergaderinge van de Hoogh mog. Heeren Staten Generael der vereenighde Nederlanden etc. etc

* 1697, 26-5: Erfgoed Leiden e.o.: DTB dopen Hooglandsche kerk [1004-244]: gedoopt Maria Elisabeth, dr.v. Mr. Adriaan Pla en Johanna Maria van Campen. get: Cornelis de Ramaus: Raad en Vroedschap der Stad Rotterdam. Vrouwe Elizabeth van Peene, Huijsvrouw v.d. Weled. Heer Mr. Theodorus Schrevelius, Eerste, en Praesiderende burgermeester deser Stad etc.

* 1699, 21-6: Erfgoed Leiden e.o.: DTB dopen Hooglandsche kerk [1004-244]: gedoopt Jeremias Adriaan, zn.v. Mr. Pieter Pla en Theodora Verhagen, get: Hr. en Mr. Jeremias Ghijs, Hr. en Mr. Adriaan Pla, vrouwe Elijzabeth van Peene, huijsvroue van de Hr. en Mr. Theodorus Schrivelius, oud Burgermeester en Vroedschap deser Stede etc.

* 1700, 6-9: Erfgoed Leiden e.o.: 0506 NA nots. J. Boeckweijt [1417, akte 69]: Mr. Theodorus Schrevelius bepaalt dat hij begraven wil worden in de Hooglandsche kerk in graf Middelkerk 3, waar zijn beide overleden vrouwen ook begraven zijn, en de eerstvolgende 25 jaar daarna mag er niemand meer in begraven worden. Verder prelegateert hij aan zijn kinderen Cornelis en Emmerentia fl 2000,- en verder krijgen alle kinderen hun kindsdeel. Hij stelt tot voogden de heren Adriaen en Pieter Pla, zijn stiefzonen

* 1700, 18-9: Erfgoed Leiden e.o.: 0506 NA nots. J. Boeckweijt [1417, akte 72]: Mr. Theodorus Schrevelius, raad en regerend burgemeester, weduwnaar van Elisabeth van Peene, vader en voogd over zijn zeven minderjarige kinderen enerzijds en Mr. Adriaen Pla, secretaris van de Universiteits vierschaar, en mr. Pieter Pla, kapitein van de burgerij in Leiden, voorkinderen van Elisabeth van Peenen bij wijlen Adriaen Pla anderzijds. Schrevelius koopt de moederlijke erfenis af met fl 10.000,- voor elk van beide, waarvan beide al voor dato, tijdens het leven van hun moeder, fl 5000,- hebben gekregen; de betaling vindt plaats in obligaties. Schrevelius behoudt de gehele inboedel en erfenis voor zich. Er is geen nadere staat en inventaris opgemaakt.

* 1700, 28-10: Erfgoed Leiden e.o.: 0506 NA nots. J. Boeckweijt [1417, akte 80]: Mr. Theodorus Schrevelius, raad en regerend burgemeester, is door zijn overleden huisvrouw, Elisabeth van Peene, gesteld tot voogd over de minderjarige kinderen, blijkens haar testament van 28-8-1683 nots L. van Overmeer. Om niet alleen te blijven, benoemt hij tot mede voogden de heren Adriaen en Pieter Pla, zijn stiefzonen

* 1703, 27-11: Erfgoed Leiden e.o. 0506 NA nots J. Blommendal [1601-115]: Theodorus Schrevelius, regerend burgemeester van Leiden, machtigt procureur Jan van Campen voor de Hoge Raad van Holland, om op te treden in de zaak die Anna Agneta Huijbregts tegen Schrevelius heeft aangespannen. (w.g., in bibberige hand, Schrevelius)

* 1719, 8-2: Erfgoed Leiden e.o.: Bonboeken (registratie onroerend goed) 4^e register Hogewoerd, 501A [6619 fol 225v]: een huis op de Neder Hogewoerd, Noordzijde, is in 1640 verkocht aan Gerrit Pietersz Beeckentrapier; op 8-2-1719 staat er: is bij de Hr. en Mr. Theodorus Nobel, wednr. en boedelhouder van vrouwe Agneta Schrevelius, die een dochter en meede erfgename is geweest van wijlen de heer en mr. Theodorus Schrevelius, die eenige geïnstitueerde erfgenaem is geweest van vrouwe Margareta Barbarij, die een dochter en mede erffgen: was van Jannetie Passchier, die in haer leven laest weduwe en erfgen: is geweest van wijlen Gerrit Pietersz; hij verkocht het huis aan Maria Verbeeck, weduwe Pieter Fierce.

openstaande vragen / discussie

Margareta Barbarij is blijkens de akte van 8-2-1719 de dochter van Jannetje Passchier; blijkens de akte van 2-5-1689 echter is Margareta Barbarij een dochter van Maria Bodeijn, weduwe van Noe Barbarij.

meester Noël Barbry, koperslager, wordt op 11-10-1612 Poorter van Leiden, afkomstig uit Armentières (F.). Later is sprake van een Noël Barbry le Jeune en Le Viel.

Op 2-2-1651 hertrouwt Marie Bodeijn, weduwe van Noë Barbary (en vergezeld door haar schoonzus Margriet van Eyck) met de dekendrapier Gerrit Pietersz Knuystingh. Maria Bodeijn is overleden na 15-5-1660

* 1624, 23-8: Hogenda, transcriptie Weeskamer van Leiden, Voogdenboek C, 1614-1627 [243, fol. 176]: Mr. Dirck Schrevelius neef en Frans Cornelisz. van Overlochorst gebeden vriend zijn voogden gesteld over over mr. Maerten Edelwaert zijn zinnen onmachtig zijnde. Bijgeschreven: 3-1-1624 [kan niet kloppen; mogelijk bedoeld 1625]: Zijn mr. Dirck Schrevelius en Frans Cornelisz. van Overlochorst op haar verzoek van de voogdij ontslagen. 16-12-1630: Mr. Dirck Schrevelius neef en mr. Johan Angillis secretaris van Zoeterwoude gebeden vriend zijn voogden gesteld over mr. Maerten Edelwaert voorn.