XI-565 Nobel, Constantin
Constantijn Nobel
ouders: (Pieter) Constantijn Nobel en (Neeltje) Aletta Zegermans
geboren: (6-12-1658)
gedoopt:
overleden: in/voor 1711 (15-7-1701)
begraven:
beroep: Onderkoopman en Klein-winkelier in dienst der O.-Ind. Comp. te Batavia; tot 1e Dispensier aldaar aangesteld 22 Sept. 1691
woonplaats / adres: Batavia
relatie: trouwt [Batavia] (6-6-1680)
Bartha Bitter (XI-566)
ouders: Jan Bitter en Bartha Eijgels
geboren: (Harderwijk 10-7-1661)
gedoopt:
overleden: Batavia 9-11-1711
begraven:
beroep:
woonplaats / adres:
Zij hertrouwt voor 3-11-1711 Andries Leenders
kinderen:
Constantijn Nobel, geboren: (26-4-1683)
overleden: voor 21-5-1715
beroep: boekhouder
woonplaats / adres: Amsterdam
relatie: trouwt (3-4-1710)
Anna Levina Leenders, geboren: (Batavia)
overleden: begraven: Amsterdam (NZ Kapel) 29-1-1738
woonplaats / adres:
ouders: Andries Leenders en NN
Zij hertrouwt in/voor 1716 Jan Noach Du Fay
kinderloos(Aletta Nobel)
(dochter)
biografische aantekeningen
De biograaf Valentijn van Dirk de Haas, de stiefvader van Constantin Nobel, schrijft dat De Haas na de dood van zijn vrouw aan de 'oudste dochter van haar oudste zoon Constantin' een ring ter waarde van 4000 rijksdaalders schonk.
bronnen
lit: Elias, De Vroedschap van Amsterdam, p. 989 ev
* 1678, 22-6: ARSIP Daily Journals of Batavia Castle [2482, fol. 480]: ‘Heden na de middag, omtrent de clocke drie uijren is het lijk van de Hr. extraordinary Raet van India Constantin Nobel Zal: ged: op gisteren nae een langwijliche sieckte <?> gerustel: in den Heere ontslapen, statieus op het Inlands kerkhof deser stede ter aerde bestelt in dusdaniger manieren – [waarna omstandig vermeld wordt wie er in de lijkstoet welke rol had en wat er werd gedragen. (fol. 481): (…) daar na volgden de bloedverwanten als: Dirck Nobel, Jacob Nobel, Constantin Nobel de jonge – zijn Ed. nagelaten zoonen; dr. Petrus Wijtens, desselfs zwager; Cornelis Zegerman, Rutger Decker en Dirck de Haes, desselfs neven. Vervolgens kwam gouverneur-generaal Rijcklof van Goens, de directeur-generaal Cornelis Speelman, en nog een hele stoet hoogwaardigheidsbekleders.
* 1684, 8-9: ARSIP (Sejara Nusantara): Daily Journals of Batavia Castle 1624-1806 [2497 – p. 1061]: Heden ter vergadering den ondercoopman Cornelis Cuijk van Nierop tot facteurhouder in plaats van Govert van Hoorn, ende den boekhouder Constantin Nobel tot cleijne winckelier alhier in steede van Cornelis Casteleijn aangesteld ….
* 1685, 10-1: ARSIP (Sejara Nusantara): Daily Journals of Batavia Castle 1624-1806 [2498 – p. 28]: Heden zijn diverse ‘gequalificeerde dienaeren’ bevorderd in rang en/of gage…. wijders is den ondercoopman …. item den Boekhouder en cleijne winckelier Constantin Nobel tot ondercoopman met 40 glds voor 3 jaeren mede tzed:t 8en Septemb: passato ende den adsistent Jacob Pedel als opziender der cleedepakhuijs meede tot ondercoopman met 40 gdls per maant voor 5 Jaren van nu af aen.….
* 1686, 31-1: ARSIP: appendix op de resoluties van het gouvernement in het Kasteel van Batavia [1196, fol. 34]: betreft een resolutie van 27-12-1685, waarin een lijst voorkomt van particuliere crediteuren van de VOC: “…noch ook hetgeen Dirk Nobel competeert voor 1/3 part uijt 32395 1/8 r[ijks]d[aalders] alzoo dezen Jongeling tot Delft ter studie bestelt zijnde inder tijdt weder alhier bij sijn moeder en broeder verwagt werd (…) ende ten laatsten ook niet de post van 5088 rd:s d’Ed Hr oud ordinair raad Constantin [Nobel] toebehorende, mede om redenen aldaar gemeld…”
[idem, fol. 24]: Constantin Nobel ---- 6.000,- (eijgen Capitael)
[idem, fol. 31]: d’E. Joan Bitter ……[bedrag en de hele marge van de pagina zijn verloren gegaan], per resto van (…, onleesbaar) rd:s die op zijn ed. naam van desselfs voorzaat wijlen P…. zal:r rekeningh overgeschreven zijn.
* 1695, 9-8: Stadsarchief Amsterdam, 195 Archief Fam. Bicker [invnr. 935]: kopie testament van Jacobus Nobel uit Batavia, 1695: Op 9-8-1695 compareert voor Notaris David Reguleth in Batavia Monsr. Jacobus Nobel, geboortig van Tajoan, bejaard jongman, wonend in zijn tuin aan de Heereweg in Jacatra, ziekelijk te koij leggende, wil zijn testament maken. Hij verklaart geen ascendenten noch decendenten in ’t leven te hebben en aan niemand iets schuldig te zijn (en niemand iets aan hem). Hij bepaalt ten eerste te ‘Emancipeeren, vrij en liber te geven de volgende slaven en slavinnen’: Abraham van Bougis, terstond na zijn dood zal deze vrij en liber zijn en hij krijgt bovendien een legaat van 25 rijksdaalders; Michiel van Mallebaer eveneens terstont vrij en liber met een legaat van 20 rijksdaalders die beheerd zullen worden door Jacobs broer Constantin Nobel, koopman en eerste dispencier van het kasteel van Batavia, om aan Michiel er nu en dan geld van te verstrekken wanneer dat nodig is; Jacobus van Batavia blijft slaaf onder broer Constantin Nobel, totdat hij (na het leren van een ambacht) bekwaam is om zichzelf te onderhouden; Andresia van Balij krijgt haar vrijheid als zij na Jacobus’ dood nog vier jaren als lijfeigene gediend zal hebben onder zijn broer Constantin Nobel. Verder legateert hij aan de diaconie t.b.v. de armen 200 rijksdaalders, en evenveel aan het Lazarushuis op het eiland Purmerend. Verder krijgen de gezamenlijke kinderen van zijn broer Constantin Nobel 8.000 rijksdaalders, met verzoek aan de heren weesmeesters om dat geld te administreren, en bij het overlijden van een van de kinderen het geld toe te delen aan de anderen. Hij legateert aan Pieter Nicolaasz Mandijker, die bij hem woont en hem dient, alles wat zich bij zijn dood in zijn slaapkamertje bevindt, een serie boeken, een slaaf, genaamd Joris van Bougis, een slavin, genaamd Sara van Bandjar, plus 100 rijksdaalders. De dragers die zijn lijk naar de begraafplaats dragen krijgen elk een gouden penning en een Franse Reaal. De vrije vrouw Liesbeth van Bengalen (of bij haar vooroverlijden haar dochters kinderen genaamd Liesbeth en Lucretia Demel) 100 rijksdaalders en Lucretia de Mel, weduwe van Diogo de Mel, krijgt 50 rijksdaalders. Hij wil dat zijn lijk uit zijn tuin gedragen zal worden en als dat niet ‘bekwaam’ is, dat dan zijn behuwd-vader (= stiefvader) Dirck de Haes, raad ordinaris van India, bepaalt hoe het moet gebeuren. Zijn lichaam moet worden afgelegd en gewassen door de genoemde Pieter Nicolaasz. Verder nomineert hij tot zijn universele erfgenamen zijn waarde broeders Constantin Nobel (al eerder genoemd) en Petrus Nobel, oud 20 jaren thans in ’t vaderland, en wel als volgt: Constantin Nobel krijgt 6.000 rijksdaalders, plus de tuijn waar Jacobus Nobel woont en een slaaf, genaamd Valentijn van Bengale, de slaaf Manga van Toradja, de slavin Susanna van Toradja met haar zuigeling. Broeder Petrus Nobel daarentegen krijgt 12.000 rijksdaalders, een zilveren horloge, een paar gouden broeksknopen, een gouden penning, de jongen genaamd Samson van Bougis (broer Constantin zal hem een ambacht laten leren). Wat er resteert wordt door de twee broers onderling gelijkelijk verdeeld. Mocht Petrus kinderloos sterven, dan vervalt alles wat hij erft aan broer Constantin. De heren weesmeesters vraagt hij als executeurs testamentair en de ‘wel geduchte’ Raad Ordinaris Dirck de Haes moet met broer Constantin de begrafenis uitvoeren. Tenslotte vraagt hij aan zijn broer Constantin om na zijn dood juffrouw Geertruijd de Moor, vrouw van koopman Rutgert Decker, maandelijks vijf rijksdaalders toe te stoppen – hij vertrouwt erop dat dat wel gebeurt. (was getekend David Reguleth; Accordeert Batavia in de Weeskamer, 15-11-1711)
* 1715, 12-8: erfgoed Leiden e.o. 0506 NA nots Theodorus Schrevelius [1818 akte 40]: Mr. Dirk Nobel machtigt Christiaan Lambertsz te Amsterdam om van de weesmeesters van Amsterdam of de voogden van Jan en Anna Halmans, d.w.z. van de eigenaars van de obligatie van fl 3900,- dd 17-2-1686 op naam van Constantinus Nobel, die aan hem (Dirk Nobel) is gedonateerd door Dirk de Haas, raad van India, volgens de donatie-akte voor nots D. van Es te Batavia dd 9-11-1699. (w.g. Dirck Nobel)
* 1715, 1-8: Stadsarchief Amsterdam, 5046 Collaterale Successie [reg. 16, fol 173]: aangifte van de nalatenschap van Constantin Nobel door Anna Levina Leenders: de helft in drie obligatie à fl 2000,- op de Verenigde Nederlanden, de helft in twee obligatie t.l.v. Haarlem op naam van de weduwe Hendrik Hermansz uit 1704. En de helft in een prijs-loterij. De aangifte is gedaan door Andries Leendertsz als gemachtigde van zijn dochter Anna Levina Leenderts, weduwe en erfgenaam van Constantin Nobel (gemachtigd dd 25-7-1715 nots. Nic Sonmans). Ook Theodorus Nobel doet een opgave voor de collaterale successie, wegens fideïcommissaire goederen: vijf obligaties t.w.v. 5800,- en gedateerd 20-12-1712 op naam van Constantin Nobel.
Openstaande vragen / discussie
Elias, De Vroedschap van Amsterdam schrijft vanaf p. 989:
Constantijn Nobel, geb. 1628, st. kort vóór 1694, vertrok naar Indië en werd er koopman in dienst der O.-Ind. Comp.; als Gezant der Comp. naar China tot den Onderkoning van Foe-Kien gezonden 1662 (c); als Eerste Raad den Ambassadeur Pieter van Hoorn in 't gezantschap naar den Keizer van China te Peking toegevoegd 2 Juni 1666; Eerste van de negotie naar China 6 Juli 1668; Lid van den Raad van Justitie 19 Juni 1671 ; 2c Opperkoopman van 't Kasteel Batavia 20 Febr. 1672; Extraordin. Raad van Indië 8 April 1678 (d); hij liet een aanzienlijk vermogen na; tr. Aletta Zegermans.
Zij lieten de volgende twee zoons na (e):
a. Constantijn Nobel, geb. 6 Dec. 1658, st. 15 Juli 1701, Onderkoopman en Klein-winkelier in dienst der O.-Ind. Comp. te Batavia; tot 1e Dispensier aldaar aangesteld 22 Sept. 1691 (f); tr. 6 Juni 1680 Bartha Bitter, geb. te Harderwijk 10 Juli 1661, st. 1711, dr. van Mr. Jan, Burgemr. van Wijk-bij-Duurstede (g), en van
Bartha Eyghels. Zij hertr. Andries Leenderts (h).
Uit het eerstgenoemde huwel. sproten de volgende twee kinderen:
aa. Constantijn Nobel, geb. 26 April 1683, st. kinderl. te Amsterdam, 1715 (i), tr. 3 April 1710 Anna Levina Leenderts, geb. te Batavia, st. 1735. dr. van Andries Leenderts (j). Zij hertr. Mr. Jan Noach du Fay (zie Aant. bij N°. 311).
bb. Mr. Theodorus Nobel, geb. te Batavia 6 Dec. (1688?) (k), st. te Leiden 16 Sept. 1736, vestigde zich als advocaat te Leiden op de Breestraat en was er Regent van 't Gasthuis; tr. (beide malen te Leiden) i°. 15 Sept. 1711 Agnieta Schrevelius, geb. 7 Nov. 1689, st. te Leiden en er begr. Hooglandsche Kerk 5/12 Febr. 1718, dr. van Mr. Theodorus, Burgem1". van Leiden, en van Elisabeth van Peene (l); tr. 20. 3 Sept. 1724 Theodora van der Marck, gedt. te Leiden 14 Juli 1693, dr. van Mr. Hieronimus, Schout van Leiderdorp, en van Agatha Maria Arckenbout. Drie van de dochters uit het eerste huwel. trouwden; daarvan volgt de jongste:
Agatha Hieronima Nobel, tr. Mr. Pieter Cypriaan Testart (zie bij N°. 274, Bijl. 1).
b. Pieter Nobel, gedt. te Batavia 22 Sept. 1675 (m), st. te Amsterdam 26 Dec. 1725, werd in 1694 door Weesmeesteren van Batavia naar Amsterdam gezonden, om aldaar „onder toesigt van den E. Jan Bitter" verder te worden opgevoed; in 1700 werd hem door Weesmeesteren van Amsterdam zijn vaderlijk erfdeel, bedragende ƒ 123.643, overhandigd (n); hij bleef daarna, denkelijk als rentenier, te Amsterdam wonen, eerst (bij zijn huwelijk) op den Kloveniersburgwal, daarna (bij zijn overlijden) op de Keizersgracht; tr. te Muiden 2 Mrt. 1706 Willemina Sophia von Beilewitz, st. 26 Juli 1710, dr. van Jan Dietrich von Beilewitz (o). Behalve eene dochter sproot uit dit huwel. een zoon:
Mr. Constantijn Gerard Nobel, Heer van Hoekenburg, geb. 1706, st. 1 Febr. 1781, en begr. te Rijswijk; hij was eigenaar van de plantages Courtvlucht, Groot Cuylenburg, Halle in Saxen en Onoribo, alle in Suriname, en dreef als zoodanig een voornamen handel in suiker en koffie (p); hij woonde te Amsterdam op de Keizersgracht, over de Westerkerk, en bezat in Gelderland het Huis Hoekenburg, te Rijswijk (gemeente Maurik); tr. te Nederhorst den Berg April 1783 Johanna Elisabeth Lesjeer, gedt. W. K. 20 Dec. 1716, begr. Walenk. 14 Nov. 1765, dr. van Jacob Lesjeer. Jacobsz., op de Heerengracht, en van Anna Catharina de Vooght. Uit dit huwel. sproten zeven kinderen, waarvan het derde volgt:
Pieter Constantijn Nobel, N°. 429.
429. PIETER CONSTANTIJN NOBEL. Raad 1787; op aandrang der Amsterdamsche Patriotten op onwettige wijze verkozen 7 Mei 1787; hij legde zijn post 7 Oct. d. a. v. neder. Schepen 1786. Vaandrig der Burgerij 1766, Kap". 1773. Koopman en directeur van een viertal negotiatiën ten laste van planters in de Kolonie Suriname (a). Hij woonde op de Keizersgracht, op den Noorderhoek van de Westermarkt (thans n°. 198). Gedt. Z. K. 2 Mrt. 1746, st. 11 Sept. 1788, zoon van Mr. Constantijn Gerard (zie Aant., hieronder) en van Johanna Elisabeth Lesjeer. Tr. 12 Dec. 1769 Maria Pannekoek, gedt. O. K. 6 Aug. 1751, st. 25 Nov. 1808, dr. van Anthony Pannekoek, van Renkum, Boekhouder van het O.-Ind. Coinpagnie's Pakhuis, en daarna koopman op de West, wonende op den N. Z. Achterburgwal, en van Catharina Lont, van Arnhem (b). Wonnen Kinderen.
Aantekeningen:
(a) Deze negotiatiën waren: i. Eene op de plantages Rust en Werk, 't Einde Rust en Remoncourt, alle in Suriname, genegotieerd door P. C. Nobel in 1774. 2. Eene ten laste van Carel Philip Spillenaar en Vrouwe Maria van Heemskerck, gevestigd op de plantage Klein Westphalen Hoopt, genegotieerd door P. C. Nobel in 1778. 3. Eene ten laste van J. C. Gosseky en Vrouwe J. van der Weg, op de plantages Hisveld en den Uitvlugt, genegotieerd door P. C. Nobel in 1784. 4. Eene ten laste van Jacob Hendrik Talbot en Vrouwe G. S. Deutz, op hypotheek van de plantage Slootwijk, genegotieerd door Matthijs Ooster en P. C. Nobel in 1786 (Nederl. Mercurius 1788, p. 25, 78, 81; 1798, p. 150; Amsterd. Courant, 7 Oct. 1784); (b) Kerkint. reg., i. d. 9 Juli 1744; Quohier 1742, fo. 11 ia; (c) Pieter de Goyer en Jacob de Keizer, Eerste gezantschapsreis der Hollanders in China, p. 27; (d) Register „Personalia" op de besluiten der Hooge Indische Regeering, Rijksarchief te 's-Hage (Aanwinsten 1892, n°. 21, eerste deel); (e) De o. a. in 't Stam- en Wapenboek van Vorsterman van Oyen afgedrukte genealogie Nobel geeft op, dat Constantijn Nobel Sr., geh. met Aletta Zegermans, de grootvader, en Constantijn Nobel Jr., geh. met Bartha Bitter, de vader was, zoowel van Pieter Nobel, geh. met W. S. von Beilewitz, als van Constantijn Juniorsz. en Mr. Theodorus. Uit de doopacte van Pieter (zie hierna) blijkt echter dat deze een zoon, niet van Constantijn Jr., maar van Constantijn Sr. was; dus moet hij een broeder geweest zijn van Constantijn Jr.; (f) Zie noot d, hiervóór; (g) Mr. Theodorus Nobel werd bij zijn ondertr. te Leiden 28 Aug. 1711 geassisteerd „met den Heer en Mr. Jan Bitter, burgermeester te Wijk by Duurstede, zijn grootvader". (Mededeeling van den Heer W. J. J. C. Bijleveld, Commies aan 't Gem.-archief te Leiden); (h) Mr. Th. Nobel was bij zijn ondertr. met Theodora van der Marck, te Leiden, 18 Aug. 1724, geassisteerd „met Andries Leenderts, zijn aanbehuwde vader uit Amsterdam". (Mededeeling alsv ); (i) Coll. Succ., Keg. 16, fo. 173; (j) Deze Andries Leenderts was de tweede man van Constantijn Nobel's moeder Bartha Bitter; (k) In de geneal. staat als geboortedatum opgegeven: 6 Dec. 1698. Dit kan natuurlijk niet juist zijn, daar Mr. Th. Nobel in 1711 trouwde. Volgens 't Leidsche Album Stud., p. 799 en 960, was hij in 1707 oud 20 j en in 1736 oud 44 j.; (l) In de geneal. wordt als de moeder van Agnieta Schrevelius genoemd: Margaretha Barbery. Dit kan niet waar zijn, immers hertr. Mr. Theod. Schrevelius 19 Oct. 1677, als wedr. van Margaretha Barbery, met
Elisabeth van Peene, wede. Adriaen Le Pla. Daar Agnieta in 1689 geboren werd, is zij dus uit haars vaders tweede huwelijk gesproten; (m) Een afschrift van de doopacte in 't register der Geref. Kerk te Batavia berust in de Wk. Lade 434. Getuigen bij den doop van Pieter waren: „Sr. Albertus Oosterwijk, sijnde sijn plaats bekleet door den Eerw. Do. Petrus Wytens, Sr. Johan Putmans, Juffw. Sara Bessels, huijsvrouw van d'Hr. Pieter van Hoorn, Juffw. Petronella de Moor"; (n) Brief van Weesmren. Van Batavia aan die te Amsterdam, i. d. 30 Nov. 1694; Wk. Reg. 39, fo. 256 v°.; (o) Schepenminuutreg., N°. 833, fo. 228 v°. J. D. von Beilewitz was denkelijk officier; (p) Mededeeling van Mr. H. C. Obreen, te Heemstede. Vgl. o. a. Reg. van Certificatiën en Affirmatiën 1756—'60, i. d. 23 Aug. en 29 Dec. 1758.
****
Constantijn Nobel was secretaris van Formosa (Taiwan): het betreft hier kennelijk de grootvader, die in 1678 overleed.
Frederik Coyett: 't Verwaerloosde Formosa of 't Waerachtig verhael..., (1675): hij citeert uit een notulen, opgesteld door de secretaris Constantijn Nobel, opgemaakte te Tayouan 1-5-1661.
N.G. van Kampen: Geschiedenis der Nederlanders buiten Europa (1831), p. 114: In 1662 werd Taiwan door Chinezen veroverd. Zij hielden vele vrouwen en anderen gevangen, in totaal 100 mensen. In 1662 werd een vloot onder admiraal Bort, vice-admiraal Jan van Campen en schout-bij-nacht Constantijn Nobel uitgezonden om onder de Mantchoux in China steun te krijgen voor een herovering, maar vergeefs.
François Valentijn's Oud en nieuw Oost-Indiën met aanteekeningen, volledige inhoudsregisters, etc. opnieuw uitgegeven (1862).
Dirk De Haas was een erg rijk geworden gouverneur van Batavia, van eenvoudige komaf. Valentijn heeft onder hem gediend.
Op een gegeven moment (in juni) moest De Haas naar Ternate vertrekken, en juist op dat moment werd zijn gemalin, Aletta Zegermans, ziek. Zij werd in de goede zorgen van de heren Crudop, Van der Sluis, Valentijn en Van Brussel toevertrouwd en de twee ‘opperwondheelers’ Molkman en Boekhout, en de voornaamste Hollandsche juffrouwen. Maar de ziekte nam toe. Om de andere nacht waakten een predikant, een wondheler, twee of drie juffrouwen en verscheidene slavinnen bij haar ziekbed. Dit duurde ettelijke nachten, “totdat haar edele op den 8sten Julij zeer Godzalig en met volle verstand des geloofs, ontsliep.”
In november kwam De Haas in Batavia terug en hoorde toen pas dat zijn vrouw was overleden. Zij had in haar testament aan elk van haar vier voorkinderen 7000 rijksdaalders vermaakt. De Haas had zelf geen kinderen, maar uit edelmoedigheid verdubbelde hij dat bedrag tot in totaal 56000 rijksdaalders. Aan de oudste dochter van haar oudste zoon (genaamd Constantijn Nobel), gaf hij bovendien een ring ter waarde van 4000 rijksdaalders.
Zie voorts de reisbeschrijving van de China-reis van Van Hoorn, Van Kampen en Konstantijn Nobel in 1668.
Constantijn Nobel is benoemd tot opperkoopman (dwz: tweede koopman) van het Kasteel van Batavia.
In 1662/63 was hij als schout-bij-nacht op expeditie naar China, en werd daar geruime tijd gevangen gezet, kennelijk als gijzelaar. Een uitgebreid verslag daarover is te vinden in het Dagregister van die jaren: https://babel.hathitrust.org/cgi/pt?id=mdp.39015020146059&view=1up&seq=7&q1=Nobel
Mr. Jan (Joan) Bitter, gewezen raad van Batavia, is in 1679 formeel gescheiden van zijn vrouw, Cornelia van Nieuwenrode. Zie over hem en haar Nieuw NL biografisch woordenboek
****************
Wall, V.I. van de,"Vrouwen uit den Compagnie's tijd". Visser,1923. https://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMKB18A:015382000:00011. Bevat een uitvoerig hoofdstuk over Aletta Zegermans. Aan deze (niet geweldig nauwkeurige) bron ontleen ik o.a. het bestaan van een dochter Aletta Nobel (hierboven tussen haakjes genoemd).
https://www.stamboomforum.nl/subfora/3/2/15804/0/:
Uit de Indische Navorscher no. 7 [1941], blz. 60
Constantijn Nobel, geboren te Amsterdam in 1628, overleden 21 Juni 1678, Onderkoopman in dienst der 0.I.C: op Tayouan 1657, Secretaris des Gouvernements op Tayouan (fort Zeelandia) 1661.
Als Koopman werd hij in 1662 als Gezant naar China toe den Onderkoning Foe Kien gezonden. Wordt Schout bij Nacht over de retourvloot 12 Juni 1664. Den volgenden dag worden hem 150 rijksdaalders toegelegd ,,in plaats van schenkagie hem bij den Tartarischen Keyzer in Hoksieuw gezonden?.
Wordt 1 Mei 1665 ter verrichting van compagnies-zaken opnieuw naar Hoksieuw gezonden: 8 Mei 1665 wordt besloten, dat hij 100 kisten zilver uit Japan zal mogen eischen, om die in goud voor Cormandel te besteden, terwijl 19 Mei van dat jaar wordt vastgesteld, dat hij na ?t volbrengen van den handel weder herwaarts zal keeren. Op 2 Juni 1666 werd hij als Eerste Raad aan den Ambassadeur Pieter van Hoorn in ?t gezantschap naar den Keizer van China te Peking toegevoegd. Wordt Eerste van de Negotie naar China 6 Juli 1668. In Rade van Justitie geassumeerd 19 Juni 1671. Tweede Opperkoopman van ?t Casteel van Batavia 20 Febr. 1672. Extra-ordinaris Raad van Indië bij missive van de Heeren XVII 8 April 1678. Hij ondertr. Tayouan 9 dec. 1657 en huwde aldaar 3 Jan. 1658 Aeltjen Sefermans, j.d. van Tayouan, waar zij 20 Januari 1640 geboren werd, ? Ambon 8 Juli 1689, begraven aldaar 11 Juli 1689. Zij testeerden 28 Febr. 1678 voor Notaris J. Keysers van Breda te Batavia. Zij hertrouwde met den Raad van Ned.-Indië, Commissaris over de Oostersche Provinciën en Gouverneur van Ambon Dirk de Haas. Haar grafsteen met de wapens van haar en haar tweeden man is afgebeeld in van de Wall?s ,,De Nederlandsche Oudheden in de Molukken?.
Uit de Navorscher 1929, blz. 87
Nobel, Constantijn ,geb. A?dam, in 1661 secr. des gouvernements van Formosa, X Tayouan 3 Jan. 1658 (X 9 Dec. 1657) Aletta Zegermans.
Uit hun huwelijk o.a.
I. Constantijn N., ged. Tayouan 12 Dec. 1658.
2. Jacob N., ged. a. v. 7 Nov. 1660.
Bronnenpublicatie deel 1, blz.139
DE PROTESTANTSE KERK TE AMBOINA
Grafschriften in de kerk.
Hier Rust Terwijl de Ziel Gode Leeft
Het Lichaam Van De.Zedige En.Deuglie-
Vende.Vrouwe Aletta Zegermans
Bij .Haar Leven Waarde Gemalinne.Van
D?E Heer Dirk D?Haas, Raad van Ne-
Derlands . Indien, Commisaris Over
D?Oostersche.Provincien.En Gouver-
Neur.In.Amboina, Zy.Quam Ter We-
Reld.In.Tayouan.Den.19e Van Lou
Maand.Des.Jaars.Na Christi.Mensch
werding. 1640,en.Is.Ontslapen Den
8e Van Hoymaand.Des.Jaars. 1689 En
Haars Ouderdom.49
Betreur,O,Ambons.Volk!
Het.Lyk.Dat.Dese Kolk.
Verbergt.Met.Brakke.Traanen.
Dog.Laat.Alettaas Deugd,
Wie?T.Weldoen.Was.Tot.Vreugd,
U.T.Spoor.Ten.Hemel Baanen
Oudheidkundig verslag ..., 1921, 01-01-1921. Geraadpleegd op Delpher op 24-06-2022, https://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMKITLV3:002508002:00001 heeft een foto van dat graf:
