IX-139 Van Wolfsbergen, Adrianus

Adrianus van Wolfsbergen

ouders: Egidius (Egon) van Wolfsbergen en Margaretha Udo

geboren:

gedoopt: Lommel 24-10-1702,

overleden: voor 1-8-1759 (rechterlijk archief Nijmegen)

begraven:


beroep: timmerman en handelaar,

woonplaats / adres:

relatie: trouwt Kessel 8-5-1735 (ondertrouw Den Haag 10-4-1735)

Johanna Hendrika de Ram (IX-140)

ouders: Wolter de Ram en Margarita van Aldenborg

gedoopt: Nijmegen 31-10-1706

geboren: Nijmegen

overleden: Den Bosch? na 1767

begraven:

beroep:

woonplaats / adres:

kinderen:

  1. Margriet van Wolfsberge, gedoopt: Den Bosch 16-12-1736
    overleden: 's-Hertogenbosch 15-5-1777
    beroep:
    woonplaats / adres:
    relatie: trouwt
    Hendrik Soetens, geboren: Oirschot 5-3-1730
    overleden: te ? 6-7-1788
    beroep:
    woonplaats / adres:
    ouders: Felix Soetens en Anna Magdalena Renesse
    weduwnaar van Woutrina van Vuur

  2. Adriana van Wolfsbergen, 1738-1804, X Philippus de Bergh, VOLGT VIII-70

  3. Geertruij van Wolfsbergh, gedoopt: Den Bosch 12-10-1741

  4. Ego van Wolfsbergen, gedoopt: Den Bosch 7-6-1744,
    overleden: Rotterdam 4-6-1810,
    beroep: boek- en papierhandelaar en uitgever
    woonplaats / adres: Rotterdam,
    relatie (1): trouwt Rotterdam 7-11-1769
    Mensje Blok, geboren: Zwijndrecht ca 1740,
    overleden: Rotterdam aan een borstkwaal 8-5-1797,
    woonplaats / adres:
    ouders:
    relatie (2): trouwt Rotterdam 20-7-1800
    Maria Martha Natheij, geboren: Grave ca. 1752
    overleden: Utrecht 7-9-1829
    woonplaats / adres:
    ouders:

  5. Wouterina van Wolfsbergen, gedoopt: Den Bosch 28-11-1745
    overleden: 's-Gravenhage 23-4-1823
    beroep:
    woonplaats / adres:
    relatie: trouwt
    Jan Adam de Marree, geboren: 's-Gravenhage ca 1750
    overleden: 's-Gravenhage 27-4-1828
    beroep:
    woonplaats / adres:
    ouders: Jan Adam de Marree en Johanna Antonia Dal


handtekeningen van de broers Wouter en Adrianus van Wolfsbergen onder de aanvaarding van hun rol als belastingophalers in Heesch, 1738

biografische aantekeningen


bronnen


(Bossche Encyclopedie: Adriaan van WOLFFSBERGEN en Johanna Henrica de RAM, te ’s-Hertogenbosch, Mutueel testament 03.05.1742 | N 3140 | f 17)

(in 1767 is ze als wed. van Adriaan van Wolfsbergen bewoonster van een huis Wolvenhoek in Den Bosch)

www.bossche-encyclopedie.nl/straten/wolvenhoek.htm: De straat Wolvenhoek dankt haar naam aan Adrianus en Wouter van Wolfsbergen, die op de hoek Wolvenhoek en Keizerstraat pakhuizen bezaten. Zelf woonden zij in het pand Het Swijnshooft, gedateerd 1634. Dit grote pand met inrijpoort, is nu onderdeel van het Stadskantoor. In de Franse Tijd (1795-1814) werd het hoekcomplex eigendom van de gemeente. In 1814 wilde men op deze plek een nieuwe gevangenis bouwen, met daarnaast kantoren voor de gehele rechterlijke macht. In de Sint-Joriskapel (hoek Sint-Jorisstraat en Keizerstraat) zou de grote zittingszaal gerealiseerd moeten worden. Dat plan heeft echter geen doorgang gevonden. Rond 1850 verhuisde de Koninklijke Marechaussee van het Keizershof in de Keizerstraat naar het buurpand, op de hoek van de Wolvenhoek. Na verhuizing van de marechaussee naar de Vughterweg in 1910, kwamen de gebouwen leeg te staan en werden tenslotte afgebroken. Er voor in de plaats in 1932 kwam het Belastingkantoor, een indrukwekkend gebouw in Amsterdamse Schoolstijl. Zo'n zestig jaar heeft het huisvesting verleend aan deze rijksdienst. Na verhuizing van de Belastingdienst naar nieuwbouw aan de Kooikersweg, bood het imposante pand enkele jaren onderdak aan Rijkswaterstaat. Het maakt nu onderdeel uit van het Stadskantoor.

De straat Wolvenhoek is ooit 'Zijle' genoemd. Dat heeft te maken met de Binnendieze, die in de middeleeuwen daar ter plekke overal aanwezig was. Een zijl of zile is een afloop van water, of wel een uitwateringssluis. Ook Achter het Wild Varken, Achter het Verguld Harnas en Achter het Stadhuis hebben ooit 'Zijle' geheten.

... toen de erfgenamen zijner weduwe, Anna Maria Tromp, het 11 Juni 1717 (Reg. n° 538 f. 5) aan François van Paddenburg verkochten, werd het omschreven als een tuin, gelegen op den hoek van de Keiser- of Waterstraat, ex uno et fine uno de straat, ex alio de Diese, strekkende met eenen einde tot aan het erf van Le Kock, baron van Liefkens Rode. François van Paddenburg voornoemd, die schepen en raad van den Bosch was, verkocht 2 April 1743 dezen tuin, die nu gezegd wordt gelegen te zijn op den hoek van de Keizer- of Waterstraat, ex uno et fine uno de straat, ex alio de Dieze en ex alio fine de kooper, aan Adrianus van Wolfsbergen, timmerman te den Bosch. Deze bouwde er een pakhuis op, waarna hij dat pakhuis met het nog onbebouwde gedeelte van gezegden tuin 14 September 1745 (Reg n° 563 f. 492 vso) verkocht aan zijnen broeder Wouter van Wolfsbergen. Vermits genoemde gebroeders van Wolfsbergen ook een ander gedeelte van het Huis van Brecht en wel het gedeelte, dat aan het voorschrevene grensde, bezaten, zoo zal het het regelmatigst zijn om alvorens met de verdere lotgevallen van het hierbedoeld deel van het Huis van Brecht voort te gaan, eerst mede te deelen, wat na doode van den hoog- en laagschout Jan van Brecht, en diens echtgenoote Elisabeth van Hunnenberch met het overige gedeelte van het Huis van Brecht geschiedde. ... ten laste van die dochter, althans van eene vrouwe van Zuilichem, werd het 24 Juli 1736 (Reg. no. 557 f. 181 vso) weder gerechtelijk verkocht, nu aan genoemden timmerman Adrianus van Wolfsbergen, die het 14 September 1745 (Reg. no. 563 f. 492 vso) op zijne beurt verkocht aan zijnen broeder Wouter van Wolfsbergen, zoodat het kleine huis van Brecht en het laatstbedoeld gedeelte van het groote huis van Brecht nu weder in eene hand waren. Ook ten laste van laatstgenoemden Wouter van Wolfsbergen werden die beide perceelen, nu omschreven als: a. pakhuis met tuin; b. huis met erf en open plaats, gelegen tusschen het erf sub a en dat van J. Sartorius, gerechtelijk verkocht en wel den 25 November 1768 (Reg. no. 580 f. 295); het werd toen gekocht door Willem Huyskens, conciërge der stad den Bosch; hij schijnt op de erven van die beide gedeelten van het Huis van Brecht een huis met stal en koetshuis te hebben gebouwd, want toen zijne weduwe Willemke Pelle die gedeelten 17 Nov. 1777 (Reg. no. 592 f. 374 vso) verkocht aan Diederik Huygens, oud-schepen en raad van den Bosch, werden zij aldus omschreven: „huis met tuin, open plaats, stal en koetshuis, staande en gelegen omtrent den zoogenaamden Wolfshoek, naast het huis van Johannes Sartorius ex uno en de Keizerstraat ex alio en zich uitstrekkende tot aan de Dieze"....

“Betaelt aen Adriaan van Wolfsbergen de somme van 101 gul. 9 st. voor 42 palen en ijzere ringen gestelt op St. Jacobs kerkhoff voor de paarden en beestenmarkt.” bron:stadsrekeningen 1744. http://www.bossche-encyclopedie.nl/artikelen/bruijn,%20m.w.j.%20de/052.htm

De baracken in de Mortel aanbesteed op 22 februari 1744. Aannemer: Adrianus van Wolfsbergen borgen: Cornelis Snijers Henrik Laurens van Luiden. s.n. ('s-Hertogenbosch 1993, auteur Henk Bruggeman)


* 1735, 10-4: familysearch: DTB ondertrouw Den Haag, boek 197/204 [film M99Q-KK1 scan 385]: “Adrianus van Wolfsbergen, j.m. geb. van Lommel en won. te ’s Bosch, met Johanna de Ram, geb. te Nimwegen en won alhier”

* 1735, 8-5: BHIC, DTB Lith, ondertrouw te Kessel: zijn alhier op attestatie van 's Gravenhage en 's Bosch getrout: Adrianus van Wolfsbergen j.m., van Lommel en wonende te ’s H. Bosch, met Johanna de Ram, j.d., geb. te Nimwegen en wonende in ’s Graven hage.

* 1738, 7-3: Archieven.nl BHIC: 7302.97 Index schepenprotocol Heesch [p. 498]: omdat de collecte of ingadering wegens het dorp Heesch van de landverponding en beede, ingegaan primo december 1736, alsmede gemeene, dorpsreele en personele lasten ingaande 1737, 1738 en 1739 publiek te beurde zijn gebracht en gegund aan Gerardus van Riemsdijk als minst biedende, maar Van Riemsdijk inmiddels is overleden en zijn weduwe voor de collecte bedankt, hebben de regenten van Heesch aan Cornelis Wijngaerts en Wouter van Wolfsbergen de collecte opgedragen. Zij zullen de genoemde lasten invorderen, innen en ontvangen, en daarvan betaling doen op dezelfde condities als op 28 december 1737 met Van Riemsdijk waren overeengekomen. Ze krijgen daarvoor elf stuivers voor elke honderd gulden (ofwel: 5,5% van de opbrengst). Ze hoeven geen zestien zitdagen in Heesch aanwezig te zijn, maar slechts zes of acht, en de rest kunnen ze in ’s Hertogenbosch blijven. Adriaan van Wolfsbergen treedt voor de twee collecteurs op als borg.

* 1743, 28-5: Archieven.nl BHIC: 178.339 Resoluties Raad van State [98, p. 635v]: Rentmeester de Back meldt in een missive de resultaten van publieke aanbesteding van kerken en molen. In de lijst komt voor de reparatie van de preekstoel in de kerk van Bergeijk, die begroot was op fl 150,-, en wordt aangenomen door Adriaan van Wolfsbergen, mr. timmerman te ’s Hertogenbosch, voor fl. 135,-

* 1744, 6-3: Archieven.nl BHIC: 178.341 Resoluties Raad van State [43, p. 321v]: Adriaan van Wolfsbergen heeft op 26-8-1738 voor nul gulden van Herman van Nauhuijs een huis verworven waarop een jaarlijkse erfpacht rust van fl 40,-, te voldoen aan het kantoor der domeinen. Zowel zijn voorganger als Van Wolfsbergen zelf hebben heel veel in het huis moeten investeren om te voorkomen dat het instort. Omdat het met een boog over een Dieze is gelegd, zijn de (financiele) risico’s bij instorting heel groot. Van Wolfsbergen verzoekt daarom verlaging van de erfpacht naar fl 25,- à 30,-. hij heeft door enige gezworen paalmeesters van de stad het huis laten visiteren en taxeren wat neerkwam op 475 gl. en daarom dient hij een verzoek in tot verlaging van de erfpachtprijs

* 1744, 17-12: Archieven.nl BHIC: 178.344 Resoluties Raad van State [56, p. 1127v]: Verbaal van de commissie die op de verpachting der tienden is geweest nl. Bodel en Van Swijnderen op een rekest van wijlen de raad en rentmeester generaal der domeinen Weveringh van Holij rakende de vermindering van de erfpacht van 40 gl. op 30 gl. gaande uit een zekere behuizing staan binnen ’s-Hertogenbosch achter het stadhuis toekomende Adriaan van Wolfsbergen

* 1752, 12-5: Archieven.nl BHIC: 178.370 Resoluties Raad van State [19, p. 46v]: de erfgenamen van W. Wijnandts, Adriaan van Wolfsbergen en Johan Hoevenaars te ’s Hertogenbosch verzoeken aan rentmeester Tengnagel om de helft of één-derde van het traktement van Johannes Smits (voorlezer en zanger in de Kleine Kerk van Den Bosch) in te houden, zodat geleidelijk zijn schuld aan hen kan worden betaald. Het verzoek wordt doorgestuurd naar de thesaurier generaal.


openstaande vragen / discussie