dwarsfluit

De dwarsfluit is een houtblaasinstrument omdat het vroeger uit hout werd gemaakt. De dwarsfluit bestaat uit drie delen en wordt nu gemaakt uit zilver of goud. Haar naam dankt ze aan de manier waarop je ze vasthoudt: “dwars”.


Het blazen op een dwarsfluit is heel eenvoudig en kan je best vergelijken met het blazen op een glazen flesje. Je plaatst de fluit tegen je kin onder je onderlip. Daarna blaas je tegen de rand van het mondgat en ontstaat er klank. Door de kleppen met je vingers open en dicht te doen, krijg je verschillende tonen. Op die manier kun je er ook heel snel op spelen. Bekijk maar eens de video met fluitist James Galway.

De dwarsfluit is klein en licht. Je kan ze dus gemakkelijk overal mee naartoe nemen. Je kan er zowel klassieke, moderne als pop- en jazzmuziek op spelen. Je kan er dus overal mee terecht: in een harmonieorkest, symfonieorkest, folkgroepje, ...

Bekijk in dat verband zeker ook eens de video-opnames met Emmanuel Pahud, Jethro Tulle of Ian Anderson hieronder.

De kleine zus van de dwarsfluit is de piccolo. De piccolo is ongeveer half zo groot en klinkt een stuk hoger. De grote broer is de altfluit.

Een dwarsfluit kan je huren op de academie. Er zijn voor de startende jonge leerlingen huurinstrumenten voorhanden met een loop, waardoor het instrument voor de jonge leerling korter wordt en dus gemakkelijker vast te houden.